spelling en grammatica Thema 5 P4A

De komma (,)
Je plaats een komma tussen twee persoonsvormen die naast elkaar staan.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

De komma (,)
Je plaats een komma tussen twee persoonsvormen die naast elkaar staan.

Slide 1 - Slide

Enkele voorbeelden:
Als het meisje zwemt, voelt zij zich heel gelukkig.

Wanneer ik aan mijn vakantie  ik niet stoppen met lachen.

Slide 2 - Slide

Je plaatst een komma bij een opsomming


Een opsomming betekent dat er meerdere dingen na elkaar worden genoemd.

Slide 3 - Slide

Enkele voorbeelden:
Frank weet nog niet of hij op vakantie gaat naar Engeland, Zweden, Frankrijk of Italië.

In de auto draaien wij popmuziek, rockmuziek, techno en housemuziek.

Slide 4 - Slide

Voor een voegwoord
Een voegwoord verbindt twee zinnen met elkaar.
Voorbeelden van voegwoorden zijn:
omdat, doordat, wanneer, zoals, maar, want, dus

Let op: je plaats geen komma bij: en

Slide 5 - Slide

Enkele voorbeelden:
Ik wil graag naar de dierentuin,het is helaas gesloten.
Mijn vriend gaat naar huis, omdat het gaat regenen.

Slide 6 - Slide

Filmpje
Je krijgt een filmpje te zien waarin alles nog wordt uitgelegd.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

De dubbele punt (:)
De dubbele punt (:) geeft aan dat je even moet pauzeren tijdens het lezen.

Slide 9 - Slide

Enkele voorbeelden (:)
Ik neem veel spullen mee tijdens de studiereis: mijn dagboek, een tiolettas, mijn gymschoenen en een trui voor als ik het koud krijg.
Een reisleider doet van alles: excursies organiseren, hotelkamers boeken, rondleidingen verzorgen en nog veel meer.

Slide 10 - Slide

Dubbele punt (:) vervolg
Je plaatst ook een dubbele punt als je uitleg geeft bij iets wat je eerder in de zin hebt gezegd.

Slide 11 - Slide

Enkele voorbeelden:
Mijn paspoort is beschadigd: ik heb hem in het water laten vallen.
De excursie gaat niet door: het museum is onverwachts gesloten.

Slide 12 - Slide

Maken opdrachten:
Maak nu de opdrachten 1 t/m 7 op bladzijden 121, 122 , 123 en 124 in je boek. 
Als je klaar bent, klik je op de volgende dia.

Slide 13 - Slide

Oefenen 
Op www.junioreinstein.nl
kan je de leestekens die we besproken hadden nog eens oefenen.
Klik naar de volgende dia

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Oefenen dubbele punt
Ga naar de volgende dia.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Klaar?
Als je klaar bent, kan je verder gaan op studiemeter.

Slide 18 - Slide