LLT - Les 5 Doelstellingen

LLT - Doelstellingen 
Herhalen/opfrissen
Periode 2 
Landstede sport en bewegen
1 / 38
next
Slide 1: Slide
MentorlesMBOStudiejaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

LLT - Doelstellingen 
Herhalen/opfrissen
Periode 2 
Landstede sport en bewegen

Slide 1 - Slide

Wat was jouw hoogtepunt van afgelopen vakantie?

Slide 2 - Open question

Wat gaan we doen?  

Ervaren/ zien wat voor verschillende doelstellingen er zijn; motorische doelstelling, cognitieve doelstelling en sociaal-affectieve doelstelling.

Motorische cognitieve en sociaal-affectieve doelstelling bedenken.

Filmpjes maken waarin de verschillende doelstellingen aanbod komen.

Slide 3 - Slide

Doelstelling van deze les:


Na deze les weet je wat voor verschillende doelstellingen er zijn. 

Slide 4 - Slide

Leesopdracht
Voordat je gaat starten beginnen we met lezen.
Pak je boek 'erbij. Zoek naar didactische sleutelvragen. 
Welke didaactische sleutelvraag beantwoord je met een doelstelling?
Lees vanaf bladzijde 49 t/m 60 als voorbereiding op deze LessonUp.

Slide 5 - Slide

Doelstellingen
Als je lesgeeft, dan wil je wat bereiken. Wat je wilt bereiken noemen we een doelstelling. 

Als je iets wilt bereiken, het veranderen van gedrag, is werken met een doel cruciaal. 

Slide 6 - Slide

Wat zijn doelstellingen volgens het boek?

Slide 7 - Open question

Welke drie soorten doelstellingen zijn er?

Slide 8 - Open question

Waarom is het belangrijk om het begin en eindgedrag goed in beeld te hebben van je les?

Slide 9 - Open question

Waarom zijn doelstellingen nodig?
  • Aangeven wat je wilt bereiken​
  • Jezelf aanzetten tot nadenken over wat je gaat doen​
  • Komen tot een optimaal leerresultaat​
  • Richting geven aan de praktische invulling van je training​
  • Je kunnen verantwoorden tegenover een ander




Slide 10 - Slide

Meerkeuzevragen
Geef aan bij onderstaande doelstellingen of het om motorisch, cognitieve of sociaal-affectieve doelstellingen gaat.   

Slide 11 - Slide

Vijf fouten en correcties kunnen opnoemen van de handstandoverslag
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 12 - Quiz

De schoolslagbewegingen kunnen maken
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 13 - Quiz

Plezier beleven aan sportbeoefening
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 14 - Quiz

De dribbel bij voetbal kunnen uitoefenen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 15 - Quiz

Met de squat-techniek 120 kg kunnen tillen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 16 - Quiz

Het kunnen omgaan met winst en verlies
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 17 - Quiz

Het 4-3-3 systeem bij voetbal kunnen uitleggen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 18 - Quiz

Een duurloop van 10 km. kunnen lopen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 19 - Quiz

De juiste positie kiezen bij een zoneverdediging
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 20 - Quiz

Bij niet-lukken doorzettingsvermogen tonen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 21 - Quiz

De techniek van de schoolslag kunnen analyseren
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 22 - Quiz

Een methodiek van de lay-up kunnen samenstellen
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 23 - Quiz

Het kunnen accepteren van beslissingen van de scheidsrechter
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 24 - Quiz

De rechtstandige sprong kunnen uitvoeren
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 25 - Quiz

Een goede samenwerking laten zien
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 26 - Quiz

Doelstellingen en je les/ training 
Een doelstelling geeft richting aan:​

  •  De lesopbouw​
  •  De organisatie​
  •  De bewegingsvormen​
  •  De didactische werkvormen



Slide 27 - Slide

1

Slide 28 - Video

00:00
Film doelstellingen
Bekijk het volgende filmpje met verschillende doelstellingen. Schrijf voor jezelf op welke doelstellingen je ziet.

Slide 29 - Slide

Wat is een doelstelling voor
activiteit 1?
A
De deelnemers kunnen slalommen om de pionnen aan het einde van de les.
B
De deelnemers kunnen op hun handen lopen tijdens de crossfit les, waarbij ze recht in de handstand staan en naar hun handen kijken.​
C
De deelnemers kunnen op hun handen lopen tijdens de crossfit les.
D
De deelnemers kunnen in de handstand staan en naar hun handen blijven kijken.

Slide 30 - Quiz

Welke soort doelstelling is activiteit 1?
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 31 - Quiz

Wat is een doelstelling voor
activiteit 2?
A
Klas 1u kan een mat kantelen met een persoon erop en die kan blijven zitten.
B
Klas 1U kan de mat kantelen en op de grond laten vallen met een persoon erop.
C
Klas 1U kan samenwerken door de mat te kantelen.
D
Klas 1U kunnen de mat kantelen terwijl er een persoon op zit door goed samen te werken.

Slide 32 - Quiz

Welke soort doelstelling is activiteit 3?
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 33 - Quiz

Wat is een doelstelling voor activiteit 3?
A
De studenten weten hoe het meervoudig poulesysteem werkt.
B
De studenten kunnen een poulesysteem opschrijven.
C
De studenten maken gebruik van een door de docent bedacht en ontwikkelt poulesysteem
D
De studenten weten wat een poulesysteem inhoudt.

Slide 34 - Quiz

Welke soort doelstelling is activiteit 3?
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 35 - Quiz

Wat is een doelstelling activiteit 4?
A
De crossfitter roeit op een roeiapparaat zover mogelijk.
B
De crossfitter kan 3 km roeien op een roeiapparaat.
C
De crossfitter kan 3 km roeien in de crossfitbox, binnen een tijdsbestek van 12 minuten.
D
De crossfitter kan binnen een tijdsbestek van 12 minuten heel ver roeien.

Slide 36 - Quiz

Welke soort doelstelling is activiteit 4?
A
Motorische doelstelling
B
Cognitieve doelstelling
C
Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 37 - Quiz

Einde van de opdracht
Je mag nu LessonUp afsluiten. Je score wordt berekend. 

Slide 38 - Slide