V3 chap3G

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

vwo 3

GL2V chap 3f

Deze les: ww-ir

finir = eindigen	remplir = invullen
réussir = slagen	rougir = blozen
réfléchir = nadenken	grandir = opgroeien
choisir = kiezen	grossir /maigrir/ applaudir

Page 45

Présent : ww min ir

je	is	je fin is
tu	is	tu fin is
il elle on	it	il fin it
nous	issons	nous fin issons
vous	issez	vous fin issez
ils elles	issent	ils fin issent

Voor de passé composé heb je "avoir" nodig. Welk werkwoord hoort bij: tu

1. as
2. es

Voor de passé composé heb je "avoir" nodig. Welk werkwoord hoort bij: ils

1. sont
2. ont

Voor de passé composé heb je "avoir" nodig. Welk werkwoord hoort bij: nous

1. avez
2. avons

Voor de passé composé heb je "avoir" nodig. Welk werkwoord hoort bij: elle

Passé composé

j'	ai	+ fini (=ww min r)
tu	as	+ fini
il elle on	a	+ fini
nous	avons	+ fini
vous	avez	+ fini
ils elles	ont	+ fini

finir = eindigen. Wat is
jij eindigt

rougir = blozen. Wat is
jullie blozen

grandir = opgroeien. Wat is
zij groeien op (groep mannen)

remplir = invullen. Wat is
jij hebt ingevuld

choisir = kiezen. Wat is
zij heeft gekozen

voor de imparfait heb je de stam nodig. = nous-vorm min -ons
Wat is de stam van finir?

voor de imparfait heb je de stam nodig. = nous-vorm min -ons
Wat is de stam van choisir?

Page 45

Aan het werk: 

Eerst 21-24 nakijken (zie bestanden Teams)

Maak daarna 25 online (onderdeel G)

Zet bij onderdeel 1 een kruisje

Je moet minstens 80% goed hebben, 

anders opnieuw.