This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welkom les 1
snelheid en tijd in een diagram
Slide 1 - Slide
planning
vandaag: afmaken hoofdstuk 5
morgen: oefentoets hoofdstuk 5
woensdag: oefentoets bespreken
volgende week maandag: toets hoofdstuk 5
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
je kunt.....
...een snelheid-tijddiagram aflezen.
...in een snelheid-tijddiagram de soort beweging herkennen.
Slide 3 - Slide
Welkom!
Leerroute A:
-maak opdracht 4 t/m 12 van §5.5
-maak test jezelf online §5.5
Leerroute B:
-maak opdracht 1 t/m 10 van §5.5
-maak test jezelf online §5.5
Leerroute C:
-maak test jezelf online §5.5 (groene vinkjes)
Kom binnen, ga rustig zitten en ga aan
de slag met de opdrachten.
- Eerst 5 minuten om te gaan zitten, vragen te stellen en je spullen te pakken.
- Daarna nog 5 minuten waarin je in stilte aan het werk bent.
timer
5:00
timer
5:00
Slide 4 - Slide
snelheid in een diagram
snelheid = de afstand in een bepaalde tijd
in een diagram (of grafiek) van de snelheid tegen de tijd kan je op elk tijdstip de snelheid aflezen
Slide 5 - Slide
In een v,t-diagram
staat de snelheid uitgezet tegen de tijd
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
wat staat er horizontaal in het snelheid-tijddiagram
A
snelheid
B
afstand
C
tijd
D
massa
Slide 8 - Quiz
wat staat er verticaal in het snelheid-tijddiagram
A
snelheid
B
afstand
C
tijd
D
massa
Slide 9 - Quiz
s
v
t
m/s
0
Slide 10 - Drag question
v,t-diagram maken
In een v,t-diagram zetten we de snelheid uit tegen de tijd. De tijd staat daarbij horizontaal en de snelheid verticaal. Let hierbij op de juiste eenheden.
Slide 11 - Slide
Snelheid-tijd diagram
Slide 12 - Slide
stel je gaat hardlopen
De eerste minuut loop je 12 km/h
De tweede minuut loop je 8 km/h
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Stel je bent aan het hardlopen
eerst ga je 1 minuut 10 km/h
dan 2 minuten 8 km/h
dan 1 minuut 12 km/h
dan sta je 1 minuut stil om bij te komen
dan loop je in 5 minuten naar huis met 4 km/h
Teken hiervan een snelheid-tijddiagram
Slide 15 - Slide
Lever hier je antwoord op de vorige vraag in via een foto van je diagram
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
Hoe snel ging de persoon op tijdstip 2 seconden?
A
10 m/s
B
Hij liep achteruit
C
10 km/h
D
Hij stond stil
Slide 18 - Quiz
Hoe snel (m/s) ging de persoon op tijdstip 2 seconden?
A
10
B
15
C
20
D
25
Slide 19 - Quiz
Aan de slag!
Leerroute A:
-maak opdracht 4 t/m 12 van §5.5
-maak test jezelf online §5.5
Leerroute B:
-maak opdracht 1 t/m 10 van §5.5
-maak test jezelf online §5.5
Leerroute C:
-maak test jezelf online §5.5 (groene vinkjes)
rood = Iedereen is stil
oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen
groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw