3. Observeren en de verschillende methodes

Inventariseren van zorg- en ondersteuningsbehoeften
Waarnemen, observeren, signaleren, observatie methodes
Observeren en stappenplan signaleren 
1 / 34
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Inventariseren van zorg- en ondersteuningsbehoeften
Waarnemen, observeren, signaleren, observatie methodes
Observeren en stappenplan signaleren 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vorige week
  1. Bronnen 
  2. Levensboek
  3. Deelopdracht 3 --> rode loper

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leeruitkomst
De student verzamelt actief en doeltreffend vanuit diverse bronnen, observaties en eigen ervaringen, relevante informatie voor het plan van de zorgvrager en stemt dit af met de cliënt, naastbetrokkenen en eventueel het (multidisciplinair) team.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Deelopdracht 2

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat is waarnemen?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Waarnemen
Informatie verwerken we via onze zintuigen.

Bewust of onbewust neem je van alles waar. 

In je werk is het belangrijk dat je je bewust bent van hoe je waarneemt. 

Slide 6 - Slide

horen, zien, ruiken, proeven en voelen

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Opdracht
Het filmpje wordt afgespeeld. Zie jij hoe vaak de mensen met het witte t-shirt de bal overgooien?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Wat is observeren?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Observeren
Observeren betekent: het bewust, doelgericht en systematisch waarnemen van gedrag met behulp van alle zintuigen. 

Doel: informatie over het gedrag en de situatie van de zorgvrager verzamelen. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Observeren doe je om verschillende redenen
  • Om je handelen goed aan te kunnen sluiten bij de situatie of de persoon
  • Om een situatie of een persoon beter te begrijpen
  • Om een goed beeld te krijgen van een situatie of een persoon op basis van feiten
  • Om een vraag te beantwoorden.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Subjectief en objectief 
Interpreteren: Je bedenkt wat het gedrag betekent.

Het interpreteren van een observatie kan op twee manieren:
Subjectief: met een oordeel. De feiten met daarbij je mening en/ of gevoel. 
Objectief: zonder oordeel, alleen de feiten

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Beïnvloedende factoren en valkuilen bij observeren
Subjectieve observatie ontstaat door de volgende valkuilen:
  • vooroordelen
  • interesses
  • emotionele betrokkenheid
  • persoonlijke ervaringen 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Twee oude mensen?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Wat is signaleren?

Slide 20 - Mind map

This item has no instructions

Signaleren
Signaleren wil zeggen dat je gealarmeerd wordt door een waarschuwingsteken. 

In je werk let je bewust op signalen. Dat begint met bewust waarnemen tijdens je werk. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Observatiemethoden

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Methode - vrije observatie (ongestructureerd)
1. Geen observatieformulier of afspraken waarop je observeert
2. beleving van de observator staat centraal
3. Mogelijk beantwoord je een vraag die je hebt, zoals: 'Wat doet de bewoner in zijn vrije tijd?'

Wat zijn voordelen?
Wat zijn de nadelen?

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Methode - event sampling
1. 'turven' hoelang of hoevaak een bepaalde situatie zich voordoet

Wat zijn voordelen?
Wat zijn de nadelen?

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Registratiesysteem (gestructureerde observatie)
1. Doelbewust kijken naar een situatie
2. Je weet; 
- wie observeer ik?
- wanneer?
- waarop?
- hoelang?
3. Gegevens in een systeem zetten (turven/tellen/beschrijven etc.)
4. Zuiverste vorm = video opname/audio/foto. Waarom?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Methode - niet participerend
1. De observator neemt géén deel aan de situatie die geobserveerd wordt

Wat zijn voordelen?
Wat zijn de nadelen?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Methode -  participerend
1. De observator neemt wél deel aan de situatie

Wat zijn voordelen?
Wat zijn de nadelen?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Ik ga gedurende mijn dienst bijhouden hoe vaak Mw. Davids vraagt om toiletgang. Dit is:
A
Participerende observatie door event-sampling
B
Niet-participerende, vrije observatie
C
Participerende vrije observatie
D
Niet participerende observatie door event-sampling

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Ik ga van een afstand bekijken hoe de communicatie tussen cliënten gedurende het eten verloopt. Dit is:
A
Participerende event-sampling
B
Participerende vrije observatie
C
Niet-participerende vrije observatie
D
Niet-participerende gestructureerde observatie

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Tijdens de ADL ga ik Dhr. Pieters observeren op pijnsignalen middels een pijnschaal. Dit is:
A
Participerende event-sampling
B
Participerende gestructureerde observatie
C
Niet-participerende vrije observatie
D
Niet-participerende gestructureerde observatie

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Hulpmiddelen
  • pen en papier
  • videoapparatuur
  • observatieplan
  • gestructureerde observatieschalen (DOS-schaal, SNAQ, Braden-schaal)
  • bloeddrukmeter/thermometer

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Observatieplan
Bespreek met elkaar:
Wat zou je allemaal kunnen observeren bij een client?

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Observatieplan
  • Wat is een observatieplan?
  • Waarom zou je een observatieplan gebruiken?
  • Wat staat er in een observatie plan?




Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Volgende week
  • Observatieverslag schrijven

Slide 34 - Slide

This item has no instructions