Thema 2 B6 Soa's en geboorteregeling

Thema 2 

Voortplanting en seksualiteit

  



B6

 Soa's en geboorteregeling

1 / 42
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 2 

Voortplanting en seksualiteit

  



B6

 Soa's en geboorteregeling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma 
Les 1
  • Korte herhaling BS5 (5 min.)
  • Leerdoelen BS 6: Soa's en geboorteregeling (1 min.)
  • Uitleg soa's (10 min.)
  • Zelfstandig opdrachten maken (5 min.)
  • Uitleg geboorteregeling (10 min.)
  • Zelfstandig opdrachten maken (5 min.)
  • Oefen de Flitskaarten en maak Test Jezelf als laatste.
Eerder klaar? 
  •  Context Leefwereld 'HPV-vaccinatie' 
  • Lesafsluiter B6 (5 min.)
Les 2
  • Soa-spel

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma 

Les 2
  • Soa-spel (samen met havo).

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je nog van B5?
Seksualiteit

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Waar staan de letters LHBTIQA voor?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

LHBTIQA+
L= lesbisch
H = homoseksueel
B = biseksueel
T = transgender
I = intersekse
Q= queer
A = aseksueel

Slide 6 - Slide

Queer is een overkoepelend begrip voor onder andere homoseksuele, biseksuele, panseksuele, transgender, intersekse en non-binaire (ook wel 'genderqueer) mensen. De term wordt meestal gebruikt om uit te leggen dat iemand zich niet thuisvoelt binnen de hetero- en cisgendernormen en zogeheten 'hokjes' in twijfel trekt.
Hoe noem je de levensfase waarin de mens mentaal volwassen wordt?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Levensfasen 

Puberteit: levensfase waarin de mens lichamelijk volwassen wordt (ongeveer 10-17 jaar). 

Adolescentie: levensfase waarin de mens mentaal volwassen wordt (ongeveer 17-24 jaar). 

Slide 8 - Slide

De levensfase waarin het lichaam volwassen wordt, heet de puberteit. De periode loopt van ongeveer 10 tot 17 jaar, maar is per mens verschillend. De levensfase waarin een mens geestelijk volwassen wordt, heet adolescentie. In Nederland vinden veel mensen dat de adolescentie begint aan het einde van de puberteit en eindigt tussen de 20 en 25 jaar, maar soms wordt ook de puberteit als deel van de adolescentie gezien.
De geestelijke en lichamelijke veranderingen in de puberteit zijn de voorbereidingen op zelfstandig worden en de voortplanting. Tijdens deze periode ontwikkel je secundaire geslachtskenmerken en word je misschien voor de eerste keer verliefd. De hersenen ontwikkelen zich en de hormonen gieren door je lijf. Door al deze veranderingen kun je je onzeker voelen.
Na de overgang kan een vrouw niet meer zwanger worden. De voorraad follikels in de eierstokken neemt af, waardoor een vrouw uiteindelijk minder oestrogeen maakt. De overgang begint meestal tussen de 40 en 60 jaar. In 5 tot 10 jaar tijd verandert de hormonale regeling en komt tot een nieuw evenwicht. Sommige vrouwen hebben tijdens de overgang last van klachten zoals opvliegers, onregelmatig bloedverlies, hoofdpijn of stemmingswisselingen.
Ook bij mannen verandert de hormoonhuishouding naarmate ze ouder worden. Ze produceren geleidelijk minder testosteron. Sommige mannen hebben minder vaak een erectie. Mannen blijven meestal tot op hoge leeftijd vruchtbaar doordat ze spermacellen blijven produceren.
Wat is niet waar over condooms?
A
Een condoom heeft een houdbaarheidsdatum.
B
Een condoom beschermt tegen SOA's.
C
Je kunt een condoom vaker gebruiken.
D
Een condoom beschermt tegen zwangerschap.

Slide 9 - Quiz

Bij juist gebruik is de kans op een zwangerschap tussen de 2 en 5%
Leerdoelen B6
  1.  Je kunt beschrijven wat de gevolgen zijn van infecties met SOA's en aangeven hoe je deze infecties kunt voorkomen.


  2. Je kunt de werking van methoden van anticonceptie beschrijven en de voor- en nadelen van verschillende methoden benoemen.


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Link

This item has no instructions

Wat was je score bij de soa-test?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Veilige seks
Veilige seks: seks waarbij de kans op het overdragen van soa's en ongewenste zwangerschap wordt geminimaliseerd. 

Slide 13 - Slide

Het woord gender gaat niet over iemands geslacht, maar over of iemand zich meer vrouwelijk of mannelijk voelt of gedraagt en hoe de maatschappij naar vrouwelijk en mannelijk kijkt.
Soms herkent iemand zich niet in het geslacht waarmee die persoon is geboren. Zo iemand, een transgender persoon (zie afbeelding 40), heeft bijvoorbeeld het geboortegeslacht man en voelt zich vrouw, of andersom. Ook kan het zo zijn dat een transgender persoon zich een beetje van allebei voelt (genderqueer) of juist allebei niet (non-binair). Wanneer een transgender persoon zich volledig met de gender identificeert die niet overeenkomt met het geboortegeslacht, heet dat genderdysforie. In dat geval kan iemand kiezen voor hormoonbehandelingen en een geslachtsaanpassende operatie, maar dit willen niet alle transgender personen. Transgender personen kunnen hun geslacht laten veranderen in hun paspoort.
Veilige seks
  • Niet zoenen als iemand wondjes/ blaasjes heeft. 
  • Condoom of beflapje bij orale seks.
  • Condoom bij vaginale/ anale seks. 
  • Seksspeeltjes delen: condoom en goed schoonmaken. 

Slide 14 - Slide

Soa’s zijn seksueel overdraagbare aandoeningen. Het zijn infectieziekten waarbij de ziekteverwekker via seksueel contact kan worden overgedragen. Veel soa’s zijn goed te behandelen, maar sommige hebben ernstige gevolgen als ze niet op tijd worden behandeld.
Soa’s worden overgedragen door contact tussen bloed, sperma, vaginaal vocht en contact met de slijmvliezen. Sommige soa’s kunnen ook door huidcontact worden overgedragen. Als je seksueel contact zonder bescherming hebt, heet dat onveilig vrijen. Door veilig te vrijen is de kans op een soa kleiner.
Als je veilig wilt vrijen, kun je het volgende doen:
• Je hebt met één vaste partner seksueel contact. Je partner heeft ook alleen seksueel contact met jou. Jullie hebben allebei geen soa (jullie zijn getest) en jullie wassen eerst je handen met zeep.
• Zoenen is meestal redelijk veilig, maar als iemand wondjes of blaasjes bij de mond heeft, dan kun je beter niet zoenen.
• Als je orale seks hebt (beffen en pijpen) gebruik je een condoom of beflapje (zie afbeelding 45 en 46).
• Bij vaginale seks gebruik je een condoom.
• Gebruik bij anale seks (penis of vingers in de anus) een daarvoor geschikt condoom met extra veel glijmiddel.
• Bij scharen (twee vagina’s wrijven tegen elkaar) gebruik je een beflapje of opengeknipt condoom tussen de vagina’s.
• Als je seksspeeltjes met elkaar deelt, maak je ze tussendoor goed schoon en gebruik je een condoom.
Seksueel overdraagbare aandoeningen
  • Ziekteverwekker overgedragen via seksueel contact.
  • Overgedragen door contact tussen bloed, sperma, vaginaal vocht, slijmvliezen of huidcontact. 

Slide 15 - Slide

Soa’s zijn seksueel overdraagbare aandoeningen. Het zijn infectieziekten waarbij de ziekteverwekker via seksueel contact kan worden overgedragen. Veel soa’s zijn goed te behandelen, maar sommige hebben ernstige gevolgen als ze niet op tijd worden behandeld.
Soa’s worden overgedragen door contact tussen bloed, sperma, vaginaal vocht en contact met de slijmvliezen. Sommige soa’s kunnen ook door huidcontact worden overgedragen. Als je seksueel contact zonder bescherming hebt, heet dat onveilig vrijen. Door veilig te vrijen is de kans op een soa kleiner.
Chlamaydia
  • Oorzaak: bacterie (Chlamydia trachomatis).
  • Vaak geen klachten. 
  • Meer afscheiding, branderig gevoel (man/vrouw)
    of buikpijn/ koorts (vrouw) 
  • Behandeling: antibiotica. 

Mogelijke gevolgen geen behandeling:
  • Vrouw: ontstekingen in bekken + onvruchtbaarheid
  • Man: bijbalontsteking. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Gonorroe
  • Oorzaak: bacterie (Neisseria gonorrhea).
  • Vaak geen klachten bij vrouwen. 
  • Meer afscheiding/ bloed ('druiper'), branderig gevoel (man/vrouw).
  • Behandeling: antibiotica. 

Mogelijke gevolgen geen behandeling:
  • Vrouw: ontstekingen in bekken + onvruchtbaarheid
  • Man: bijbalontsteking. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Gonorroe
Bron: NU.nl

Slide 18 - Slide

In 2023 waren er ruim 13.800 gonorroe-diagnoses bij de CSG's. Dat is een stijging van 31% vergeleken met 2022. Hoewel gonorroe nog steeds het meest voorkomt bij mannen die seks hebben met mannen, valt vooral de stijging bij jonge vrouwen en jonge heteroseksuele mannen op. Het gaat dan vooral om mensen met een hoog opleidingsniveau, zonder migratieachtergrond. In 2023 nam het aantal gonorroediagnoses bij vrouwen toe met 78% ten opzichte van 2022 (van 1.458 naar 2.598) en bij heteroseksuele mannen met 51% (van 666 naar 1.007).
Herpes genitalis
  • Oorzaak: virus (herpes simplex).
  • Aanvallen van blaasjes en zweertjes rond mond,
    geslachtsdelen en anus (man/vrouw).
  • Behandeling: is er niet

  • Geen gevolgen voor gezondheid, wel erg besmettelijk. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

HIV/ AIDS
  • Oorzaak: virus (human immunodeficiency virus).
  • Overdraagbaar via bloed. 
  • Eerst wat griepverschijnselen, dan lange tijd geen klachten: seropositief
  • Zonder behandeling: AIDS
  • Virus valt immuunsysteem aan. 
  • HIV-remmers remmen ziekteverschijnselen. 
  • PrEP: HIV-infectie voorkomen.  

Slide 21 - Slide

Als je wordt besmet met hiv (human immunodeficiency virus), kun je wat griepverschijnselen krijgen, maar dat hoeft niet. Vervolgens zijn er langere tijd, tot wel enkele jaren, geen klachten. Iemand is dan seropositief. Wanneer iemand met hiv niet wordt behandeld, kan dat leiden tot aids. Het virus valt dan de cellen van het immuunsysteem aan, waardoor het immuunsysteem het lichaam niet meer kan beschermen tegen ziekteverwekkers. Gelukkig is het in Nederland mogelijk om met medicatie hiv te remmen, zodat de levensverwachting van hiv-patiënten nu net zo hoog is als die van mensen zonder hiv. Hiv-remmers zorgen er ook voor dat het virus niet meer overdraagbaar is. PrEP zijn pillen die je kunt slikken om een infectie met hiv te voorkomen. Wanneer je misschien toch in contact bent gekomen met het hiv-virus, kun je met een PrEP-kuur een hiv-infectie voorkomen.
Andere soa's
  • Zie tabel 3 voor overzicht veelvoorkomende soa's. 
  • Ook hepatitis B, syfilis en HPV (genitale wratten). 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Maak nu opdracht 79 t/m 86
Klaar?
  • Maak ook alvast opdracht  87 en 88 van B5


timer
5:00

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Geboorteregeling
  • Anticonceptie: verhinderen van bevruchting om zwangerschap te voorkomen. 
  • Verschillende methoden en voorbehoedsmiddelen. 

In te delen in:
  • Barrièremiddelen
  • Hormonale methoden
  • Koperspiraal
  • Klassieke methoden
  • Definitieve methoden 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Barrièremiddelen
  • Voorkomen dat spermacellen bij eicel komen. 
  • Bijvoorbeeld: condoom, vrouwencondoom, pessarium.
  • Pessarium: kapje over de baarmoedermond (tot 6 uur na vrijen blijven zitten).
  • Minder betrouwbaar dan andere middelen, vaak door onjuist gebruik. 

Slide 26 - Slide

Bij barrièremiddelen zorgt het middel ervoor dat de spermacellen niet bij de eicel kunnen komen. Voorbeelden hiervan zijn het condoom (met CE-keurmerk), het vrouwencondoom en het pessarium (zie afbeelding 47). Het vrouwencondoom is een soort zakje met twee ringen dat in de vagina wordt ingebracht. Het pessarium is een kapje dat voor het vrijen over de baarmoedermond wordt gelegd en na het vrijen nog minimaal zes uur moet blijven zitten. Bij zowel het vrouwencondoom als het pessarium is het verstandig om zaaddodende pasta te gebruiken. Het nadeel van barrièremiddelen is dat ze minder betrouwbaar zijn dan sommige andere middelen. Dit komt vaak door fout gebruik (zie afbeelding 48 voor juist gebruik van een condoom). Een condoom beschermt ook tegen besmetting met een soa.
Hormonale methoden
  • Cyclus van vrouw wordt beïnvloed door hormonale regulatie. 
  • Bijvoorbeeld: anticonceptiering, anticonceptiepil, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil, anticonceptiestaafje.
  • Werking: geen ovulatie/ slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling/ slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen.

Slide 27 - Slide

Hormonale methoden maken gebruik van hormonale regulatie om de cyclus van de vrouw te beïnvloeden. De gebruikte stoffen werken als de hormonen progesteron, oestrogeen of beide. De hormonen kunnen de volgende werking hebben: geen ovulatie, slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling, slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen. Bij goed gebruik zijn hormonale methoden heel betrouwbaar. Voorbeelden van hormonale methoden zijn: anticonceptiering, verschillende soorten anticonceptiepillen, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil en anticonceptiestaafje (zie afbeelding 49). Ook zijn er middelen om een zwangerschap te voorkomen kort na onveilige geslachtsgemeenschap: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje.
De anticonceptiering breng je zelf in om de baarmoedermond en haal je er drie weken later uit. Dan volgt een stopweek waarin een onttrekkingsbloeding plaatsvindt. Deze bloeding kan voelen als een gewone of een lichtere menstruatie. De anticonceptiepil slik je elke dag op hetzelfde tijdstip. Bij sommige pillen volgt na drie weken een stopweek. De anticonceptiepleister moet elke week worden vervangen en na drie weken volgt weer een stopweek. Bij deze drie vormen van anticonceptie kan de vrouw ervoor kiezen om de stopweek over te slaan. De menstruatie blijft dan uit of er is een klein beetje bloedverlies, spotting.
De prikpil, het anticonceptiestaafje en het hormoonspiraaltje worden allemaal door een arts geplaatst. De prikpil is een injectie die elke twaalf weken wordt toegediend. Het anticonceptiestaafje is een staafje dat de arts in de bovenarm plaatst en drie jaar werkt. Het hormoonspiraaltje wordt in de baarmoeder geplaatst en werkt vijf jaar.
De morning-afterpil moet je het liefst binnen twaalf uur na onveilige seks slikken, maar uiterlijk binnen vijf dagen. De hoeveelheid hormonen in een morning-afterpil is vele malen hoger dan in de anticonceptiepil. De morning-afterpil gebruiken in plaats van andere anticonceptie is dan ook niet aan te raden. Tot vijf dagen na onveilige seks kan een arts ook een koperspiraaltje plaatsen.
Hormonale methoden helpen sommige vrouwen bij het verminderen van acnéklachten, stemmingswisselingen, onregelmatige menstruaties en pijnlijke menstruaties.
Hormonale methoden hebben ook nadelen. Vrouwen kunnen last hebben van bijwerkingen, zoals pijnlijke borsten, hoofdpijn, misselijkheid, sombere gevoelens, stemmingswisselingen, gewichtstoename en minder zin in seks. Ook verhoogt het gebruik van sommige hormonale middelen de kans op trombose (bloedstolsels) en hart- en vaatziekten. Dit laatste wordt versterkt als vrouwen ook roken.
Hormonale methoden
  • Anticonceptiering: blijft 3 weken in baarmoedermond (dan stopweek). 

  • Anticonceptiepil: elke dag slikken op hetzelfde tijdstip (wel/ geen stopweek). 

  • Anticonceptiepleister: elke week vervangen (na 3 weken stopweek). 

Slide 28 - Slide

Hormonale methoden maken gebruik van hormonale regulatie om de cyclus van de vrouw te beïnvloeden. De gebruikte stoffen werken als de hormonen progesteron, oestrogeen of beide. De hormonen kunnen de volgende werking hebben: geen ovulatie, slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling, slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen. Bij goed gebruik zijn hormonale methoden heel betrouwbaar. Voorbeelden van hormonale methoden zijn: anticonceptiering, verschillende soorten anticonceptiepillen, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil en anticonceptiestaafje (zie afbeelding 49). Ook zijn er middelen om een zwangerschap te voorkomen kort na onveilige geslachtsgemeenschap: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje.
De anticonceptiering breng je zelf in om de baarmoedermond en haal je er drie weken later uit. Dan volgt een stopweek waarin een onttrekkingsbloeding plaatsvindt. Deze bloeding kan voelen als een gewone of een lichtere menstruatie. De anticonceptiepil slik je elke dag op hetzelfde tijdstip. Bij sommige pillen volgt na drie weken een stopweek. De anticonceptiepleister moet elke week worden vervangen en na drie weken volgt weer een stopweek. Bij deze drie vormen van anticonceptie kan de vrouw ervoor kiezen om de stopweek over te slaan. De menstruatie blijft dan uit of er is een klein beetje bloedverlies, spotting.
De prikpil, het anticonceptiestaafje en het hormoonspiraaltje worden allemaal door een arts geplaatst. De prikpil is een injectie die elke twaalf weken wordt toegediend. Het anticonceptiestaafje is een staafje dat de arts in de bovenarm plaatst en drie jaar werkt. Het hormoonspiraaltje wordt in de baarmoeder geplaatst en werkt vijf jaar.
De morning-afterpil moet je het liefst binnen twaalf uur na onveilige seks slikken, maar uiterlijk binnen vijf dagen. De hoeveelheid hormonen in een morning-afterpil is vele malen hoger dan in de anticonceptiepil. De morning-afterpil gebruiken in plaats van andere anticonceptie is dan ook niet aan te raden. Tot vijf dagen na onveilige seks kan een arts ook een koperspiraaltje plaatsen.
Hormonale methoden helpen sommige vrouwen bij het verminderen van acnéklachten, stemmingswisselingen, onregelmatige menstruaties en pijnlijke menstruaties.
Hormonale methoden hebben ook nadelen. Vrouwen kunnen last hebben van bijwerkingen, zoals pijnlijke borsten, hoofdpijn, misselijkheid, sombere gevoelens, stemmingswisselingen, gewichtstoename en minder zin in seks. Ook verhoogt het gebruik van sommige hormonale middelen de kans op trombose (bloedstolsels) en hart- en vaatziekten. Dit laatste wordt versterkt als vrouwen ook roken.
Hormonale methoden
  • Ook zwangerschap voorkomen kort na onveilige seks. 
  • Voorbeelden: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje

Slide 29 - Slide

Hormonale methoden maken gebruik van hormonale regulatie om de cyclus van de vrouw te beïnvloeden. De gebruikte stoffen werken als de hormonen progesteron, oestrogeen of beide. De hormonen kunnen de volgende werking hebben: geen ovulatie, slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling, slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen. Bij goed gebruik zijn hormonale methoden heel betrouwbaar. Voorbeelden van hormonale methoden zijn: anticonceptiering, verschillende soorten anticonceptiepillen, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil en anticonceptiestaafje (zie afbeelding 49). Ook zijn er middelen om een zwangerschap te voorkomen kort na onveilige geslachtsgemeenschap: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje.
De anticonceptiering breng je zelf in om de baarmoedermond en haal je er drie weken later uit. Dan volgt een stopweek waarin een onttrekkingsbloeding plaatsvindt. Deze bloeding kan voelen als een gewone of een lichtere menstruatie. De anticonceptiepil slik je elke dag op hetzelfde tijdstip. Bij sommige pillen volgt na drie weken een stopweek. De anticonceptiepleister moet elke week worden vervangen en na drie weken volgt weer een stopweek. Bij deze drie vormen van anticonceptie kan de vrouw ervoor kiezen om de stopweek over te slaan. De menstruatie blijft dan uit of er is een klein beetje bloedverlies, spotting.
De prikpil, het anticonceptiestaafje en het hormoonspiraaltje worden allemaal door een arts geplaatst. De prikpil is een injectie die elke twaalf weken wordt toegediend. Het anticonceptiestaafje is een staafje dat de arts in de bovenarm plaatst en drie jaar werkt. Het hormoonspiraaltje wordt in de baarmoeder geplaatst en werkt vijf jaar.
De morning-afterpil moet je het liefst binnen twaalf uur na onveilige seks slikken, maar uiterlijk binnen vijf dagen. De hoeveelheid hormonen in een morning-afterpil is vele malen hoger dan in de anticonceptiepil. De morning-afterpil gebruiken in plaats van andere anticonceptie is dan ook niet aan te raden. Tot vijf dagen na onveilige seks kan een arts ook een koperspiraaltje plaatsen.
Hormonale methoden helpen sommige vrouwen bij het verminderen van acnéklachten, stemmingswisselingen, onregelmatige menstruaties en pijnlijke menstruaties.
Hormonale methoden hebben ook nadelen. Vrouwen kunnen last hebben van bijwerkingen, zoals pijnlijke borsten, hoofdpijn, misselijkheid, sombere gevoelens, stemmingswisselingen, gewichtstoename en minder zin in seks. Ook verhoogt het gebruik van sommige hormonale middelen de kans op trombose (bloedstolsels) en hart- en vaatziekten. Dit laatste wordt versterkt als vrouwen ook roken.
Hormonale methoden
  • Prikpil, anticonceptiestaafje en hormoonspiraaltje door arts geplaatst. 
  • Prikpil: elke 12 weken een injectie. 
  • Anticonceptiestaafje: staafje in bovenarm, werkt voor 3 jaar. 
  • Hormoonspiraaltje: in baarmoeder geplaatst, werkt voor 5 jaar. 

Nadelen hormonale methoden: bijwerkingen als hoofdpijn, misselijkheid, stemmingswisselingen, gewichtstoename, minder zin in seks, verhoging kans op trombose en hart- en vaatziekten (vooral in combinatie met roken). 

Slide 30 - Slide

Hormonale methoden maken gebruik van hormonale regulatie om de cyclus van de vrouw te beïnvloeden. De gebruikte stoffen werken als de hormonen progesteron, oestrogeen of beide. De hormonen kunnen de volgende werking hebben: geen ovulatie, slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling, slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen. Bij goed gebruik zijn hormonale methoden heel betrouwbaar. Voorbeelden van hormonale methoden zijn: anticonceptiering, verschillende soorten anticonceptiepillen, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil en anticonceptiestaafje (zie afbeelding 49). Ook zijn er middelen om een zwangerschap te voorkomen kort na onveilige geslachtsgemeenschap: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje.
De anticonceptiering breng je zelf in om de baarmoedermond en haal je er drie weken later uit. Dan volgt een stopweek waarin een onttrekkingsbloeding plaatsvindt. Deze bloeding kan voelen als een gewone of een lichtere menstruatie. De anticonceptiepil slik je elke dag op hetzelfde tijdstip. Bij sommige pillen volgt na drie weken een stopweek. De anticonceptiepleister moet elke week worden vervangen en na drie weken volgt weer een stopweek. Bij deze drie vormen van anticonceptie kan de vrouw ervoor kiezen om de stopweek over te slaan. De menstruatie blijft dan uit of er is een klein beetje bloedverlies, spotting.
De prikpil, het anticonceptiestaafje en het hormoonspiraaltje worden allemaal door een arts geplaatst. De prikpil is een injectie die elke twaalf weken wordt toegediend. Het anticonceptiestaafje is een staafje dat de arts in de bovenarm plaatst en drie jaar werkt. Het hormoonspiraaltje wordt in de baarmoeder geplaatst en werkt vijf jaar.
De morning-afterpil moet je het liefst binnen twaalf uur na onveilige seks slikken, maar uiterlijk binnen vijf dagen. De hoeveelheid hormonen in een morning-afterpil is vele malen hoger dan in de anticonceptiepil. De morning-afterpil gebruiken in plaats van andere anticonceptie is dan ook niet aan te raden. Tot vijf dagen na onveilige seks kan een arts ook een koperspiraaltje plaatsen.
Hormonale methoden helpen sommige vrouwen bij het verminderen van acnéklachten, stemmingswisselingen, onregelmatige menstruaties en pijnlijke menstruaties.
Hormonale methoden hebben ook nadelen. Vrouwen kunnen last hebben van bijwerkingen, zoals pijnlijke borsten, hoofdpijn, misselijkheid, sombere gevoelens, stemmingswisselingen, gewichtstoename en minder zin in seks. Ook verhoogt het gebruik van sommige hormonale middelen de kans op trombose (bloedstolsels) en hart- en vaatziekten. Dit laatste wordt versterkt als vrouwen ook roken.
Koperspiraal
  • Wordt in baarmoeder geplaatst, maar bevat geen hormonen. 
  • Verandert baarmoederslijmvlies: kan geen innesteling plaatsvinden. 
  • Werkt 5- 10 jaar. 
  • Nadeel: kan menstruatie verergeren. 

Slide 31 - Slide

Hormonale methoden maken gebruik van hormonale regulatie om de cyclus van de vrouw te beïnvloeden. De gebruikte stoffen werken als de hormonen progesteron, oestrogeen of beide. De hormonen kunnen de volgende werking hebben: geen ovulatie, slijmvlies van de baarmoederwand ongeschikt maken voor innesteling, slijm in de baarmoederhals wordt dikker en daarmee vrijwel ondoordringbaar voor spermacellen. Bij goed gebruik zijn hormonale methoden heel betrouwbaar. Voorbeelden van hormonale methoden zijn: anticonceptiering, verschillende soorten anticonceptiepillen, anticonceptiepleister, hormoonspiraaltje, prikpil en anticonceptiestaafje (zie afbeelding 49). Ook zijn er middelen om een zwangerschap te voorkomen kort na onveilige geslachtsgemeenschap: morning-afterpil en morning-afterspiraaltje.
De anticonceptiering breng je zelf in om de baarmoedermond en haal je er drie weken later uit. Dan volgt een stopweek waarin een onttrekkingsbloeding plaatsvindt. Deze bloeding kan voelen als een gewone of een lichtere menstruatie. De anticonceptiepil slik je elke dag op hetzelfde tijdstip. Bij sommige pillen volgt na drie weken een stopweek. De anticonceptiepleister moet elke week worden vervangen en na drie weken volgt weer een stopweek. Bij deze drie vormen van anticonceptie kan de vrouw ervoor kiezen om de stopweek over te slaan. De menstruatie blijft dan uit of er is een klein beetje bloedverlies, spotting.
De prikpil, het anticonceptiestaafje en het hormoonspiraaltje worden allemaal door een arts geplaatst. De prikpil is een injectie die elke twaalf weken wordt toegediend. Het anticonceptiestaafje is een staafje dat de arts in de bovenarm plaatst en drie jaar werkt. Het hormoonspiraaltje wordt in de baarmoeder geplaatst en werkt vijf jaar.
De morning-afterpil moet je het liefst binnen twaalf uur na onveilige seks slikken, maar uiterlijk binnen vijf dagen. De hoeveelheid hormonen in een morning-afterpil is vele malen hoger dan in de anticonceptiepil. De morning-afterpil gebruiken in plaats van andere anticonceptie is dan ook niet aan te raden. Tot vijf dagen na onveilige seks kan een arts ook een koperspiraaltje plaatsen.
Hormonale methoden helpen sommige vrouwen bij het verminderen van acnéklachten, stemmingswisselingen, onregelmatige menstruaties en pijnlijke menstruaties.
Hormonale methoden hebben ook nadelen. Vrouwen kunnen last hebben van bijwerkingen, zoals pijnlijke borsten, hoofdpijn, misselijkheid, sombere gevoelens, stemmingswisselingen, gewichtstoename en minder zin in seks. Ook verhoogt het gebruik van sommige hormonale middelen de kans op trombose (bloedstolsels) en hart- en vaatziekten. Dit laatste wordt versterkt als vrouwen ook roken.
Klassieke methoden
  • Zonder hulpmiddelen. 
  • Nadeel: vaak onbetrouwbaar!

Voorbeelden: 
  • Coïtus interruptus: penis voor zaadlozing uit de vagina. 
  • Periodieke onthouding: geen seks rond ovulatie. 

Slide 32 - Slide

Klassieke anticonceptiemethoden worden gedaan zonder hulpmiddelen. Een voorbeeld hiervan is coïtus interruptus, waarbij de penis voor de zaadlozing uit de vagina wordt gehaald. Deze methode is heel onbetrouwbaar. Een andere methode is periodieke onthouding, waarbij er geen seks is in de dagen rond de ovulatie. Deze methode is ook niet betrouwbaar, omdat bij de meeste vrouwen de ovulatie niet precies veertien dagen na de start van de menstruatie is, maar bijvoorbeeld na elf of zeventien dagen. Dit weten vrouwen vaak zelf niet. Spermacellen kunnen drie tot soms wel vijf dagen in een vrouw overleven. Deze methode is dus erg lastig te plannen en daardoor onbetrouwbaar. Wanneer de vrouw ook haar temperatuur meet, is de methode iets betrouwbaarder. Rond de ovulatie stijgt de temperatuur van de vrouw 0,3 tot 0,4 °C. Als een vrouw haar temperatuur een aantal maanden elke ochtend meet, weet zij beter wanneer haar ovulatie is. Er bestaan apps die op basis van dagelijks gemeten lichaamstemperatuur en informatie over je cyclus een voorspelling doen over de vruchtbare dagen. Het gebruik van zo’n app kan handig zijn voor vrouwen die graag zwanger willen worden. Voor vrouwen die juist niet zwanger willen worden is deze methode niet erg betrouwbaar.
Definitieve methoden
  • Sterilisatie man: zaadleiders worden onderbroken. 
  • Sterilisatie vrouw: eileiders worden onderbroken. 

  • Nadeel: blijvend.

Slide 33 - Slide

Mannen en vrouwen die zeker weten dat ze geen kinderwens (meer) hebben, kunnen kiezen voor sterilisatie. Bij sterilisatie worden bij de man de zaadleiders onderbroken en bij de vrouw de eileiders. Sterilisatie is in principe blijvend, maar kan in sommige gevallen ongedaan worden gemaakt.
Er is geen manier van anticonceptie die voor iedereen de beste keus is. Het belangrijkste is dat je kiest voor een manier van anticonceptie die op dat moment goed is voor jou
Maak opdracht 79 t/m 88
Klaar?
  • Oefen de Flitskaarten en Test Jezelf van B6

Klaar?
  • Neem de Context Leefwereld 'HPV-vaccinatie' door en maak 
    opdracht 89-92

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Extra uitleg?
Kijk de video op de volgende slide. 

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Video

This item has no instructions

Lesafsluiter B6
1. J Je kunt beschrijven wat de gevolgen zijn van infecties met SOA's en aangeven hoe je deze infecties kunt voorkomen.

Je kunt de werking van methoden van anticonceptie beschrijven en de voor- en nadelen van verschillende methoden benoemen.
 


Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Link

This item has no instructions

Wat was je score?

Slide 39 - Open question

This item has no instructions

Slide 40 - Link

This item has no instructions

Wat was je score?

Slide 41 - Open question

This item has no instructions

Leerdoel soa-spel
  1. Je kunt uitleggen wat het gevolg is van onveilig seksueel gedrag op het verspreiden van soa's. 

Slide 42 - Slide

This item has no instructions