Zoek een antwoord op de volgende vragen:
Over de gehele tekst:
Waar gaat de tekst over? Wat is de situatie? bedenk de spelgegevens --> (wie, wat, waar, wanneer, waarom)
Over de personages:
Wie zijn ze? Wat zijn hun belangen? Wat willen ze van elkaar?
Per zin(-sdeel):
Wat bedoelt het personage eigenlijk met de tekst? (denktekst, subtekst)
Wat wil hij/zij bereiken?
Na het lezen, het analyseren en het interpreteren van de tekst kan de regisseur de toneeltekst gaan ensceneren.