Les 3: Over taal blok 4-5

  • Lezen (10 minuten)
  • Doelen
  • Theorie
  • Opdrachten/huiswerk
  • Afsluiting
Welkom bij Nederlands!
Tekst
Mevrouw Doddema
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

  • Lezen (10 minuten)
  • Doelen
  • Theorie
  • Opdrachten/huiswerk
  • Afsluiting
Welkom bij Nederlands!
Tekst
Mevrouw Doddema

Slide 1 - Slide

Welkom 
  • Telefoon op stil in de telefoontas of in je eigen tas.
  • Ga rustig zitten.
  • Pak je boek.
  • Zodra de les start luister je naar de docent en ben je stil.

Slide 2 - Slide

Deze les
blok 5 Over taal
Inhalen toetsen
herhaling
Lob opdracht

Doelen

- je weet wat een dubbele ontkenning is.
- je weet wat een verhaspeling is.
- herhaling van Engelse leenwoorden

Slide 3 - Slide

Raadsel
Om 18:00 uur wordt Pieter dood gevonden, de politie komt ter plaatse en constateert dat er op het moment dat de moord gepleegd werd, er vijf mensen aanwezig waren in de woning:
- Marie de kokkin, zij was eten aan het koken,
- Mark de tuinman, hij was de vijver aan het leegscheppen,
- Tante Zus, zij was bij haar broer, een potje aan het schaken,
- Vrouw Evelien was tv aan het kijken,
Wie arresteert de politie en waarom?

Slide 4 - Slide

Oplossing
Tante zus, haar broer was Pieter.

Constateert: Vaststelt.

Slide 5 - Slide

Stijlfouten

youtube.com/watch?v=_xj3s2bgUMY

Slide 6 - Slide

Dubbele ontkenning

Slide 7 - Slide

Stijlfouten
Het is een stijlfout als je een stijlfiguur verkeerd gebruikt. 

Voorbeelden
De ballon stijgt omhoog.
De winkel is open, maar er is echter niemand.
De tak is uit de boom omlaag gevallen.

Slide 8 - Slide

 Dubbele negatie - dubbele ontkenning
Bij een dubbele ontkenning gebruik je in een zin twee ontkenningen, waardoor je eigenlijk weer het tegenovergestelde zegt. 

bijv. Ik ben nooit niet ziek. (Hier staat dus eigenlijk dat hij/zij altijd ziek is.)

Slide 9 - Slide

Dubbele ontkenning - negatie
Een dubbele ontkenning is het herhalen van een ontkennend woord in een zin. Soms versterken / vaak fout.

Voorbeeld:
Ik ontken dat ik daar niet ben geweest.
Met het werkwoord ontkennen zeg je al dat je iets niet hebt gedaan.

Slide 10 - Slide

Contaminatie - verhaspeling
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen. Deze worden dan door elkaar gebruikt, waardoor dus een contaminatie ontstaat. 

bijv. 
Je moet dat overnieuw doen! (overnieuw is de contaminatie)
Je moet dat opnieuw doen.
Je moet dat over doen.

Slide 11 - Slide

Voorbeelden verhaspeling
  • medeklasgenoot - klasgenoot
  • de prijs is duur - is te hoog
  • zwaar wegen - veel wegen / is zwaar
  • volgens mijn mening - volgens mij / naar mijn mening
  • nachecken - checken / nakijken
  • behoort tot een van de - is één van de / behoort tot
  • optelefoneren - opbellen / telefoneren

Slide 12 - Slide

Volgende les
Lob opdracht

Slide 13 - Slide