EC5_Zoeken naar werk

EC5_ Zoeken naar werk
1 / 16
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

EC5_ Zoeken naar werk

Slide 1 - Slide

leerdoelen
  • Je kunt het verschil tussen een werkgever en een werknemer aangeven.
  • Je kunt aangeven wanneer iemand een ZZP'er is.
  • Je kunt vertellen wat een vacature is en je kunt uitleggen hoe een sollicitatieproces verloopt voor een baan.
  • Je kunt aangeven wat een arbeidsovereenkomst is en benoemen wat hierin staat.
  • Je kunt uitleggen wat een CAO is (alleen voor havo/vwo).
  • Je kunt aangeven waarom een vakbond belangrijk is door te benoemen wat deze organisatie doet voor werknemers (alleen voor havo/vwo).




Slide 2 - Slide

ZZP'er, werkgever of werknemers
  • Als je later een bedrijf gaat beginnen zonder personeel in dienst te nemen, ben je een ZZP'er.
  • ZZP betekent zelfstandige zonder personeel. Als je zo'n bedrijf hebt, doe je alles zelf voor het bedrijf.
  • Je kunt als bedrijf wel personeel aannemen, maar dan ben je geen ZZP'er meer.
  • Wanneer je personeel aanneemt en een bedrijf hebt, ben je een werkgever.
  • Als je voor een bedrijf werkt, ben je een werknemer.
  • De meeste mensen in Nederland zijn werknemer.

Slide 3 - Slide

Sleep de plaatjes en de woorden naar het juiste begrip?
Werkgever
Werknemer
Een bedrijf
Een persoon (jij)

Slide 4 - Drag question

Solliciteren op een vacature
  • Op het moment dat een winkel of ander bedrijf personeel nodig heeft, plaatsen ze vaak online een vacature.
  • Een vacature is een ander woord voor een beschikbare baan. Als er een vacature is, kun je hierop solliciteren.
  • Solliciteren betekent dat je aangeeft dat je de beschikbare baan wilt hebben.

Slide 5 - Slide

Zo verloopt een sollicitatie 
  • Je geeft via internet aan dat je geïnteresseerd bent in de baan.
  • Je meldt je via een website aan en stuurt hierbij een motivatiebrief en een cv.
  • Een cv is een overzicht waarop staat welke opleidingen je hebt gedaan en wat je werkervaring is.
  • Als de werkgever je misschien wil aannemen, word je uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek.
  • Tijdens dit gesprek stelt het bedrijf jou vragen om uit te zoeken of jij de geschikte persoon voor de baan bent en of deze baan echt iets voor jou is.
  • Na het sollicitatiegesprek hoor je een paar dagen later of je bent aangenomen.

Slide 6 - Slide

Het contract:
Als je aangenomen wordt voor een baan na een sollicitatie, krijg je een arbeidsovereenkomst die je moet ondertekenen.
Een arbeidsovereenkomst is een ander woord voor een contract. In een arbeidsovereenkomst staat:
  • Hoeveel uur je per week werkt voor het bedrijf.
  • Hoeveel dagen vakantie je per jaar hebt.
  • Hoeveel euro je per uur verdient.
  • Wat voor werk je gaat doen voor het bedrijf.


Slide 7 - Slide

Hoe heet een contract die je tekent wanneer je voor een bedrijf gaat werken?

Slide 8 - Open question

Een CAO
  • Om te voorkomen dat bedrijven bij elke nieuwe werknemer een arbeidsovereenkomst moeten uitonderhandelen, hebben we in Nederland cao's.
  • Een cao staat voor collectieve arbeidsovereenkomst.
  • In de cao staan de afspraken voor een arbeidsovereenkomst voor bepaalde beroepen.
  • Je hebt bijvoorbeeld een cao voor kok, arts en docenten.

Slide 9 - Slide

De vakbond
  • De afspraken in deze cao's worden uit onderhandeld tussen de grote groepen bedrijven en de vakbonden.
  • De vakbond is een organisatie die opkomt voor mensen die werken voor een bedrijf. Vakbonden onderhandelen voor werknemers, omdat zij dit beter kunnen dan de meeste werknemers.
  • Vakbonden kunnen beter onderhandelen doordat ze dit vaak moeten doen en omdat ze grote groepen mensen kunnen laten staken.
  • Als een bedrijf niet eerlijk onderhandelt, kan de vakbond mensen oproepen om te staken. Bij een staking stoppen mensen met werken.
  • Dit dwingt bedrijven om de vakbond gelijk te geven.

Slide 10 - Slide

Voor welke groep mensen komt de vakbond op?
A
Werkgevers
B
Werknemers
C
ZZP'ers
D
De overheid

Slide 11 - Quiz

Hoe kan je ervoor dat je personeel zoveel mogelijk werk doet in een uur, zonder hem te dwingen harder te werken?
  • Scholing:
  • Als iemand opgeleid wordt, kan het efficiënter werken en meer werk in een uur doen.
  • Betere machines kopen:
  • Als het bedrijf nieuwe machines koopt, kan dit ervoor zorgen dat een werknemer meer werk in een uur doet.
  • Arbeidsverdeling:
  • Bij een goede arbeidsverdeling gaat iedereen in het bedrijf één specifieke taak doen waar hij goed in is.
  • Dit zorgt ervoor dat iemand meer werk kan doen per uur, doordat hij alleen dingen doet die hij goed en snel kan doen."

Slide 12 - Slide

leerdoelen
  • Je kunt het verschil tussen een werkgever en een werknemer aangeven.
  • Je kunt aangeven wanneer iemand een ZZP'er is.
  • Je kunt vertellen wat een vacature is en je kunt uitleggen hoe een sollicitatieproces verloopt voor een baan.
  • Je kunt aangeven wat een arbeidsovereenkomst is en benoemen wat hierin staat.
  • Je kunt uitleggen wat een CAO is (alleen voor havo/vwo).
  • Je kunt aangeven waarom een vakbond belangrijk is door te benoemen wat deze organisatie doet voor werknemers (alleen voor havo/vwo).




Slide 13 - Slide

Opdracht 1
"Je krijgt een kaart van Nederland.
  1. Geef op de kaart aan waar elke provincie ligt en hoe die provincie heet.
  2. Geef op de kaart aan waar elke hoofdstad van de provincie ligt en hoe deze plaats heet.
  3. Geef aan hoeveel procent van de (beroeps)bevolking werkloos is per provincie in 2023. (Formule: deel : geheel x 100)
Om vraag 3 te maken gebruik je de website https://www.cbs.nl/nl-nl/cijfers/detail/85268NED
Let op: iedereen vult de kaart zelf in. Je mag wel samenwerken, maar iedereen maakt zijn eigen.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Opdracht 2
Maak de vier theorievragen achterop de kaart. 

Slide 16 - Slide