lineaire verbanden leerjaar 3 selion

Klas 3 - hoofdstuk 3
lineaire verbanden 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Klas 3 - hoofdstuk 3
lineaire verbanden 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Een formule bij een lineair verband maken

Slide 3 - Slide

Maak de formule bij grafiek 1.
A
y = 32 + 8x
B
y = 32 + 2x
C
y= 8x + 0
D
y = 2x + 0

Slide 4 - Quiz

Wat is bij deze
grafiek formule?
A
v = 20 + 100 x a
B
a = 20 + 100 x a
C
v = 100 + 20 x a
D
a = 20 + 100 x a

Slide 5 - Quiz

Kies de juiste formule voor grafiek IIII
A
x=-3
B
y=x-3
C
x=3y
D
y=-3

Slide 6 - Quiz

Wat is de formule van deze grafiek?
A
y = 1
B
x = 2
C
y = 2
D
x = 1

Slide 7 - Quiz

De formule bij de grafiek heeft een ...
A
Stijggetal
B
Daalgetal
C
positieve richtingscoëfficiënt
D
negatieve landing

Slide 8 - Quiz

Wat is de formule van de grafiek?
A
y = 6 + 3x
B
y = 6 - 3x
C
y = 6 + 1,5x
D
y = 6 - 1,5x

Slide 9 - Quiz

Welke formule hoort bij grafiek 1?
A
y = 5x + 2
B
y = -3x + 20
C
geen van beide
D
y= 5x -2

Slide 10 - Quiz

Wat zijn variabelen ?
A
Getallen in je formule/tabel/grafiek
B
Dat is de berekening
C
De woordjes of letters in je formule/tabel/grafiek
D
Dat is een tabel

Slide 11 - Quiz

Wat is de formule van deze grafiek?
A
gewicht = 1 - 0,5 x leeftijd
B
gewicht = 0,5 + 1,5 x leeftijd
C
gewicht = 1 + 0,5 x leeftijd
D
gewicht = 1 + 3 x tijd

Slide 12 - Quiz

Wat is de formule bij de grafiek?
A
x = -4
B
y = -4
C
y = x - 4
D
y = -x +4

Slide 13 - Quiz


De grafiek bij de formule
y=3x+4
A
is een dalende lijn
B
is een stijgende lijn

Slide 14 - Quiz

Wat is de formule bij de grafiek?
A
x = 5
B
y = 5
C
y = x = 5
D
y = -5

Slide 15 - Quiz

De grafiek met formule
y=6x3
A
Stijgt
B
Daalt

Slide 16 - Quiz

Wat is de formule bij deze grafiek?
A
y=30x+6
B
y=-30x-6
C
y=5x+30
D
y=-5x+30

Slide 17 - Quiz

De grafiek met formule
y=6x3
A
Stijgt
B
Daalt

Slide 18 - Quiz


De formule van grafiek 1 is: 
kosten = aantal uur x 25
Geef de vergelijking als kosten gelijk is aan 125.
A
kosten=125×25
B
125=aantal×25

Slide 19 - Quiz

Kies de juiste formule voor grafiek I
A
x=2
B
y=2
C
x=y
D
y=x+2

Slide 20 - Quiz


De grafiek bij de formule
y=21x+1
A
is een dalende lijn en gaat door (0,1)
B
is een stijgende lijn en gaat door (0,1)
C
is een stijgende lijn en gaat door (1,0)
D
is een dalende lijn en gaat door (1,0)

Slide 21 - Quiz


De grafiek bij de formule
y=3x+4
A
is een dalende lijn en gaat door (0,4)
B
is een stijgende lijn en gaat door (0,4)
C
is een stijgende lijn en gaat door (4,0)
D
is een stijgende lijn en gaat door (0,3)

Slide 22 - Quiz

Je hebt een positieve richtingscoëfficiënt in een lineaire formule

De grafiek is dan......
A
Rechte lijn
B
Stijgende rechte lijn
C
Horizontale lijn
D
Dalende rechte lijn

Slide 23 - Quiz

Wat is de formule van
deze grafiek?
A
t = 4 - 6 x kosten
B
t = 6 - 4 x kosten
C
kosten = 6 - 4t
D
kosten = 6 - 6t

Slide 24 - Quiz

Voorbeelden

Slide 25 - Slide

Lineaire verband
Waarom hoort deze tabel bij een lineaire formule?

Wat is dan het hellingsgetal?

Wat is het startgetal?

Wat is de formule?

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide