Psychiatrie lesweek 4.3

Psychiatrie | lesweek 4.3
1 / 36
next
Slide 1: Slide
OrthopedagogiekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Psychiatrie | lesweek 4.3

Slide 1 - Slide

Lesplanning
  • PPP-tjes & Presto
  • Korte terugblik vorige les
  • Update huiswerk
  • Theorie psychose | depressie | angsstoornis
  • Uitleg portfolio opdracht 3
  • Aan de slag met je portfolio!

Slide 2 - Slide

Wat is een hallucinatie?
A
Waanvoorstelling
B
Achterdochtig
C
Vermoeidheid
D
Risicogedrag

Slide 3 - Quiz

Positieve symptomen
Negatieve symptomen
Wanen
Geen zin in sociale contacten
Geen energie
Hallucinaties
Verwardheid
Weinig initiatief
Vervlakking van gevoelens
Minder concentratie

Slide 4 - Drag question

Wat is een waan?
A
Hallucinatie
B
Depressie
C
Vaststaande overtuiging
D
Opwinding

Slide 5 - Quiz

Wat is paranoïde?
A
Verminderde behoefte aan slaap
B
Achterdochtig
C
Onrust
D
Waanvoorstelling

Slide 6 - Quiz

Psychose 
Een psychose is een toestand waarbij iemand zijn grip op de realiteit kwijt is.

Hij/zij ziet of hoort soms dingen die er niet zijn (hallucinaties) en is overtuigd van bepaalde ideeën die niet kloppen (wanen).


Slide 7 - Slide

Psychose 

Door een combinatie van erfelijke factoren en ongunstige omgevingsfactoren:
  • Psychische ziekten
  • Lichamelijke ziekten
  • Alcohol
  • Drugs



Slide 8 - Slide

Stemmingstoornis

Slide 9 - Slide

Stemming; wat is dat?
Stemming bepaalt hoe je je voelt
 (blij omdat de zon schijnt / verdrietig omdat je ruzie hebt)

Stemmingsstoornis: Het lukt niet om gevoelens 'normaal' te beleven
                                             Lukt niet meer om 'normaal' te functioneren

Stemming --> gemoedstoestand van langere duur: bv somberheid
Gevoelsleven --> kleurt je denken en handelen. Verbonden aan een situatie.




Slide 10 - Slide

Stemmingsstoornis
Verzamelnaam voor psychische aandoeningen waarbij de gemoedstoestand
ernstig verstoord is. Emoties zijn vaak heviger, langduriger, anders..

  • KERNSYMPTOOM: langdurige intense somberheid
  • KERNSYMPTOOM: verminderde interesse of plezier in (bijna alle) activiteiten
  • Verminderde eetlust / afvallen (of juist tegenovergestelde)
  • Verandering slaappatroon
  • Moeheid / futloos
  • Hopeloosheid / waardeloosheid / zinloos: gedachtes aan de dood
  • Problemen met aandacht en concentratie

Slide 11 - Slide

Depressie
Allesoverheersend!
- ontstaat meestal geleidelijk
- duur: maanden tot jaren

Veruit meest voorkomende stoornis
(incl jongeren/ouderen 800.000)
Kernsymptomen:
- intense sombere stemming
- duidelijke vermindering interesse/plezier


Slide 12 - Slide

Depressie
Overige symptomen:

- besluiteloosheid / concentratieproblemen
- gevoelens van waardeloosheid en schuld
- gedachten aan de dood en / of suïcide
- opwinding / remming
- vermoeidheid / energieverlies
- slapeloosheid / overmatig slapen
- verandering in eetlust en gewicht.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Soorten en factoren
  • Depressieve episode (eenmalig)
  • Recidiverende depressie (terugkerend)
  • Chronische depressie (blijft aanhouden)

Biologische factoren -> genetisch + werking brein

Psychologisch -> coping-vaardigheden
Sociaal -> stressvolle gebeurtenissen 

Slide 15 - Slide

Depressieve stemmingsstoornissen
Depressie met...
- angstige spanning (sombere stemming + ernstige onrust)
- melancholische kenmerken (diep neerslachtig zijn)
- psychotische kenmerken (tegelijkertijd wanen/hallucinaties)
- seizoensgebonden (bijvoorbeeld in de wintermaanden)
- na een bevalling (postnatale depressie)
- door een lichamelijke stoornis (bv door verstoring hormoonspiegel)

Slide 16 - Slide

Bestaan en beloop
  • Gemiddelde leeftijd: 25-35 jaar.
  • Kinderen en pubers kunnen ook depressie ontwikkelen, maar tot 15 jaar is de kans klein.
  • Depressie komt vaker voor bij bv lager opgeleiden, werklozen, arbeidsongeschikt....
  • In Nederland zijn ongeveer 850.000 mensen met depressie.
  • Vrouwen krijgen 2x zo vaak een depressie dan mannen.



Beloop: gemiddelde duur 4-6 maanden.
           Na 1 jaar is 80 % hersteld
           Na 3 jaar is 91% hersteld. Waarom is dat?

  • Bij de helft van de mensen die depressieve episode hadden, komt het terug. Gemiddeld tot 7-8 keer.
  • Comorbiditeit: angst / verslavingsachtige problemen / dwangmatigheid, persoonlijkheid



Slide 17 - Slide

Behandeling
- Lezen over depressie (zelfhulp)
- Psychotherapie
- Cognitieve therapie
- Running therapie
- Lichttherapie (biologische klok regelen)
- ECT (electro convulsie-therapie)
- Medicatie (antidepressiva -> verlichten, minder somber)
  Wat zal het risico zijn van de inzet van medicatie?
Cliënt is minder geremd door werking antidepressiva. Hierdoor een verhoogd suïciderisico! Met name tijdens eerste herstelfase.

Slide 18 - Slide

Begeleiding
  1. Inleven in de gevoelswereld (= niet meeslepen!)
  2. Hulp bij ADL (voldoende eten, drinken, hygiëne)
  3. Stimuleren tot activiteiten
  4. Stimuleren tot contact maken met anderen
  5. Alert zijn op suïcidaliteit (niet ontwijken + behandelteam) 

Slide 19 - Slide

Bipolaire stoornis

Bipolaire stoornis is een (meestal) terugkerende stemmingsstoornis.

Manie, hypomanie en depressie
Een bipolaire stoornis begint vaak tussen het 15e en 30e levensjaar, maar kan ook op latere leeftijd beginnen.
Een andere naam voor bipolaire stoornis is manisch-depressieve stoornis.

Wat is het verschil tussen tussen manie en depressie?





Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Verloop
- Een manische episode kan eenmalig zijn
- Kan elkaar afwisselen / neutrale periodes / 1 op de voorgrond
- Depressies kunnen maanden of zelfs jaren duren

Oorzaken:
- Biologisch / psychisch / sociaal
Wie weet de verschillen nog?

Slide 25 - Slide

Behandeling
  • Soms is (gedwongen) opname noodzakelijk
  • Psycho-educatie
  • Medicijnen (stemmingsstabilisator) -> niet zomaar stoppen
  • Ermee om leren gaan/zelfmanagement... (inzicht, week-ritme, noodplan)
  • Psychotherapie (Zoals CGT of gezinsgerichte therapie) 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Signaleringsplan (oefening)
Voor signalering van bepaald gedrag.
Het is een HULPMIDDEL. Dreigende terugval voorkomen.
Waarschuwingssignalen. Handig voor de cliënt, omgeving, hulpverlener. --> Samen met de cliënt maken.
Inzicht in gedrag en mogelijke oplossingen:
--> stencil uitdelen / 3 fases / voor jezelf proberen in te vullen


Slide 29 - Slide

Portfolio opdracht 4: Signaleringsplan 

Vul het veiligheidsplan van 113 in (uitgedeeld in de les)
Stel daarna je eigen signaleringsplan op (groene fase, oranje fase & rode fase)

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Portfolio opdracht 5: levensverhalen
Dit is de laatste opdracht voor in je portfolio! 
(Zie volgende pagina voor uitleg 5xW+H)
Ga ermee aan de slag 
Let op : 27 juni inleveren portfolio
 
Huiswerk voor deze week: 
GZZ1: Thema 5 hoofdstuk 12 en 13 alle opdrachten


Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Welke kenmerken van een psychose herken je bij Danny?

Slide 35 - Open question

Danny heeft een psychose
Kijkvraag: Welke kenmerken van een psychose herken je bij Danny?

Slide 36 - Slide