Zij berekenen elke maand of prijzen dalen of stijgen
Slide 11 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
CBS berekend:
Inflatie
Deflatie
Inflatie:
een algemene stijging van de prijzen
Deflatie:
een algemene daling van de prijzen
Slide 12 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Slide 13 - Slide
Een voorbeeld...
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
De inflatie is 2,5%
Het inkomen van Puck stijgt met 1,5%
Met hoeveel procent stijgt of daalt de koopkracht van Puck?
Het inkomen van Ariana stijgt met 3,5%
Met hoeveel procent stijgt of daalt de koopkracht van Ariana?
Slide 14 - Slide
Vandaag:
leggen we het laatste deel van hoofdstuk 1 uit
maken we het hoofdtuk af
gaan we oefenen voor het proefwerk
Slide 15 - Slide
algemene prijsstijging woningmarkt
Slide 16 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Cijfers kun je vergelijken door te werken met indexcijfers
Cijfers worden vergeleken t.o.v. een basisjaar.
Het indexcijfer van het basisjaar is ALTIJD 100.
Indexcijfer:
laat een procentuele verandering zien ten opzichte van een afgesproken periode (=het basisjaar).
Slide 17 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
2015 is het basisjaar.
In 2018 zijn de lonen met 6% gestegen ten opzichte van 2015.
In 2018 is het indexcijfer van de prijzen 104.
Waat weet je nu?
In 2018 is het indexcijfer van de lonen 106
De koopkracht is gestegen
In 2018 is de stijging van de koopkracht 2%
Slide 18 - Slide
Wat is het basisjaar?
Was er in 2016 sprake van inflatie of deflatie?
Is in 2017 de koopkracht gestegen of gedaald?
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Slide 19 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Indexcijfer berekenen:
Met een formule
Met een verhoudingstabel
Slide 20 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Indexcijfer berekenen:
Met een formule
Met een verhoudingstabel
Indexcijfer=getal.basisjaarnieuw.getal⋅100
Slide 21 - Slide
1.4 alles wordt duurder (deel 1)
Samen bereken we het indexcijfer van een doosje aardbeien in 2013
Bereken het indexcijfer van een doosje aardbeien in 2015
Bereken het indexcijfer van een doosje aardbeien in 2016
Slide 22 - Slide
NAKIJKEN
t/m opgave 46
Klaar?
Maak een aantal rekenopgaven van blz 32 en 33
daag je zelf uit: Maak Bladzijde 36 en 37
of maak een samenvatting
Slide 23 - Slide
https:
Slide 24 - Link
CBS: ... stijgt voor derde maand op rij. In maart was de prijsstijging voor consumenten nog 0,4%. De prijzen zijn vanaf februari iedere maand 0,2% meer toegenomen. Dit maakt het CBS vandaag bekend. Welk woord moet op de ... komen?
A
inflatie
B
deflatie
C
koopkracht
D
prijsindexcijfer
Slide 25 - Quiz
Wanneer de lonen stijgen met 4%, maar de prijzen stijgen met 3%, dan neemt mijn koopkracht...
A
af met 3%.
B
toe met 3%.
C
af met 1%.
D
toe met 1%
Slide 26 - Quiz
Margo kreeg vorig jaar €75 kleedgeld per maand. Sinds dit jaar krijgt zij €85 kleedgeld per maand. Bereken de procentuele toename.
A
13,3%
B
13,5%
C
11,7%
D
11,8%
Slide 27 - Quiz
Wanneer er deflatie is, kan ik voor hetzelfde geld....