5.2

Welkom 3C

5.2

1 / 14

Slide 1: Slide

EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Lesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom 3C

5.2

Slide 1 - Slide

Programma

Welkom

Terugblik vorige les

Theorie + uitleg

Huiswerk controle

Zelfstandig aan de slag

Slide 2 - Slide

Vorige les

Wat is het verschil tussen de nettoloon en brutoloon?

Welke afspraken maak je met je arbeidsovereenkomst

Wat is een CAO?

Slide 3 - Slide

Huiswerk controle

Waarom niet gemaakt?

Slide 4 - Slide

Leerdoelen

Na deze presentatie weet je:

welke arbeidsmotieven je kunt hebben
welke productiesectoren er zijn
wat arbeidsverdeling is
wat een zzp’er is

Slide 5 - Slide

Wat kunnen reden zijn om te gaan werken?

Slide 6 - Slide

Arbeidsmotieven

geld verdienen
nuttig en zinvol bezig zijn
werken levert contacten op
een baan geeft regelmaat aan je leven
nieuwe dingen leren

Slide 7 - Slide

Opdracht!

Jullie gaan in twee/drietallen uitleggen. Dat doe je door het begrip uit te leggen en een voorbeeld te noemen. Gebruik aantekening ruimte blz. 156.

primaire sector- secundaire sector - tertiaire sector- quartaire sector

Hoe? Op zoek naar de betekenis en benoem een bedrijf die in de sector valt

Hulp? Werkboek of Chromebook

Tijd? 4 minuten

Wie? in tweetallen/ drietallen

timer

1:00

Slide 8 - Slide

Diensteneconomie

De sector die iets (een dienst) verkoop zonder dat er direct een product bij komt kijken

Binnen welke sector valt dit?

Slide 9 - Slide

arbeidsverdeling

In een bedrijf zijn de taken verdeeld.

Zo doet iedereen waar hij / zij goed in is.

Taken kunnen verdeeld worden in bijvoorbeeld:

leidinggevend werk
uitvoerend werk

Slide 10 - Slide

ZZP'er

Je kunt in loondienst werken, maar ook als zelfstandig ondernemer.

Een ondernemer verdient zijn inkomen met een eigen bedrijf.

Ondernemers starten vaak als zzp’er (zelfstandige zonder personeel).

Een zzp’er heeft meestal een eenmanszaak.

Is er één eigenaar
moet de eigenaar schulden met privégeld aflossen

Slide 11 - Slide

Aan de slag

Huiswerk maandag 3 maart:

5.2 + bedenk twee (toets)vragen over 5.3

Slide 12 - Slide

Reken oefening 1

Manon verdient een brutoloon van € 1.785 per maand.

Daarvan wordt € 104 loonbelasting ingehouden.

De sociale premies zijn 7,6% van haarbrutoloon.

Bereken het nettoloon dat Manon per maand ontvangt.

Slide 13 - Slide

Reken oefening 2

Stel: je bent 21 jaar, je verdient 10% meer dan het minimumloon.

Hoeveel verdien je per jaar?

Slide 14 - Slide

5.2