This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 7
BS 5: houding en beweging
Slide 1 - Slide
lesdoelen
Je kunt uitleggen wat de functie is van de dubbele-s-vorm van de wervelkolom
Je kunt aangeven hoe je het beste kunt tillen en bewegen
Je kunt verklaren waardoor een verkeerde lichaamshouding rugklachten kan veroorzaken en enkele aandoeningen noemen.
Slide 2 - Slide
lesplanning
Wat weten we nog? Herhaling BS 4 (spieren)
Uitleg over de wervelkolom (dubbele-s-vorm) en lichaamshouding bij bijvoorbeeld tillen
Kort terugblikken met een quizje/ lesdoelen gehaald?
werken in BVJ online, maken BS 5
Slide 3 - Slide
Met welke letter is de spierbundel aangegeven?
A
Met A
B
Met B
C
Met C
D
Met D
Slide 4 - Quiz
Om de spier heen ligt een laag bindweefsel: de spierschede. Wat is de functie van de spierschede?
A
geeft de spier stevigheid
B
houdt de pezen op de plaats
C
geeft voeding aan de spierbundels
D
zorgt voor aanhechting van de spieren aan botten
Slide 5 - Quiz
Hoe wordt een spiervezel geactiveerd?
A
Door een stroompje via een andere spier
B
Door een stofje in het bloed
C
Door een stroompje via een zenuwcel
Slide 6 - Quiz
Als je een spier samentrekt, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker
Slide 7 - Quiz
Spiervezels vormen samen een ..
A
pees
B
vezel
C
spierstelsel
D
spierbundel
Slide 8 - Quiz
Wat is een spiervezel?
A
Een soort spierbundel
B
Een spiercel
C
Langgerekte samen- gesmolten spiercellen
D
Spiereiwit
Slide 9 - Quiz
een spierbundel bestaat uit..
A
meerdere spieren
B
een pees, spier en bindweefsel
C
een spier, bindweefsel en spiervezel
D
meerdere spiervezels
Slide 10 - Quiz
Kippenvel ontstaat door spieren. Wat klopt over deze spieren?
A
De spieren zitten vast aan botten
B
De spieren bevinden zich in de huid
C
Het komt zowel voor dat deze spieren aan botten als aan de huid vast zitten
D
Deze zijn skeletspieren
Slide 11 - Quiz
Wat is nummer 1 ?
A
Spierbundel
B
Spierschede
C
Bewegingszenuwcel
D
Pees
Slide 12 - Quiz
Om de spier heen ligt een laag bindweefsel: de spierschede. Wat is de functie van de spierschede?
A
geeft de spier stevigheid
B
houdt de pezen op de plaats
C
geeft voeding aan de spierbundels
D
zorgt voor aanhechting van de spieren aan botten
Slide 13 - Quiz
Wat is nummer 7 ?
A
Spierbundel
B
Spierschede
C
Bewegingszenuwcel
D
Pees
Slide 14 - Quiz
Bodybuilding Iemand gaat aan bodybuilding doen. Als je zijn spieren na enkele weken vergelijkt met de spieren aan het begin van zijn training, wat zie je dan? Er zijn twee antwoorden goed.
A
De pees is dikker.
B
De pees is langer.
C
De spierschede is groter en de spiervezels zijn dikker.
D
Er zijn meer spiervezels.
Slide 15 - Quiz
Wat is een antagonist?
A
Een spier met een tegengestelde werking
B
Een spier met dezelfde werking
C
De aanhechting tussen spier en bot
D
Een gewricht
Slide 16 - Quiz
zet de namen van de spier in juiste volgorde van buiten naar binnen
A
spiervezel-spierbundel-spier
B
spier-spierbundel-spiervezel
C
spierbundel-spiervezel-spier
D
spiervezel-spier-spierbundel
Slide 17 - Quiz
Wat zit er om alle spierbundels heen?
A
Spierschede
B
Spierpees
C
Spiervezels
D
Spiervlies
Slide 18 - Quiz
Welk onderdeel is Q?
A
de spierschede
B
een spiervezel
C
een spierbundel
D
een pees
Slide 19 - Quiz
Dubbele-S-vorm
Slide 20 - Slide
Dubbele
S-vorm
Slide 21 - Slide
Houding en beweging
Slide 22 - Slide
Houding en beweging
houding en beweging
Slide 23 - Slide
Houding en beweging
Slide 24 - Slide
Door een slechte houding problemen met:
dubbele S
overbelasting rugspieren
zenuwen klem bij ruggenwervels (hernia)
Ook tillen moet je vanuit beenspieren doen en niet vanuit rug ivm overbelasting
Slide 25 - Slide
Goed tillen en hernia
Bij tillen wil je vanuit je benen tillen en niet vanuit je rug
Hernia:
De tussenwervelschijf is verschoven en drukt tegen het ruggenmerg aan.
Slide 26 - Slide
Tillen
Slide 27 - Slide
Tillen
Slide 28 - Slide
Goed tillen
Slide 29 - Slide
Een hernia is dat
A
zenuwen klem komen te zitten
B
bloedvaten klem komen te zitten
C
Spieren klem komen te zitten
D
Wervels kapot zijn
Slide 30 - Quiz
Een goede lichaamshouding kan rugpijn voorkomen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 31 - Quiz
De spieren die de dubbele S vorm van de wervelkolom in stand houden zitten vast aan de tussenwervelschijven
A
Juist
B
Onjuist
Slide 32 - Quiz
Bukken tijdens het tillen is niet goed voor je rug omdat je schade aan kan brengen aan je tussenwervelschijven.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 33 - Quiz
Tussenwervelschijven laten de wervels beter ten opzichte van elkaar bewegen.
A
waar
B
niet waar
Slide 34 - Quiz
Wie heeft een goede lichaamshouding?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 35 - Quiz
Wat zijn de functies van de tussenwervelschijven?
A
het beschermt je ruggenmerg
B
hierdoor kan je je rug een beetje bewegen
C
ze vangen schokken op
D
hierdoor wordt je rug een beetje langer
Slide 36 - Quiz
Waar zijn de tussenwervelschijven van gemaakt?
A
Vocht
B
Been
C
Kraakbeen
D
Merg
Slide 37 - Quiz
Waarom is een goede lichaamshouding belangrijk?
A
Zodat je beter aan je conditie kunt werken.
B
Dan zit je lekkerder in je stoel.
C
Dan overbelast je de spieren niet
D
Dan hoef je minder hard te werken.
Slide 38 - Quiz
lesdoelen
Je kunt uitleggen wat de functie is van de dubbele-s-vorm van de wervelkolom
Je kunt aangeven hoe je het beste kunt tillen en bewegen
Je kunt verklaren waardoor een verkeerde lichaamshouding rugklachten kan veroorzaken en enkele aandoeningen noemen.