MZ H4 Ondersteunen bij persoonlijke verzorging PJD 21

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Welkom!

Binnen komen

Tas op de grond

Spullen pakken

Aanschuiven

B

A

S

T

A

Aandacht

Mobiel in de bak / Handen wassen

Rustig op je plaats gaan zitten

Lesboek(ken) | Schrift | Etui | Laptop

Dus niet op schoot of achter je rug ;-)

Aandacht voor de docent (stil zijn)

Ondersteunen bij persoonlijke verzorging

Z&W

M&Z

Hoofdstuk 4

PJD feb 21

Wat gaan wij doen?

• (Eventueel) Terugblik vorige les
• Leerdoelen bespreken
• Behandelen Mens & Omgeving Hoofdstuk 4
• Tussendoor quizvragen beantwoorden
• Zelfstandig aan het werk
• Evalueren

Terugblik

Vorige les: Hoofdstuk 3 Communiceren in de zorg

Wat is een voorbeeld van Empathie?

1. Zaterdag werd iedereen opgeroepen een kaarsje te branden voor de slachtoffers van Corona.
2. Je kunnen inleven in een ander.
3. Luisteren naar iemand die net z'n partner is verloren.
4. Tijdens een voetbalwedstrijd woorden naar de scheidsrechter roepen.

A en C

Norm

Waarde

Geduld

Vriendelijkheid

Respect

Behulpzaamheid

Respect voor privacy

Plaats maken voor een zangere vrouw

Als je verkering hebt, ga je niet met een ander zoenen.

Als iemand je helpt, bedank je diegene.

Iemand uitlachen is niet leuk

Wat zijn voorbeelden van open vragen en gesloten vragen?

Gesloten vragen

Open vragen

Bent u moe?

Wilt u vandaag of morgen uw zoon bellen?

Hoe smaakte het eten vanmorgen?

Waarom bent u boos?

Wilt u nu de krant lezen?

Wat heeft u voor uw verjaardag gekregen?

Lesdoelen 

Aan het einde van dit hoofdstuk weet je wat verstaan wordt onder de begrippen:

• Basiszorg
• Hygiënisch werken; handhygiëne en   persoonlijke hygiëne
• Privacy en intimiteit
• Persoonlijke verzorging
• Autonomie en zelfredzaamheid
• Sociaal netwerk

De Lesstof

Mens & Zorg

Hoofdstuk 4

Ondersteunen bij persoonlijke verzorging

Mens & Zorg

ondersteunen bij persoonlijke verzorging

Ondersteunen bij persoonlijke verzorging

Wat weet je over ondersteunen bij persoonlijke verzorging?

Wat houd Hygiëne tijdens de basiszorg in?

Wat houdt privacy in?

persoonlijke vrijheid en het recht om geen last te hebben van andere mensen 

1) Afzondering 2) Persoonlijke vrijheid 3) Privéleven 4) Woonvrijheid

Wat is intimiteit?

Intimiteit is een breed begrip van nabijheid, contact en verbondenheid. Vormen van intimiteit zijn bijvoorbeeld hand-in-hand zitten, een knuffel, een arm om je heen, voeten laten masseren. Voorbeelden waarbij iemand ‘nabijheid’ ervaart en zich niet of minder alleen voelt. Intimiteit betekent ook ongestoord tijd met een dierbare kunnen doorbrengen, bijvoorbeeld voor een persoonlijk gesprek of samen naar muziek luisteren.

FUNCTIONELE INTIMITEIT

Daarnaast is er een vorm van functionele intimiteit wanneer zorgverleners de cliënt lichamelijke zorg verlenen. Dit is een professionele, functionele vorm van aanraken, die zeker ook intimiteit met zich mee brengt. Het is belangrijk dat de zorgverlener zich hiervan bewust is en weet hoe hier mee om te gaan. 

Mondhygiëne

Verzorgen van de mond

• Er blijven vaak etensresten achter, geef de cliënt daarom een glas water na het eten.
• Kan de cliënt niet meer drinken uit een glas, dan kunnen er dental swabs gebruikt worde.

Tanden poetsen

• Minimaal 2 keer per dag poetsen;
• Gebruik een hand- of elektrische   tandenborstel;
• Gebruik tandenstokers of ragers   om tussen de tanden te poetsen;
• Gebruik goede tandpasta.

Taken Helpende

• Cliënt ondersteunen bij   dagelijkse mondhygiëne.
• Afspraak maken bij   tandarts of mondhygiënist;
• Ondersteuning bieden bij   een bezoek;

Wanneer moet je je tandborstel vervangen

1. Als de tandborstels in de aanbieding zijn
2. Om de 2 maanden
3. Om de 3 maanden
4. Om de 6 maanden

C

Hoeveel tandpasta moet er op een tandenborstel

1. De grote van een doperwt
2. Dat mag je zelf bepalen
3. Veel, zodat het goed schuimt
4. Tandpasta is niet altijd nodig om te gebruiken

A

Wat is het beste poetsmoment?

1. 's ochtends voor het eten
2. 's ochtends na het eten
3. 's avonds na het eten
4. 's avonds voor het slapen

D

Ik poets mijn gebit op de volgende wijze

1. Met een heen- en weergaande beweging (horizontale methode)
2. Met een op- en- neergaande beweging (verticale methode)
3. Met een ronde beweging (circulaire methode)
4. Zonder kracht met een masserende beweging op de tandvleesranden (Bass-methode)

D

Hoe noemen we een kindergebit ook wel eens?

1. klein gebit
2. kindergebitje
3. niet compleet gebit
4. melkgebit

D

In deze levensfase krijgt een kind een volledig blijvend gebit

1. Peuter
2. Kleuter
3. Schoolkind

C

Opdracht 

Poets iemand anders de tanden. Maak hiervan een filmpje:  

1) Benoem wat je doet; 

2) Benoem waarom je dat doet;

3) Leg uit waar je op let.

Lever dit filmpje in bij je docent 

Zie opdracht in het praktijkboekje!!!

Wat is autonomie?

Autonomie betekent het zelf opleggen van wetten. Een autonoom persoon probeert zaken na te streven die voor hem of haar belangrijk of waardevol zijn en bewandelt op die manier een eigen levenspad.

Autonome personen kijken kritisch naar zichzelf en anderen en bepalen daarbij welke zaken zij bijvoorbeeld als goed of kwaad, of zinvol of zinloos zien. Zelf nadenken over deze zaken en erover twijfelen maken onderdeel uit van de autonomie. Op die manier kan uiteindelijk een eigen levenspad bewandeld worden. Over de exacte manier waarop autonome personen denken of handelen bestaan meerdere opvattingen en ideeën.

Zelfredzaamheid

Letterlijk betekent zelfredzaamheid: 

Jezelf kunnen redden. 

Zelfredzaamheid is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Door behoud en/of versterking van zelfredzaamheid kan zorg of intensive zorg worden voorkomen of worden uitgesteld.

Zelfredzaamheid

Bij zelfredzaamheid kan een onderscheid gemaakt worden in:

• De ‘grote’ zelfredzaamheid: de eigen regie over gezondheid   en ziekte. Centraal staat wat heeft iemand nodig om zo   gelukkig mogelijk te zijn?

• De ‘kleine’ zelfredzaamheid: het kunnen uitvoeren van   praktische handelingen om zelfstandig te kunnen   functioneren.
  

Onderscheid in ZELFREDZAAMHEID

Bij zelfredzaamheid gaat het om de volgende levensterreinen:

• Dagbesteding (vrije tijd, zinvolle activiteiten).
  
• Lichamelijk, psychisch en cognitief functioneren.
  
• Sociaal netwerk.
  
• Woonsituatie.
  
• Huishouden (HDL).
• Algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL).
  
• Mobiliteit.
  
• Financiën.
  
• Samenredzaamheid
  

Zelfredzaamheid gaat ook om het vermogen van mensen om zich zoveel mogelijk te redden met behulp van vrienden, buren, familie en vrijwilligers. Dit noemen we ‘samenredzaamheid’.

Wat is dubbele vergrijzing?

Er komen steeds meer oudere mensen en oudere mensen leven ook steeds langer. Dit heet een dubbele vergrijzing.

2.45

Krijg je de opdrachten in de les niet af, 

dan maak je de opdrachten als huiswerk voor de volgende les!!! 

Zelfstandig aan het werk !!!

Maken opdrachten:

4.01 t/m 4.21

Evaluatie Leerdoelen

Aan het einde van dit hoofdstuk weet je wat verstaan wordt onder de begrippen:

• Basiszorg
  
• Hygiënisch werken; handhygiëne en   persoonlijke hygiëne
  
• Privacy en intimiteit
  
• Persoonlijke verzorging
  
• Autonomie en zelfredzaamheid
  
• Sociaal netwerk
  

Wat heb je vandaag geleerd?

Wat heb je geleerd wat je nog niet wist?

Einde

Wat vond je makkelijk?

Wat vond je moeilijk?

Waar heb je nog meer uitleg over nodig?

Wat vond je van deze les?

1. 
2. 
3.