V3 Taalverzorging 6 spelen met taal


Welkom V3T!


Taalverzorging 6
Spelen met taal
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson


Welkom V3T!


Taalverzorging 6
Spelen met taal

Slide 1 - Slide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Korte terugblik vorige les
  3. Taalverzorging 6: spelen met taal
  4. Afsluiting en vooruitblik


Slide 2 - Slide

10 minuten lezen

Slide 3 - Slide

Doel: Je leert welke vormen van spelen met taal er zijn en je leert deze herkennen. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Spelen met letters
 acrostichon
 ambigram
 anagram



Spelen met woorden
 neologisme
 portmanteau
 palindroom
 woordspeling (homoniem, homograaf, letterlijk-figuurlijk, verhaspeling)

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Met welke vorm van spelen met letters heb je hier te maken?

Tokyo - Kyoto
A
acrostichon
B
ambigram
C
anagram

Slide 8 - Quiz

Met welke vorm van spelen
met letters heb je hier te
maken?
A
acrostichon
B
ambigram
C
anagram

Slide 9 - Quiz

Met welke vorm van spelen met letters heb je hier te maken?

In de Harry Poter-boeken is I am Lord Voldemort een ... voor Tom Marvolo Riddle.
A
acrostichon
B
ambigram
C
anagram

Slide 10 - Quiz

In het spelprogramma Ik hou van Holland bestond een ronde 'anagrammen'. Welke namen van bekende Nederlanders zie je in de volgende woorden?
a) (zanger) oost cobra arm
b) (presentator) maten rob hut

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

bugnugget (een snack gemaakt van insecten)
A
neologisme
B
portmanteau
C
palindroom
D
homoniem

Slide 14 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

carnavalshit
A
neologisme
B
portmanteau
C
homograaf
D
verhaspeling

Slide 15 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

Weet je hoe ze een stalker met ski-stokken noemen? (...) Een Nordic Stalker
A
verhaspeling
B
portmanteau
C
palindroom
D
letterlijk-figuurlijk

Slide 16 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

Handgemaakte veterschoenen voor heren met een smaltoelopende neus.
A
neologisme
B
homoniem
C
palindroom
D
letterlijk-figuurlijk

Slide 17 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

Wat mij betreft, mogen ze de files gerust afschaffen. Maar wat wil je, ze staan ervoor in de rij.
A
neologisme
B
portmanteau
C
palindroom
D
letterlijk-figuurlijk

Slide 18 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

parterretrap
A
neologisme
B
portmanteau
C
palindroom
D
homoniem

Slide 19 - Quiz

Met welke vorm van spelen met woorden heb je hier te maken?

treitervlogger
A
neologisme
B
letterlijk-figuurlijk
C
palindroom
D
homograaf

Slide 20 - Quiz

Met welke vorm van spelen met
woorden heb je hier te maken?

Slide 21 - Open question

Met welk soort woordspeling
heb je hier te maken?

Slide 22 - Open question

Wat is er bijzonder aan de volgende woorden?

vakantiewerk, volledig, boosaardig en IJsbrand

Slide 23 - Open question

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: donderdag 16 februari
  • Huiswerk: leren p. 46-47, 50-51 (let op: zegswijze en gezegde NIET) en p. 54-55 (let op: lipogram en pangram NIET)
  • Meenemen: LAPTOP, boek, leesboek, schrift en pen
  • Programma: herhaling taalverzorging 

Repetitie taalverzorging 4, 5 en 6: donderdag 23 februari

Slide 24 - Slide