begrijpend lezen week 48

Begrijpend lezen, wat gaan we doen?
- Pak je laptop en ga naar lessonup.app en voer de code in:
 396 394.

- Eerst gaan we met Lessonup met begrijpend lezen aan de slag. 

- Daarna een Kahoot! quiz.

- Iets voor jezelf doen.



1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Begrijpend lezen, wat gaan we doen?
- Pak je laptop en ga naar lessonup.app en voer de code in:
 396 394.

- Eerst gaan we met Lessonup met begrijpend lezen aan de slag. 

- Daarna een Kahoot! quiz.

- Iets voor jezelf doen.



Slide 1 - Slide

Begrijpend lezen draait vooral om:
A
Goede woordenschat en kennis van de zinsopbouw
B
Kennis van de zinsopbouw en rijke levenservaringen
C
Rijke levenservaringen en voldoende woordenschat
D
Kennis van de zinsopbouw en het hebben van veel leeservaring.

Slide 2 - Quiz

Hoe kun je beter worden in Begrijpend Lezen?
A
Lees een boek
B
Lees een tijdschrift
C
Lees een wetenschappelijk artikel
D
Lees!

Slide 3 - Quiz


Bij verkennend lezen...
A
...probeer je de tekst te begrijpen en wil je precies weten wat erin staat.
B
...probeer je een eerste indruk van de tekst te krijgen.
C
...probeer je de tekst uit je hoofd te leren.
D
...probeer je in de tekst te vinden wat je zoekt.

Slide 4 - Quiz


Bij nauwkeurig lezen...
A
...probeer je de tekst te begrijpen en wil je precies weten wat erin staat.
B
...probeer je een eerste indruk van de tekst te krijgen.
C
...probeer je de tekst uit je hoofd te leren.
D
...probeer je in de tekst te vinden wat je zoekt.

Slide 5 - Quiz

Wat is zoekend lezen?
A
Naar plaatjes kijken, kopjes lezen, eerste en laatste zin lezen
B
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
C
Specifieke informatie in de tekst zoeken
D
De tekst zorgvuldig lezen

Slide 6 - Quiz

Wat is studerend lezen?
A
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
B
Specifieke informatie in de tekst zoeken
C
De tekst zorgvuldig lezen
D
De tekst meerdere keren zorgvuldig lezen

Slide 7 - Quiz

TEKSTOPBOUW IS?
A
de informatie in de tekst
B
informatie in de tekst op alfabet
C
de informatie in een logische volgorde
D
informatie over de tekst

Slide 8 - Quiz

Een goede tekst bestaat uit de volgende indeling:
Inleiding - middenstuk - slot
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

3. Wat is de meest voorkomende tekstopbouw?
A
driedeling: inleiding - uitleg - slot
B
tweedeling: inleiding - slot
C
tweedeling: inleiding - kern
D
driedeling: inleiding - middenstuk - slot

Slide 10 - Quiz

Wat is een kernzin?
A
De eerste zin van de inleiding.
B
De laatste zin van het slot.
C
De belangrijkste zin van een tekst.
D
De belangrijkste zin van een alinea.

Slide 11 - Quiz

Waar of niet waar: de hoofdgedachte noteer je in een hele zin.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Waar of niet waar: het onderwerp van een tekst noteer je in zo min mogelijk woorden
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Feit of mening:
Vandaag is het maandag.
A
feit
B
mening

Slide 14 - Quiz

Feit of mening?
Hij praat heel snel.
A
mening
B
feit

Slide 15 - Quiz

Feit of mening?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Feit
B
Mening

Slide 16 - Quiz

Titel?
- Samen lezen we de korte tekst.

- Daarna vijf vragen via Lessonup beantwoorden over de tekst. 

Slide 17 - Slide

Wat zou de beste titel zijn?
A
Dieren
B
Uitgeblust
C
Werk
D
Opgewekt

Slide 18 - Quiz

De tekst is een...
A
raadsel
B
verhaal
C
brief aan een leidinggevende
D
gedicht

Slide 19 - Quiz

Wat bedoelt de schrijver met: de hele dag in de weer
A
de hele dag door dezelfde dingen doen
B
de hele dag buiten zijn
C
de hele dag het weer bestuderen
D
de hele dag druk bezig zijn

Slide 20 - Quiz

Wat is waarschijnlijk het beroep van de schrijver?
A
verpleger
B
vuilnisman
C
muzikant
D
stratenmaker

Slide 21 - Quiz

In het laatste stukje staat: heel veel malen.

Malen betekent: niet kunnen stoppen met nadenken.

De schrijver bedoelt met malen ook...

A
water wegpompen
B
met de kiezen fijn maken
C
van koffie poeder maken
D
borduren

Slide 22 - Quiz

Kahoot! Of willen jullie zelfstandig werken?

Slide 23 - Slide