This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
§ 8.3 Straling gebruiken
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt de drie soorten straling benoemen die door radioactieve stoffen worden uitgezonden.
Je kunt uitleggen hoe groot het doordringend vermogen is van elk van deze soorten straling
je kunt beschrijven op welke manier gammastraling wordt toegepast bij medisch onderzoek
Je kunt beschrijven hoe kankergezwellen worden bestraald: van buitenaf en van binnenuit.
Je kunt uitleggen waarom gammastraling de beste keuze is voor bestraling van buitenaf
Slide 2 - Slide
Soorten radioactieve straling
α
- straling (alpha)
en
- straling (beta)
β
en
- straling (gamma)
γ
Slide 3 - Slide
Ioniserende straling
Doordringend vermogen.
of Dracht.
hoever kan de starling doordringen.
Gamma straling kent geen dracht
Slide 4 - Slide
8.3 Straling gebruiken
Slide 5 - Slide
Straling gebruiken
Straling kun je ook in je voordeel gebruiken. Bijvoorbeeld in het ziekenhuis om bepaalde ziekten te behandelen of bepaalde processen in het lichaam zichtbaar te maken.
TRACER (radioactieve merkstof)
Slide 6 - Slide
Welke medische techniek gebruik geen straling?
A
Röntgenfoto's
B
CT-scan
C
Echografie
D
Radiotherapie
Slide 7 - Quiz
Van welk soort straling wordt bij medisch onderzoek vaak gebruik gemaakt?
A
alfastraling
B
bètastraling
C
gammastraling
D
zonnestralen
Slide 8 - Quiz
In het ziekenhuis gebruiken artsen ioniserende straling om kanker te bestrijden.
Hoe zorgen ze dat die straling op de goede plek komt?
A
Bestraling gebeurt altijd van binnenuit door radioactieve stoffen in het lichaam te plaatsen
B
Bestraling gebeurt altijd van buitenaf met alfastraling.
C
Bestraling gebeurt altijd van buitenaf met gammastraling.
D
Bestraling gebeurt soms van binnenuit en soms van buitenaf.
Slide 9 - Quiz
Mensen die in het ziekenhuis op de röntgenafdeling werken, moeten zich beschermen tegen straling.
Welk materiaal houdt röntgenstraling het beste tegen?
A
aluminium
B
beton
C
glas
D
lood
Slide 10 - Quiz
In het ziekenhuis zijn twee patiënten behandeld. Patiënt A is bestraald. Bij patiënt B zijn radioactieve stoffen in het lichaam gebracht.
Bij welke patiënt mogen bezoekers niet te dicht in de buurt komen om te voorkomen dat ze onnodig straling ontvangen?
A
Alleen bij patiënt A mag het bezoek niet te dicht in de buurt komen
B
Alleen bij patiënt B mag het bezoek niet te dicht in de buurt komen.
C
Bij beide patiënten mag het bezoek niet te dicht in de buurt komen.
D
Van geen van beide patiënten ontvangt het bezoek onnodig straling.
Slide 11 - Quiz
Wat voor straling gebruiken bijen om meeldraden beter te zien?
A
IR
B
UV
C
Gamma
D
Röntgen
Slide 12 - Quiz
De term 'dracht', dat betekent hoe veel afstand straling aflegt in een stof, gebruiken we voor de volgende soorten straling:
A
(α, β, γ)
B
(α, β)
C
(β, γ)
D
(α, γ)
Slide 13 - Quiz
Welk soort straling zal de meeste stralingsenergie hebben?
A
alpha
B
beta
C
gamma
D
allemaal hebben ze evenveel stralingsenergie
Slide 14 - Quiz
Stralingsbron
Plaats die straling uitzendt.
Magnetron
1
microgolfstraling
2
Voedsel
3
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Bestraling van buitenaf en binnenuit
Ioniserende straling buitenaf voor : kanker
beschadigd de kankercel -> sterft af.
bestraling van binnenuit voor onderzoek:
capsule met Iridium-192 (hw 74 dagen) en Palladium-103 (hw 17 dagen).
Slide 17 - Slide
Leerdoelen Nu kan je
Je kunt nu drie soorten straling benoemen die door radioactieve stoffen worden uitgezonden.
Je kunt nu uitleggen hoe groot het doordringend vermogen is van elk van deze soorten straling
je kunt nu beschrijven op welke manier gammastraling wordt toegepast bij medisch onderzoek
Je kunt nu beschrijven hoe kankergezwellen worden bestraald: van buitenaf en van binnenuit.
Je kunt nu uitleggen waarom gammastraling de beste keuze is voor bestraling van buitenaf