Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint:
leesboek
lesboek Nieuw Nederlands
collegeblok/schrift
pen
timer
2:00
1 / 55
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint:
leesboek
lesboek Nieuw Nederlands
collegeblok/schrift
pen
timer
2:00
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat gaan we doen?
Lesdoelen
Mededelingen
Lezen
Herhaling theorie
Opdrachten nakijken/maken
Huiswerk
Evaluatie les
Slide 3 - Slide
Lesdoelen
Ik weet wat het doel van een tekst is.
Slide 4 - Slide
Mededelingen
Wat moet ik weten?
Slide 5 - Slide
Lezen in stilte
timer
10:00
Slide 6 - Slide
Doel van een tekst
De schrijver van een tekst wil bij de lezer iets bereiken. Hij wil bijvoorbeeld iets aan de lezer uitleggen of hij wil dat de lezer iets doet. De tekst die hij schrijft, heeft dus een doel.
Slide 7 - Slide
Doel van een tekst
De schrijver wil je informatie geven
krantenbericht, verslag van een sportwedstrijd
De schrijver wil je iets leren of uitleggen
studietekst, recept, gebruiksaanwijzing
De schrijver wil je iets laten doen
uitnodiging, reclametekst, advertentie
Slide 8 - Slide
Doel van een tekst
De schrijver wil zijn mening geven
bespreking van een film of app
De schrijver wil je amuseren
verhaal, strip
Slide 9 - Slide
Welk doel?
Slide 10 - Slide
Welk doel?
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Opdracht 2 blz. 118
Slide 13 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
Slide 14 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?
Slide 15 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?
3 honden uit het dierenasiel
Slide 16 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?
3 honden uit het dierenasiel
4 B een reclametekst
Slide 17 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
5 honden
Slide 18 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
5 honden
6 alinea 3
Slide 19 - Slide
Voor elk wat wils
Karakter
Advies
Ingeënt
Opvang
Hondencursus
opleiding voor de hond
een stof ingespoten die ervoor zorgt dat een mens of dier een bepaalde ziekte niet meer krijgt
raad
eigenschappen die je merkt aan hoe iemand zich gedraagt
voor iedereen iets wat hij leuk vindt.
verzorging ergens anders
Slide 20 - Drag question
Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
Slide 21 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet
Slide 22 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet
10 waar
11 karakter
Slide 23 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet
10 waar
11 karakter
12 Een gezonde hond kost in het eerste jaar meer geld, omdat je spullen zoals een voerbak en een hondenmand moet kopen. Dat hoeft in het tweede jaar niet meer.
Slide 24 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
13 A voor mensen die een hond willen.
Slide 25 - Slide
Opdracht 2 blz. 118
13 A voor mensen die een hond willen.
14 B De schrijver wil de lezer iets laten doen.
Slide 26 - Slide
Opdracht 3 blz. 119 1. Wie wil Ivo vooral informeren?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis
Slide 27 - Quiz
Opdracht 3 blz. 119 2. Wie wil Ivo vooral iets laten doen?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis
Slide 28 - Quiz
Opdracht 3 blz. 119 3. Wie wil Ivo vooral zijn mening geven?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis
Slide 29 - Quiz
Opdracht 3 blz. 119 4. Wie geeft antwoord op de vraag van Ivo?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis
Slide 30 - Quiz
Opdracht 4 blz. 120
Slide 31 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: insectenvlees
Slide 32 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: insectenvlees
2 alinea 1
Slide 33 - Slide
Wat voor soort tekst is dit?
A
Een artikel van internet
B
Een nieuwsbericht
C
Een recept
D
Een reclametekst
Slide 34 - Quiz
Beter voor het milieu
Gefokt, geteeld
gevoelig voor bepaalde stoffen
haal weg
iets waarvan mensen vinden dat je het niet mag doen, zeggen of gebruiken
walg; vind je het verschrikkelijk
Taboe
Duurzamer
Verwijder
Allergisch
Gekweekt
Gruwel
Slide 35 - Drag question
Opdracht 4 blz. 120
5 bij alinea 2 en 3
Slide 36 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
5 bij alinea 2 en 3
6 Omdat insecten veel goede voedingsstoffen bevatten net als varkens- en rundvlees.
Slide 37 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
5 bij alinea 2 en 3
6 Omdat insecten veel goede voedingsstoffen bevatten net als varkens- en rundvlees.
7 Het is belangrijk dat je de insecten goed heet maakt. De bacteriën moeten gedood worden anders is het eten van insectenvlees gevaarlijk (voor je gezondheid).
Slide 38 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
5 bij alinea 2 en 3
6 Omdat insecten veel goede voedingsstoffen bevatten net als varkens- en rundvlees.
7 Het is belangrijk dat je de insecten goed heet maakt. De bacteriën moeten gedood worden anders is het eten van insectenvlees gevaarlijk (voor je gezondheid).
8 Door de insecten te koken, frituren of te wokken.
Slide 39 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
9 Mensen die niet tegen schaal- of schelpdieren kunnen of allergisch zijn voor huismijt.
Slide 40 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
9 Mensen die niet tegen schaal- of schelpdieren kunnen of allergisch zijn voor huismijt.
10 1) Insecten hebben minder water en leefruimte nodig dan koeien en varkens.
Slide 41 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
9 Mensen die niet tegen schaal- of schelpdieren kunnen of allergisch zijn voor huismijt.
10 1) Insecten hebben minder water en leefruimte nodig dan koeien en varkens.
2) Van insecten wordt een groter deel als vlees gebruikt.
Slide 42 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
9 Mensen die niet tegen schaal- of schelpdieren kunnen of allergisch zijn voor huismijt.
10 1) Insecten hebben minder water en leefruimte nodig dan koeien en varkens.
2) Van insecten wordt een groter deel als vlees gebruikt.
11 De schrijver wil je informeren.
Slide 43 - Slide
Opdracht 4 blz. 120
9 Mensen die niet tegen schaal- of schelpdieren kunnen of allergisch zijn voor huismijt.
10 1) Insecten hebben minder water en leefruimte nodig dan koeien en varkens.
2) Van insecten wordt een groter deel als vlees gebruikt.
11 De schrijver wil je informeren.
12 eigen antwoord
Slide 44 - Slide
Slide 45 - Video
Wat is het doel van een strip?
Slide 46 - Open question
Wat is het doel van een recept (van bijv. een appeltaart)?