Paragraaf 6

VIVO H4 Bewegen

Paragraaf 6 - Steunweefsels



1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

VIVO H4 Bewegen

Paragraaf 6 - Steunweefsels



Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt de drie verschillende steunweefsels benoemen
2. Je kunt uitleggen hoe beenweefsel en kraakbeenweefsel zijn opgebouwd.
3. Je kunt benoemen dat botten uit twee soorten beenweefsel zijn opgebouwd.
4. Je kunt uitleggen wat er verandert aan beenweefsel en kraakbeenweefsel vanaf de geboorte.
5. Je kunt voorbeelden geven waar been-, kraakbeen- en bindweefsel zich in het lichaam bevinden en uitleggen welke functie het heeft op die plaatsen.

Slide 2 - Slide

3 typen steunweefsels
Steunweefsels geven stevigheid en vorm
1. beenweefsel
2. kraakbeenweefsel
3. bindweefsel

Steunweefsels bestaan uit cellen en tussencelstof.

Slide 3 - Slide

Bindweefsel
Naast beenweefsel en kraakbeenweefsel heb je ook bindweefsel.

- beschermt weefsels en organen, dan is het zacht.
- geeft stevigheid bij gewrichten, dan is het stug.


Slide 4 - Slide

Het weefsel hiernaast is...
A
beenweefsel
B
kraakbeenweefsel

Slide 5 - Quiz

Beenweefsel
Compact beenweefsel
  • aan de buitenkant
  • hard en massief
  • belangrijk bij lange botten, zoals pijpbeenderen.

Slide 6 - Slide

Beenweefsel
Sponsachtig beenweefsel
  • binnenkant
  • honingraat
  • aan de uiteinden en in platte botten
  • hierin zit rood beenmerg: maakt rode bloedcellen

Slide 7 - Slide

Beenweefsel
Cellen met lange uitlopers en tussencelstof.

In de tussencelstof zitten:
- kalkzouten
- collageen = lijmstof

Slide 8 - Slide

2

Slide 9 - Video

01:59
Als lijmstof (=collageen) verdwijnt welke stof blijft dan over?

Slide 10 - Open question

02:36
Wat gebeurt er met het botje als kalk(zouten) uit het botje verdwijnen?

Slide 11 - Open question

Beenweefsel
Kalkzouten zorgen voor stevigheid
Collageen zorgt voor flexibiliteit

Bij de geboorte hebben je botten veel collageen, als je ouder wordt verandert steeds meer collageen in kalkzouten. 
Botten kunnen dan broos worden en sneller breken.

Slide 12 - Slide

bot waar niets mee is gedaan
bot dat in verdund zoutzuur heeft gelegen
bot dat een vlam is gehouden

Slide 13 - Drag question

Slide 14 - Slide

Het weefsel hiernaast is....
A
beenweefsel
B
kraakbeenweefsel

Slide 15 - Quiz

Kraakbeenweefsel
3 soorten:
1. In gewrichten: glad en stevig
2. in oorschelp en neus: stevig en elastisch
3. buitenkant kraakbeenschuiven: stevig en weinig vormbaar

Slide 16 - Slide

3 soorten kraakbeenweefsel
1 = kraakbeen in kniegewricht
2 = kraakbeen puntje van je neus
3 = kraakbeenschijf tussen wervels

(4 = kraakbeencel)
(5 = collageen)

Slide 17 - Slide

Ik heb de uitleg goed begrepen.
0100

Slide 18 - Poll