1F Monday February 8th

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welcome

What do you know after this lesson:

- You can ask and tell the time in English

- You can talk about timetables and schoolsubject

 

Telling time

Een heel uur: 

it's ...... o'clock

Kwart over / kwart voor:

it's a quater past ......

it's a quater to ........

Half .......:*

it's half past ...............

(*Let op: wij kijken vooruit en de Engelsen kijken achteruit)

Hoe zeg je :

Het is 5 uur.

1. It's 5 o'clock
2. It's 5 hours

Hoe zeg je:

Het is half 9

1. It's half 9
2. It's half 8
3. It's half past 8
4. It's half past 9

Hoe zeg je:

Het is kwart voor 2

1. It's a quater past 2
2. it's 45 minutes past 1
3. It's 15 minutes minus 2
4. It's a quater to 2

Hoe zeg je:

Het is kwart over 4

1. It's a quater past 4
2. it's 45 minutes past 3
3. It's 15 minutes minus 4
4. It's a quater to 4

Hoe schrijf je:

Het is half 3

Telling time

Yellow part of the clock:

1 until 30 minutes past ......

Blue part of the clock

29 until 1 minute to ........

Hoe zeg je :

Het is 5 over 10

1. It's 5 to 10
2. It's 5 past 10
3. It's 5 over 10
4. It's 5 after 10

Hoe zeg je:

Het is 5 voor 8

1. it's 55 past 7
2. It's 5 minus 8
3. It's 5 to 8
4. It's 5 past 8

Hoe zeg je:

Het is 5 voor half 3

1. It's 5 to half 3
2. It's 5 to half past 2
3. It's 25 past 2
4. It's 25 to 3

Hoe zeg je:

Het is 10 voor 5.

1. It's 10 to 5
2. It's 50 past 4
3. It's 5 minus 10
4. It's 20 past half 5

Hoe schrijf je:
Het is 12 over 5

Klokkijken
Kan jij nu de tijd vertellen in het Engels?

1. Ja!
2. Jawel, maar ik wil er nog mee oefenen.
3. Jawel, maar ik zou het fijn vinden om het nog een keer te herhalen.
4. Ik snap er niks van.