1M&1MH&2MH Les 29-5-2020

Uitzetten
Profielfoto van jezelf
Welkom allemaal bij het vak Nederlands!
We gaan zo starten.
Stel je camera, microfoon en profielfoto goed
 in.
Zet  een 
in de chat. Dan weet ik dat je er bent. 
Start geen nieuwe vergadering
Zet een 
in de chat als je een vraag hebt
1 / 34
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1-4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Uitzetten
Profielfoto van jezelf
Welkom allemaal bij het vak Nederlands!
We gaan zo starten.
Stel je camera, microfoon en profielfoto goed
 in.
Zet  een 
in de chat. Dan weet ik dat je er bent. 
Start geen nieuwe vergadering
Zet een 
in de chat als je een vraag hebt

Slide 1 - Slide

Welkom allemaal! 

Slide 2 - Slide

Praktische zaken
Lesrooster: 50 minuten les.

Hybride lesgeven: 
  • +- 10 leerlingen in het lokaal 
  • +- 20 leerlingen digitaal 

Belangrijk: één leerling in het lokaal houdt de chat in de gaten; docent wordt ingeseind wanneer er digitaal vragen gesteld worden. 

Slide 3 - Slide

Planning
Komende twee weken staan de lessen in het teken van de praktische opdrachten:

  • PO: Boekopdracht (3x) 
  • PO: Op reis met de VOC/Op reis met.../COVID-19 (2x)

Slide 4 - Slide

1M, 1MH & 2MH -> PO: Boekopdracht
Opdrachtbeschrijving staat in SOM (jaargebonden bijlagen) en in Teams (documenten).

Thuis verder uitwerken.
Uiterste inleverdatum: 12 juni


Inleveren op school:
- boekendoos: complete schoenendoos met alle informatie
- strip: snelhechter met alle informatie + strip
- elevatorpitch: snelhechter met alle informatie + link naar filmpje. 

Slide 5 - Slide

PO Boekopdracht

Thuis verder uitwerken. 

Vragen? 

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
In PO: Op reis met de VOC/Op reis met... toetsen we onder andere de leerdoelen uit lezen H5 & H6. 
  • De leerling kan tekstdoelen herkennen. 
  • De leerling kan uitleggen waarom een illustratie bij een tekst staat. 
Je kunt deze leerdoelen herkennen in het beoordelingsformulier bij de praktische opdracht. 

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
In PO: COVID-19 toetsen we o.a. de leerdoelen uit lezen H5 & H6: 

  • De leerling kan kritisch lezen om te beoordelen of een tekst objectief en betrouwbaar is. 
  • De leerling kan bepalen voor welk publiek een tekst geschreven is.

Je kunt deze leerdoelen herkennen in het beoordelingsformulier bij de praktische opdracht. 

Slide 8 - Slide

1MH -> PO: Op reis met........
Vakoverstijgend project van de vakken: levensbeschouwing en Nederlands. 

Opdrachtbeschrijving staat in SOM (jaargebonden bijlagen) en in Teams (documenten).

-> leerdoelen Lezen H5 & H6.

Uiterste inleverdatum: 19 juni

Snelhechter met reisverslag inleveren bij mevrouw Makkink. 

Slide 9 - Slide

1M -> PO: Op reis met de VOC
Vakoverstijgend project van de vakken: geschiedenis, levensbeschouwing en Nederlands. 

Opdrachtbeschrijving staat in SOM (jaargebonden bijlagen) en in Teams (documenten).

-> leerdoelen Lezen H5 & H6. 

Uiterste inleverdatum: 19 juni


Snelhechter met reisverslag inleveren bij meneer Verkleij. 

Slide 10 - Slide

2MH -> PO: COVID-19
Praktische opdracht Nederlands

Opdrachtbeschrijving staat in SOM (jaargebonden bijlagen) en in Teams (documenten).

-> leerdoelen Lezen H5 & H6. 

Uiterste inleverdatum: 19 juni

Snelhechter met artikel inleveren bij mevrouw Makkink. 

Slide 11 - Slide

1M/1MH: Quiz 
Leesvaardigheid H1 t/m H6

Slide 12 - Slide

Wat is géén leesstrategie?
A
oriënterend lezen
B
zoekend lezen
C
begrijpend lezen
D
globaal lezen

Slide 13 - Quiz

Welke vraag stel je jezelf als je het onderwerp van een tekst zoekt?
A
Waar gaan deze alinea's over?
B
Welke tussenkopjes zie ik allemaal?
C
Moet ik het onderwerp echt weten om de tekst te begrijpen?
D
Waar gaat deze tekst over?

Slide 14 - Quiz

Als ik het onderwerp van een tekst wil weten, dan lees ik
A
oriënterend
B
globaal
C
zoekend
D
begrijpend

Slide 15 - Quiz

In welk deel van de tekst vertelt de schrijver alle informatie die hij wil geven?
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot
D
bron

Slide 16 - Quiz

Wat wil de schrijver in de inleiding van de tekst?
A
Hij herhaalt de belangrijkste dingen uit de tekst.
B
Hij geeft veel informatie.
C
Hij maakt duidelijk wat het onderwerp van de tekst is.
D
Hij vat de tekst kort samen.

Slide 17 - Quiz

Als je een moeilijk woord tegen komt in een tekst...
A
Sla je het meteen over
B
tel je hoe vaak het woord voorkomt
C
stop je met lezen
D
zoek je naar een woord met dezelfde betekenis

Slide 18 - Quiz

Als je het antwoord op een vraag uit de tekst wil halen, dan lees je
A
oriënterend
B
zoekend
C
globaal
D
helemaal

Slide 19 - Quiz

Als je snel alle belangrijke zaken uit een tekst wilt halen, dan
A
lees je de titel, tussenkopjes, 1e alinea en bekijk je de illustraties
B
zoek je naar getallen
C
lees je de inleiding en het slot
D
lees je van elke alinea de eerste en laatste zin

Slide 20 - Quiz

Wat kan in de inleiding staan?
A
een voorbeeld
B
een grappig verhaaltje (anekdote)
C
een vraag
D
alle drie de antwoorden zijn goed

Slide 21 - Quiz

Wat bedoelen we met de bron van een tekst?
A
de schrijver
B
waar de tekst vandaan komt
C
de reden dat de tekst geschreven is
D
het lettertype van de tekst

Slide 22 - Quiz

Wat is een tussenkopje?
A
De titel van een alinea
B
Het onderwerp van een alinea
C
de belangrijkste zin van een alinea
D
de bron van de tekst

Slide 23 - Quiz

Een schrijver wil met een tussenkopje duidelijk maken
A
waar de tekst over gaat
B
waar de bijbehorende alinea over gaat
C
dat er een andere tekst komt

Slide 24 - Quiz

Wat lees je als je het onderwerp van een tekst wilt weten?
A
De titel, de tussenkopjes, eerste alinea en opvallende woorden.
B
De eerste en laatste zinnen van elke alinea.
C
De hele tekst, zodat je precies weet waar die over gaat.
D
Het middenstuk.

Slide 25 - Quiz

Een tekst bestaat altijd uit een inleiding, middenstuk en slot.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quiz

Een schrijver heeft altijd een doel die hij wil bereiken met zijn tekst.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quiz

Als een schrijver wil dat je zijn mening overneemt,dan is het tekstdoel
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
overtuigen

Slide 28 - Quiz

Als een schrijver wil dat je weet hoe je iets moet doen, dan is het tekstdoel
A
informeren
B
activeren
C
instrueren
D
overtuigen

Slide 29 - Quiz

Een reclametekst is een voorbeeld van een tekstsoort waarvan het doel informeren is.
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

Een gebruiksaanwijzing heeft het doel om iemand te instrueren.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Zijn er nog vragen over Lezen H5 & H6?

Slide 32 - Open question

PO: Op reis met de VOC/Op reis met..../COVID-19


Zelfstandig aan het werk en 
tijd om vragen te stellen. 
timer
20:00

Slide 33 - Slide

Afsluiting
Donderdag opnieuw les: werk verder aan jouw PO en zorg dat je vragen/onduidelijkheden noteert zodat je heel gericht vragen kunt stellen tijdens de les. 

Slide 34 - Slide