8.4 mh1d

8.4 en herhalen
1 / 50
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes, text slides and 10 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

8.4 en herhalen

Slide 1 - Slide

vakantieherhaling
vandaag herhalen we wat we voor de vakantie hebben geleerd. we kijken dus nog even terug naar 8.1 t/m 8.3.
Daarna gaan we verder met 8.4

Slide 2 - Slide

herhaling 8.1
hierna staat een korte herhaling van de stof uit 8.1
8.1 gaat over lijnsymmetrie en bijzondere driehoeken

Slide 3 - Slide

Lijnsymmetrie
Een figuur is lijnsymmetrisch of spiegelsymmetrisch als deze uit twee helften bestaat, die elkaars spiegelbeeld zijn.

De vouwlijn noemen we de symmetrieas.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

3 woorden voor hetzelfde: 


lijnsymmetrisch
spiegelsymmetrisch
vouwsymmetrisch
3 woorden voor de lijn bij de lijnsymmetrie:

symmetrieas
spiegellijn
vouwlijn

Slide 7 - Slide

Wat is een ander woord voor lijnsymmetrie?
A
draaisymmetrie
B
puntsymmetrie
C
spiegelsymmetrie
D
vouwsymmetrie

Slide 8 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft dit figuur?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 9 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft dit figuur?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 10 - Quiz

gelijkbenige en gelijkzijdige driehoek
gelijkbenige driehoek
2 zijdes gelijk, 2 hoeken gelijk
gelijkzijdige driehoek
3 zijdes gelijk, 3 hoeken gelijk

Slide 11 - Slide

Gelijkbenige driehoek. 
de zijdes en hoeken in een
gelijkbenige driehoek hebben 
speciale
namen
basishoeken: 
2 gelijke hoeken
tophoek: de andere hoek
benen:
de 2 gelijke zijdes
basis: de andere zijde

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Wat voor soort driehoek is dit?
A
Rechthoekig
B
Gelijkbenig
C
Gelijkzijdig
D
Geen van de drie

Slide 15 - Quiz

Wat is er bijzonder aan deze driehoek?

Hij ..
A
is groen
B
is gelijkzijdig
C
is gelijkbenig
D
heeft drie hoeken

Slide 16 - Quiz

herhaling 8.2
kijk goed naar de video op de volgende dia, dit is een lastig onderwerp! paragraaf 2 gaat over het spiegelen van figuren in een spiegelas.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

het spiegelen van een punt doe je met bepaalde stappen. zet de stappen in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
schuif de geodriehoek naar punt A
teken een punt even ver van de spiegellijn aan de andere kant van de spiegellijn
noem het nieuwe punt A'
meet hoe ver punt A van de spiegellijn afligt
leg je geodriehoek loodrecht op de spiegellijn 

Slide 19 - Drag question

herhaling 8.3
paragraaf 3 ging over draaisymmetrie en overstaande hoeken

Slide 20 - Slide

draaisymmetrie
een figuur is draaisymmetrisch als wanneer je het een stukje draait (minder dan 1 heel rondje) je weer hetzelfde figuur krijgt.

kijk de uitleg video op de volgende dia

Slide 21 - Slide

Draaisymmetrie
Kleinste draaihoek berekenen: 

360 : aantal stappen

dus
360 : 5 = 72º

kijk de video over draaihoek berekenen

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

De bloem is na 6 stapjes helemaal rond:
De kleinste draaihoek is 360 : 6 = 60 graden.

Het molentje is in 4 stapjes helemaal rond.
De kleinste draaihoek is 360 : 4 = 90 graden.

Slide 24 - Slide

Overstaande hoeken
Twee lijnen die elkaar snijden 
maken vier hoeken.

De overstaande hoeken zijn 
even groot.

kijk de video op de volgende dia


Slide 25 - Slide

0

Slide 26 - Video

wat is de overstaande hoek van            ?
A4
laat het antwoord zien
A12
waarom is dit juist?

Slide 27 - Slide

Welke eigenschappen
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 28 - Quiz

wat is de overstaande hoek van
A5
A
A1
B
A2
C
A3
D
heeft geen overstaande hoek

Slide 29 - Quiz

wat is de overstaande hoek van
A12
A
A56
B
A4
C
A45
D
A5

Slide 30 - Quiz

8.4
vanaf hier beginnen we met 8.4
dit is dus nieuw!
we leren vandaag weer een nieuwe vorm symmetrie: schuifsymmetrie

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

motief en patroon
met schuifsymmetrie kan je een patroon maken
het kleinste stukje dat je telkens herhaald
noem je het motief. 

bij deze tegelvloer is één tegel het motief
door die tegel te herhalen ontstaat een 
patroon

het motief

Slide 33 - Slide

1

Slide 34 - Video

02:14
evenwijdige lijnen:
twee lijnen die precies dezelfde richten hebben en dus recht naast elkaar lopen

Slide 35 - Slide

schuifsymmetrie met hoeken

Slide 36 - Slide

Schuifsymmetrie

2 evenwijdige lijnen die gesneden worden door 1 (dezelfde) andere lijn: schuifsymmetrie


R1 = R3 (overstaande hoeken)
R1 = S1 (schuifsymmetrie)


Slide 37 - Slide

wil je wat extra uitleg over schuifsymmetrie?
kijk de video op de volgende dia

Slide 38 - Slide

0

Slide 39 - Video

Wil je wat extra uitleg over gelijken hoeken?
kijk de video op de volgende dia

Slide 40 - Slide

0

Slide 41 - Video

dat hoeken bij evenwijdige lijnen gelijk zijn heeft ook een naam:
F-hoeken

je kunt de letter F erin zien als je
goed kijkt.

Slide 42 - Slide

F-hoeken
F-hoeken

Slide 43 - Slide

F-hoeken
Soms is de F anders gedraaid, dat maakt voor F-hoeken niets uit. De hoeken in de F zijn gelijk, dat geven we aan met dezelfde tekentjes in beide hoeken.

Slide 44 - Slide

zelf maken
maar uit je boek:
opgaven: 59,60, 63 t/m 66
blz. 119-122
58,61,62, 67 t/m 71 mag je overslaan

Slide 45 - Slide

vlakvulling:
een patroon zonder lege ruimte

Slide 46 - Slide

vlakvulling
bij een vlakvulling vul je een vlak helemaal op zonder lege ruimte. je moet dus een motief gebruiken dat precies in elkaar past.

kijk de video
op de volgende
dia

Slide 47 - Slide

0

Slide 48 - Video

zelf maken
maar uit je boek:
72,73
blz. 124-125
67 t/m 71 mag je overslaan

Slide 49 - Slide

maak fotos van de opgaven: 59,60, 63 t/m 66, 72,73.
lever de foto's hieronder in

Slide 50 - Open question