Chapitre 7 bron ABCD

Mardi 20 avril. Bonjour et bienvenue!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Mardi 20 avril. Bonjour et bienvenue!

Slide 1 - Slide

noteer het rijtje van vouloir

Slide 2 - Open question

noteer het rijtje van pouvoir

Slide 3 - Open question

Phrases clés bron A
  • Et vendredi, on va ensemble à la fête de l'école?
  • Oui, super, on y va ensemble.
  •  On part à quelle heure?
  • La fête commence à quatre heures. 
  • On part à trois heures et demie.
  • À ce soir!
  • À demain!

Slide 4 - Slide

We g aan er samen heen.

Slide 5 - Open question

Hoe laat vertrekken we?

Slide 6 - Open question

Zelf zinnen maken.... Bron B
  • zin hebben in/om
  • avoir envie de
  • naar de bioscoop gaan
  • aller au cinéma 
  • heb jij zin om
  • tu as envie de
  • naar de bioscoop te gaan
  • aller au cinéma

Slide 7 - Slide

Heb jij zin om naar de bioscoop te gaan?

Slide 8 - Open question

Zelf zinnen maken...
  • Het spijt me
  • Désolé
  • volgende week zaterdag
  • samedi prochain
  • ik kan niet
  • je ne peux pas 

Slide 9 - Slide

Het spijt me, volgende week zaterdag kan ik niet.

Slide 10 - Open question

Zelf zinnen maken...
  • We kunnen 
  • On peut
  • er heen gaan
  • y aller
  • met de bus
  • en bus 

Slide 11 - Slide

We kunnen er met de bus heengaan.

Slide 12 - Open question

Tot vrijdag.

Slide 13 - Open question

Tot later.

Slide 14 - Open question

Tot vanavond.

Slide 15 - Open question

Tot morgen.

Slide 16 - Open question

MO oefenen
Let op, je spreekt alleen Frans! Je wisselt van rol en voert zo dus alle gesprekken minstens twee keer. Helemaal klaar ben je pas als je de oefeningen uit je hoofd kent ;-)

  • Oefening 11A, 11B, 11C
  • Oefening 16D
  • Oefening 17




Slide 17 - Slide

Phrases clés bron E
  • Liever hebben = préférer
  • vis = (le) poisson
  • vlees = la viande
  • Heeft u liever vlees of vis?
  • Vous préférez la viande ou le poisson?
  • Ik heb liever vlees.
  • Je préfère la viande.

Slide 18 - Slide

Phrases Clés bron E
  • Heeft u een keuze gemaakt?
  • U heeft gekozen?
  • Vous avez choisi?
  •  Als voorgerecht
  • Comme entrée
  • zou ik graag soep willen.
  • je voudrais de la soupe.

Slide 19 - Slide

Heeft u een keuze gemaakt?

Slide 20 - Open question

Heeft u liever vlees of vis?

Slide 21 - Open question

Tijd over?
  • Vocabulaire leren.
  • Phrases clés leren/
  • Bij veel tijd: chromebook en oefeningen maken? 

Slide 22 - Slide

Merci et à la prochaine !

Slide 23 - Slide