This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 7 Ademen en Eten
7.1 Alles werkt samen
7.2 Ademen
7.3 Eten, les 1
7.4 Verteren
7.5 Ademen en eten bij dieren
Slide 1 - Slide
Leerdoelen 7.3
Je kunt voedingsstoffen en hun functies noemen.
Je kunt uitleggen wat gezond eten is en met de schijf van vijf of een voedingsmiddelentabel bepalen of een maaltijd gezond is.
Je kunt beschrijven hoe tandbederf ontstaat.
Je kunt beschrijven waardoor verstopte bloedvaten kunnen ontstaan.
Je kunt uitleggen wat er kan gebeuren bij ondervoeding en bij overmatige voeding.
Slide 2 - Slide
Voedingsstof & voedingsmiddel
Voedingsmiddel: alles wat je eet en drinkt.
Voedingsstoffen: de bruikbare bestanddelen uit voedingsmiddelen.
Je lichaam heeft voedingsstoffen nodig om zichzelf in leven te kunnen houden.
Slide 3 - Slide
Voedingsstoffen
Slide 4 - Mind map
Voedingsstoffen
Energierijke stoffen:
vetten en koolhydraten
(suikers, zetmeel)
Bouwstoffen:
water, mineralen en eiwitten
Beschermende stoffen:
vitaminen en mineralen
Slide 5 - Slide
Koolhydraten
Slide 6 - Slide
Eiwitten
Slide 7 - Slide
Vetten
Slide 8 - Slide
Vitaminen en mineralen
Slide 9 - Slide
Voedingsvezels
- Geen voedingsstof
- Stimuleert de darmen
- Voorkomt obstipatie (verstopping)
- Zorgen voor een verzadigd gevoel
- In plantaardige voedingsmiddelen
- Voedingsvezels worden zelf niet verteerd
Slide 10 - Slide
Voedingsvezel (= geen voedingsstof!)
Slide 11 - Slide
Zetmeel (koolhydraat) aantonen in voedingsmiddelen
Je kunt met een indicator zetmeel aantonen in voedingsmiddelen. De indicator voor zetmeel is joodoplossing. Als er zetmeel in een voedingsmiddel aanwezig is, kleurt de joodoplossing paars-blauw.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Te veel suiker
Eet je veel zoete voedingsmiddelen? Dan heb je sneller kans op tandbederf (cariës).
Bacteriën zetten de suikers om in een zuur.
Slide 15 - Slide
Poets 2x per dag
Speeksel neutraliseren zuur en doden bacteriën. Maar dat is helaas niet voldoende.
Poets met een tandpasta waar fluor in zit. dat maakt je tandglazuur sterker.
Je haalt dan ook tandplak weg. (kleverig laagje van bacteriën en voedselresten).
Slide 16 - Slide
Te veel vet
Als je jarenlang veel vette producten eet, neemt het cholesterolgehalte in het bloed toe.
Cholesterol is een vetachtige stof.
Wanneer je veel vet binnen krijgt, hoopt cholesterol zich op in de bloedvaten: ze worden nauwer en je bloed stroomt minder goed.
Slide 17 - Slide
Cholesterol vernauwt bloedvaten
Slide 18 - Slide
Overgewicht
Als je meer KJ of Kcal binnenkrijgt dan dat je gebruikt, dan kom je aan.
Grondstofwisseling + de hoeveelheid die je lichaam gebruikt als je in rust bent.
Hoeveel energie je nodig hebt, hangt af van: Leeftijd Geslacht Activiteit Hoeveelheid energie geef je aan in kilojoule (kJ) of kilocalorie (kcal). 1 kJ = 0,23 kcal.
Slide 19 - Slide
Anorexia
Ondergewicht door lijnen
Het begint vaak door onzekerheid
Iemand met anorexia is ondervoed en krijgt lichamelijke klachten