8D Les 4. Demografie

Demografie
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare school

This lesson contains 14 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Demografie

Slide 1 - Slide

Hoe gaan we dit doen?
- Herhalen begrippen
- Wat is demografie?
- Waarvoor gebruik je demografie?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Landelijke bebouwing
(25 woningen per ha)
Stedelijke bebouwing
(60 of meer woningen per ha)

Slide 4 - Slide

Bevolkingsspreiding
- De mate waarin de bevolking
over een bepaald gebied verspreid is

Slide 5 - Slide

Bevolkingsconcentratie 

Slide 6 - Slide

Opdracht
Schrijf voor jezelf minstens 5 redenen op waarom mensen in een stad zouden willen wonen.
Noem ook 5 nadelen van het wonen in een stad.

Doe dit vervolgens ook voor een dorp

Slide 7 - Slide

Wat is demografie?
- Demografie is de wetenschap die de bevolkingsaantallen bestudeert. Zo bestudeert men de aantallen kinderen die geboren worden, het aantal mensen dat doodgaat maar ook aantallen migranten.

- demografische ontwikkelingen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Verandering bevolking
Bevolkingsaantallen veranderen door:
-
Natuurlijke groei:
Deze veranderingen ontstaan door geboorte en sterfte. De groei kan positief of negatief zijn. We noemen dit dan een geboorteoverschot of een sterfteoverschot.  


- Sociale groei: Deze veranderingen ontstaan door migratie.  

Slide 10 - Slide

Verschillende cijfers
- Absolute cijfers: Cijfers die nergens aan verbonden zijn.

- Relatieve cijfers: Getallen die rekening houden met anderen cijfers.

Slide 11 - Slide

Rekenen met bevolkingscijfers

Aantal inwoners is 67000, sterftecijfer is 8 en het geboortecijfer is 3.

- Reken uit hoeveel mensen doodgaan.  

- Reken uit hoeveel kinderen geboren worden. 

Aantal inwoners : 1000 x cijfer =  

67000 : 1000 x 8 = 536 sterfgevallen

67000 :1000=67x3=201 geboortes     

Slide 12 - Slide

Het inwonertal van een land is 135.000.710

Het geboortecijfer is 1.800.000

Het sterfteaantal is 2.140.000


A. Reken de natuurlijke groei uit.


B. Reken het nieuwe inwonertal uit aan het einde van het jaar.


De emigratie is 3.680.000 mensen

De immigratie is 900.136 mensen 


C. Reken de sociale groei uit. 


D. Noem 1 reden waarom deze negatief kan zijn?


E. Bereken opnieuw het inwoneraantal 

Slide 13 - Slide

Antwoorden
A. 2.140.000 - 1.800.000 = 340 000 inwoners negatief

B. 135.000.710 - 340 000 = 134 660 710 inwoners

c. 3.680.000
- 900.136 = 2.779.864 inwoners negatief

D. Meer mensen verhuizen naar het buitenland.

E. 134.660.710 - 2.779.864 = 131.880.846 inwoners

Slide 14 - Slide