H2: nakijken Sp. H2 (1-5) + dictee

- Nakijken Spelling H2: 1 t/m 5
- Dictee...
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

- Nakijken Spelling H2: 1 t/m 5
- Dictee...

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Spelling H2:

Je weet hoe je klankveranderende werkwoorden in de verleden tijd spelt. 

Je weet hoe je de regel van ‘t kofschip gebruikt.

Je weet hoe je samenstellingen spelt.



Slide 2 - Slide

Nakijken Sp. H2: 1 (blz. 79)
  1. Persoonsvorm
  2. Stam
  3. Ik-vorm
  4. +t
  5. Hele werkwoord
  6. 't kofschip-x
  7. +te
  8. +de

Slide 3 - Slide

Nakijken Sp. H2: 2 (blz. 80)
  • Een zin met 'horen' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'kletsen' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'happen' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'klagen' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'fluisteren' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'likken' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'kussen' in de verleden tijd.
  • Een zin met 'babbelen' in de verleden tijd.

Slide 4 - Slide

Nakijken Sp. H2: 3 (blz. 80)
  • a belov - ik beloof - ik beloofde
  • b lot - ik loot - ik lootte
  • c tuit - ik tuit - ik tuitte
  • d peinz - ik peins - ik peinsde
  • e kerv - ik kerf - ik kerfde
  • f griss - ik gris - ik griste
  • g durv - ik durf - ik durfde

Slide 5 - Slide

Nakijken Sp. H2: 3 (blz. 80)
  • h verwaarloz - ik verwaarloos - ik verwaarloosde
  • i straff - ik straf - ik strafte
  • j keff - ik kef - ik kefte
Tip:
de stam bepaalt of er -de of -te achter de pv komt in de verleden tijd.

Slide 6 - Slide

Nakijken Sp. H2: 4 (blz. 80-81)
  • 1 bakten (stam = bakk, dus ik-vorm + ten)
  • 2 plantte (stam = plant, dus ik-vorm +te)
  • 3 veegde (stam = veg, dus ik-vorm +de)
  • 4 kookten (stam = kok, dus ik-vorm +ten)
  • 5 richtte in (stam = richt, dus ik-vorm +te)
  • 6 braadde(n) (stam = brad, dus ik-vorm +de(n) )
  • 7 harkte (stam = hark, dus ik-vorm + te)

Slide 7 - Slide

Nakijken Sp. H2: 4 (blz. 80-81)
  • 8 stoomde (stam = stom, dus ik-vorm +de)
  • 9 snoeide (stam = snoei, dus ik-vorm +de)
  • 10 proefde (stam = proev, dus ik-vorm +de)
  • 11 schepten op (stam = schepp, dus ik-vorm +ten)
  • 12 legden aan (stam = legg, dus ik-vorm +den)

Slide 8 - Slide

Nakijken Sp. H2: 5 (blz. 81)
  • 1 gegaan
  • 2 gevraagd
  • 3 bezocht
  • 4 geweest
  • 5 gekampeerd
  • 6 geboekt
  • 7 verdeeld

Slide 9 - Slide

Huiswerk
Spelling H2: 1 t/m 5

- Laatste 10 minuten: dictee
- 2c: teruggave proef-s.o.

https://www.cambiumned.nl/oefenen/grammatica/zinsdelen/ 

Slide 10 - Slide

Dictee H2 - 2 vmbo-gt

1 Mijn vader herinnert zich niet waar hij zijn portemonnee heeft gelaten.

2 Ik vind ananas en omelet een heerlijke combinatie.

3 De commissaris van politie houdt zijn mond over de zaak.

4 De deelnemer heeft immuniteit behaald bij de moeilijke proef.

5 Een tennisser aan de top mag meestal geen mayonaise.

6 Ik antwoordde op het forum anoniem een berichtje.

7 Op de manege heeft mijn vriendin haar pony gestald.

8 Helaas moeten we ons abonnement op het tijdschrift annuleren.

9 De archeoloog rijdt in Egypte op een kameel naar zijn werk.

10 De nieuwe spion bespioneerde de vijand fanatiek.


Slide 11 - Slide