3J

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bienvenue ! 

Chapitre 1

Au Travail

Faire: Bloc A: 4, 5abc, 6abc, 7a

Apprendre: herhaal le français en classe (WB page 6& 7) + voc A B (WB page 48)

Tip: oefen met slim stampen en luister naar de woorden in het onlinemateriaal

Lesdoelen (buts)

Vocabulaire A:

je kunt de woorden uit voc A vertalen in het F-N / N-F

Bloc B:

je kunt een tekst over selfies begrijpen

je kunt app taal begrijpen

Bloc C:

je weet welke letters je niet uitspreekt bij Franse woorden

je kunt de Franse zinnen uit de phrases clés begrijpen

Bloc D:

je kunt het Franse bijvnw gebruiken

Vocabulaire A

Ferme ton livre!

le message

1. de app
2. het bericht
3. de massage
4. de meester

j'y vais

1. ik wil graag
2. ik doe graag
3. ik ga weg
4. ik pak het

j'ai vu

1. ik heb gepakt
2. ik heb gezien
3. ik heb gekeken
4. ik heb gedaan

penser

werken

welkom

1. bonjour
2. heureux
3. coucou
4. bienvenue

a plus

1. tot ziens
2. tot morgen
3. tot later
4. tot ooit

de gsm

1. le portable
2. la portable

welk woord hoort er niet bij?
dire - drôle - attendre - penser

1. dire
2. drôle
3. attendre
4. penser

Hoe ging het?

😒🙁😐🙂😃

Bloc C Phrases clés

Tuyau - La prononciation

ex 12a+b

page 28 ou 50

Waar staat het in het digitaal lesmateriaal?

Bloc D

Grammaire 

Het bijvoeglijk naamwoord/ L'adjectif

  Het bijvoeglijk naamwoord

Een BN zegt iets over een zelfstandig naamwoord (personen, dieren, dingen).

Vorm: 

Plaats: NL: BN vòòr zelfstandig naamwoord

         FR: BN meestal achter zelfstandig naamwoord

	MNL	VRL
ENV	-	e
MV	s	es

Het bijvoeglijk naamwoord

Voorbeelden:

Je regarde une ….......                   série  intéressant

Il achète un …........                       pull                beau

Ma mère a une ….....................    voiture   nouveau 

Elle voudrait deux....                        tee-shirts   vert 

série interessante

beau pull

nouvelle voiture

 tee-shirts verts

  Het bijvoeglijk naamwoord

UITZONDERING:

-e (VRL)	Als het BN eindigt op -e, geen extra e bv: une chose roug e
-s, -x (MNL) en MV	Als het BN eindigt op -s of -x, geen extra s bv: un livre françai s / deux livres françai s un vieu x sac/ des vieu x sacs

Het bijvoeglijk naamwoord

Voorbeelden:   

Je cherche ma …                              robe      rouge 

Il rencontre trois ….                        garçon    français

robe rouge

garçons français

   Het bijvoeglijk naamwoord

Bijzondere vrouwelijke vormen

-x	Als het BN eindigt op -x , eindigt de vrouwelijke vorm op -se . B.v.: heureu x = heureu se / jalou x = jalou se
-f	Als het BN eindigt op -f , eindigt de vrouwelijke vorm op -ve. B.v: sporti f = sporti ve / intensi f = intensi ve

   Het bijvoeglijk naamwoord

Bijzondere mannelijk meervoud

-eau	Als het BN eindigt op -eau , komt er een -x achter bij mannelijk meervoud. B.v.: mes nouveau x voisins
-al	Als het BN eindigt op -al, eindigt het mannelijk meervoud op -aux. B.v: les musées nation aux

le test!

Heb je goed opgelet?

On va pratiquer...

Wat betekent het woord:" adjectif " in het Nederlands?

1. bijvoeglijk naamwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. werkwoord
4. bijwoord

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
mannelijk enkelvoud

1. e
2. s
3. -
4. es

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
mannelijk meervoud

1. s
2. niks
3. e
4. es

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
vrouwelijk enkelvoud

1. s
2. e
3. es
4. niks

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
vrouwelijk meervoud

1. s
2. se
3. x
4. es

Kies de juiste vorm:
Les voitures (groen)

1. vertes
2. verte
3. vert
4. verts

Kies de juiste vorm:
Olivier et Marc sont (frans)

1. français
2. française
3. françaiss
4. françaises

Kies de juiste vorm:
Les .........sacs (nieuw)

1. nouveau
2. nouvelles
3. nouvelle
4. nouveaux

Choisis la bonne réponse !
Les filles sont

1. sérieux
2. sérieuses
3. sérieuxes
4. sérieuxes

Vormen van het bijv. naamwoord. Wat hoort bij elkaar?

grand

grands

grande

grandes

mannelijke vorm

vrouwelijke vorm

mannelijk meervoud

vrouwelijk meervoud

Hoe ging het?

😒🙁😐🙂😃

Au travail!

1. Faire: Bloc A 4, 5abc, 6abc, 7a

2. Faire: Bloc B: ex 8, 9abc, 10abc, 11a 

Bloc D: lezen en doornemen 

Ben je klaar? ga je leren!

Apprendre: herhaal voc A +voc B + voc E Phrases clés C

Les devoirs

Faire: 

Bloc B: ex 8, 9abc, 10abc, 11a + Bloc D: 15a, lezen en doornemen 16, 17, 18

Apprendre: herhaal voc A +voc B + voc E Phrases clés C