NB MASSATOERISME

Wat weet jij over
massatoerisme
1 / 46
next
Slide 1: Open question
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 8

This lesson contains 46 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Wat weet jij over
massatoerisme

Slide 1 - Open question

Lesdoel les 1
Om een tekst goed te begrijpen moet ik de betekenis van de woorden kennen.

Ik leer de betekenis van 10 woorden.

Slide 2 - Slide

We gaan lezen
Onderstreep de woorden in de tekst die je niet snapt of kent.

Iedereen moet meerdere woorden onderstreept hebben!

Slide 3 - Slide

Welke woorden heb jij onderstreept?
Juf geeft beurten.
Je hoeft geen vinger op te steken of te gillen.

Slide 4 - Slide

de beperking,
de uiterste grens

Slide 5 - Slide

beperken,
begrenzen

Slide 6 - Slide

in het begin

Slide 7 - Slide

de actie om een doel te bereiken

Slide 8 - Slide

de eerste keer dat iets gebeurt of bekendgemaakt wordt

Slide 9 - Slide

gevolg hebben voor

Slide 10 - Slide

het gevaar lopen dat er iets vervelends gebeurt

Slide 11 - Slide

de verdeling over een gebied of in de tijd

Slide 12 - Slide

last hebben van

Slide 13 - Slide

de populaire plaats

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Aan het werk
Maak de 25 vragen.

Probeer het eerst zonder woordenlijst, controleer dan je antwoord met de woordenlijst.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Link

lesdoel 2
Ik snap de tekst nuen daardoor kan ik vragen beantwoorden over de tekst waarbij ik dieper na moet denken.

 Ik kan mijn antwoord in mooie zinnen en in mijn eigen
woorden opschrijven.

Slide 27 - Slide

Wat is het verschill tussen gewoon toerisme en massatoerimse?
1.
Wat betekent indammen  in regel 4?
2.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Is het nu makkelijker voor toersiten om buslijn 116 te vinden?
2.
Kijk in regel 10-12.
Wat lees je daar over de oplossing van het gemeentebestuur?
1.

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Hoeveel kost de entree van Park Guëll?
Komen er daardoor minder toeristen?
1.
Lees de laatste zin van het stukje nog een keer. Mogen er ook minder mensen het centrum van Venetië in?
2.

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Wat heb je gelezen over de toeristenbelasting in Amsterdam?
1.
Wat heb je gelezen over riviercruiseboten in Amsterdam?
2.

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Lees regel 38-43 nog een keer.
Wat gebeurt er als huizen worden opgekocht?
1.
Wat kan er gebeuren als toeristen in woonwijken logeren?
2.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Aan het werk
Maak de 6 vragen.

Lees de tekst goed.
Schrijf het antwoord op in jouw eigen woorden.
Maak mooie zinnen.

Slide 39 - Slide

lesdoel 3
Ik kan mij verplaatsen in iemand anders en ik kan een dagboekfragment schrijven.

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

We gaan lezen
Wil jij straks een dagboekfragment schrijven als
  • toerist
  • een inwoner
  • een bestuurder
  • of iemand die leeft van toerisme

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide