What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
present continuous
Vorige keer
Present tense
Negations (ontkenning)
Woordenschat
1 / 54
next
Slide 1:
Slide
English
Secondary Education
This lesson contains
54 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
3 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Vorige keer
Present tense
Negations (ontkenning)
Woordenschat
Slide 1 - Slide
Vandaag
Herhaling
Present continuous
Vragende vorm
Meer woordenschat
Slide 2 - Slide
Vul de zin aan (to work)
I ... at McDonalds
A
work
B
works
C
working
D
worked
Slide 3 - Quiz
Antwoord A
Present tense is
persoonlijk voornaamwoord + hele werkwoord
Het hele werkwoord is
To work - to =
work
SHIT-regel is alleen bij she, he , it
Slide 4 - Slide
Pronouns zijn
A
Persoonlijke voornaamwoorden
B
Bijvoeglijke naamwoorden
C
Bijwoorden
D
Lidwoorden
Slide 5 - Quiz
Verbs zijn
A
Persoonlijke voornaamwoorden
B
werkwoorden
C
bijvoeglijke naamwoorden
D
bijwoorden
Slide 6 - Quiz
Vul de zin aan (to smoke)
She ... cigarettes
A
Smoke
B
Smokes
C
Smoking
D
Smoked
Slide 7 - Quiz
Antwoord B
Present tense =
pronoun + verb
verb
is to smoke - to = smoke
Maar She hoort bij de
SHIT-regel:
pronoun + verb + s
smokes
Slide 8 - Slide
Vul de zin aan (to study)
He .... biology
A
Studys
B
Study
C
Studies
D
Studying
Slide 9 - Quiz
Antwoord C
Pronoun + verb
To study - to = study
SHIT
-regel:
Pronoun + verb + s
Maar, bij woorden die eindigen op -y wordt het -ies
dus:
Studies
Slide 10 - Slide
Vul de zin aan (to do)
She ... the excercises (de oefeningen)
A
Dos
B
Doing
C
Does
D
Doed
Slide 11 - Quiz
Antwoord C
Pronoun + verb
to do - To = do
SHIT-regel:
Pronoun + verb + s
Maar, bij worden die eindigen op -o wordt het -oes
Dus:
Does
Slide 12 - Slide
Vul de zin aan (to watch)
She ... TV at night
A
Watches
B
Watched
C
Watchs
D
Watchies
Slide 13 - Quiz
Antwoord A
Pronoun + verb
verb = watch
SHIT-regel
pronoun + verb + s
Maar bij woorden die eindigen op een sissende klank wordt het -es
Dus:
Watches
Slide 14 - Slide
Vul de zin aan (To watch, ontkennend)
He ...... TV at night
A
Does not watches
B
Dos not watches
C
Does not watch
D
Do not watch
Slide 15 - Quiz
Antwoord C
Pronoun + verb
Ontkenning gebruikt hulp ww "to do" + "not"
Pronoun + to do + not + verb
SHIT-regel geld alleen voor één ww, het hulpww.
To do = do + -es (eindigt op -o)
Pronoun + does + not + verb
He does not watch
Slide 16 - Slide
Present simple
De present simple verteld over:
Gewoontes
Vaststaande feiten
onveranderlijke situaties
Slide 17 - Slide
Present Continuous
De present continuous verteld over:
Dingen die
nu
gebeuren, dus iets is nog bezig
iets is gestart in het verleden, maar is nog niet klaar
iets gaat
heel
binnenkort gebeuren.
Slide 18 - Slide
Present Continuous
Iets is nu aan het gebeuren
Altijd +ing
+ een versie van "zijn"
I
am
You
are
He/she/it
is
Slide 19 - Slide
Verleden
nu
Toekomst
Slide 20 - Slide
Voorbeelden
I am walking right now
Ik ben nu aan het lopen
I am studying mangement assistant at this moment
Op het moment studeer ik M.A.
She is currently eating
Zij is nu aan het eten
Slide 21 - Slide
Hoe weet ik dat ik de P.C. moet gebruiken?
Soms zijn er signaalwoorden:
Now
Currently
Right now
At the moment
At this moment
At present
Nu
momenteel
Nu
Op dit moment
Op dit moment
Huidig
Slide 22 - Slide
Regels
Positief: Pronoun +
am/are/is
+
stam van het werkwoord
+
ing
Negatief:
Pronoun +
am / are / is
+
not
+
stam van het werkwoord
+
ing
Vragend:
am / are / is
+
Pronoun
+
stam van het werkwoord
+
ing
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Hoe bouw ik de P.C. op?
De present continuous is zo opgebouwd:
Pronoun
+
to be
+ hele werkwoord +
ing
Dus:
I
am
eat
ing
To be is een
auxiliary verb
een hulpwerkwoord
Slide 25 - Slide
Regel 1
Het hele werkwoord
to eat - to =
eat
Slide 26 - Slide
Regel 2
Het hulp werkwoord "
to be
" dient
correct
vervoegd te worden in de
present simple:
I
am
You
are
He/she/it
is
We
are
You
are
They
are
Slide 27 - Slide
Uitzonderingen
bij werkwoorden die eindigen op een -e wordt in de P.C. de -e weggelaten.
Bij werkwoorden die eindigen op een klinker gevolgd door een medeklinker, wordt de medeklinker verdubbelt.
Slide 28 - Slide
Uitzondering 1
To leave weggaan
P.C. =
Pronoun
+
to be
+ verb +
ing
maar bij w.w. die eindigen op -e, wordt de
-e weggelaten
Dus:
I
am
leav
ing
You
are
leav
ing
She
is
leav
ing
Slide 29 - Slide
Uitzondering 2
To chat
chatten/kletsen
P.C. =
Pronoun
+
to be
+ verb +
ing
Maar bij woorden die eindigen op een klinker gevolgd door een medeklinker, wordt de
medeklinker verdubbeld
dus:
I
am
chat
t
ing
She
is
chat
t
ing
Slide 30 - Slide
Vul de zin aan (to watch)
She ... tv right now
A
watches
B
is watches
C
is watching
D
are watching
Slide 31 - Quiz
Vul de zin aan (to drink)
I .... tea at the moment
A
Drinking
B
drink
C
am drinking
D
is drinking
Slide 32 - Quiz
vul de zin aan (to chat)
Currently , he .... to his boss
A
chats
B
is chatting
C
is chating
D
are chatting
Slide 33 - Quiz
Bij negations
De P.C. kan ook ontkennend gemaakt worden.
Negations zijn in de past simpel:
pronoun + to do + not + verb
In de P.C. wordt het:
Pronoun
+
to be
+
not
+ verb +
ing
Slide 34 - Slide
Voorbeeld
Pronoun
+
to be
+
not
+ verb +
ing
I
am not
watch
ing
She
is not
leav
ing
He
is
not
chat
t
ing
Het hulp w.w. "to do" wordt dus niet gebruikt.
Slide 35 - Slide
Vul de zin aan (to leave, ontkennend)
I ... right now
A
am not leaving
B
are not leaving
C
am not leaveing
D
are not leaveing
Slide 36 - Quiz
vul de zin aan (to watch, ontkennend)
They .... tv right now
A
Are not watching
B
am not watching
C
are not watch
D
am not watches
Slide 37 - Quiz
Afkorten
Ook hier kan worden afgekort via dit rijtje:
You aren't
He/she/it isn't
we aren't
you aren't
they aren't
Behalve bij I am, deze kan
niet
worden afgekort!
Slide 38 - Slide
Handige zinnetjes
Als je wilt vertellen wat je studeert, op dit moment, gebruik je dus de
present continuous.
Het is immers iets wat nu nog aan de gang is.
Andere situaties waarin je de P.C. veel gebruikt:
Waar je op het moment aan het werk bent
Wat je op het moment aan het doen bent
Slide 39 - Slide
Handige zinnetjes
I am currently studying ....
Right now I am working at ....
At this moment I am working with....
I am doing homework right now
I am playing football right now
I am watching a movie right now
Slide 40 - Slide
Vragende zinnen
Vragende zinnen
worden veel gebruikt en zijn erg belangrijk om te kennen.
Vragende zinnen kun je in verschillende vervoegingen zetten.
Wij gaan kijken naar de present simple en de present continuous.
Slide 41 - Slide
Opbouw vraagzin
(vraagwoord)
+
to do
+
pronoun
+ verb
(Present simple)
(vraagwoord)
+
to be
+
pronoun
+ verb +
ing
(present continuous)
Wat valt je op?
Slide 42 - Slide
Vraagzinnen
Bij vraag zinnen komt het hulp w.w. eerst, en dan de
pronoun
.
I
walk
ik loop (present simple)
Do
I
walk?
Loop ik? (present simple, vragend)
én het hulp w.w. verschilt per tense.
To do voor present simple
To be voor present continuous
Slide 43 - Slide
Vraagzinnen P.C.
I
am
walk
ing
Ik ben aan het lopen
Am
I
walk
ing?
Ben ik aan het lopen
Slide 44 - Slide
Regel 1
De hulpwerkwoorden dienen correct vervoegt te worden
I am
You are
He/she/it is
we are
you are
they are
I do
You do
he/she/it does
we do
you do
they do
Slide 45 - Slide
Regel 2
De SHIT-regel in de
present tense
geldt ook bij vraag zinnen alléén voor het hulp w.w.
Dus:
Do
es
she
walk
?
Niet:
Does she walk
s
Slide 46 - Slide
Regel 3
In de
present continuous
komt er alleen bij het werkwoord -ing achter, met alle regels, niet bij het hulp w.w.
Dus:
Are
you
walk
ing
?
Niet:
are
ing
you walking?
Slide 47 - Slide
Vraagwoorden (volgende keer)
De vraagwoorden zijn:
What
Why
Which
When
Who
how
Slide 48 - Slide
Volgende keer
Wat zijn de vraagwoorden
vragen met can,will and must
Verleden tijd
wil je zelf iets?
Slide 49 - Slide
Huiswerk
Nieuwe woorden leren
Regels Present Continuous en de
vraag
regels leren
oefening eventueel maken
Slide 50 - Slide
Slide 51 - Video
Huiswerk
Schrijf op een blaadje zoveel mogelijk acties die Mr. Bean doet in dit filmpje in de present continuous
"Mr. Bean is making tea"
Slide 52 - Slide
Slide 53 - Video
Huiswerk opdracht
Kijk of je dit filmpje kan volgen.
Pauzeer het filmpje wanneer je wat meer tijd nodig hebt
Zeg het eerst in het Nederlands (Zij is aan het dansen) en vertaal het dan naar het Engels.
Gebruik google translate voor woorden die je niet kent.
Slide 54 - Slide
More lessons like this
Basisles vragen en present continuous
April 2022
- Lesson with
49 slides
English
Secondary Education
Present Simple en Present Continuous
April 2022
- Lesson with
52 slides
English
Secondary Education
Present Continuous
August 2022
- Lesson with
33 slides
English
Tertiary Education
Pr. Perfect simple en continuous
May 2022
- Lesson with
41 slides
English
Secondary Education
Present Simple
February 2022
- Lesson with
46 slides
English
Secondary Education
Present tense
May 2022
- Lesson with
35 slides
English
Secondary Education
Grammatica 2
April 2022
- Lesson with
37 slides
English
Secondary Education
Simple past and Past perfect
April 2022
- Lesson with
35 slides
English
Tertiary Education