NK K4: Grammatik C

1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Modale werkwoorden

= werkwoorden waar nog een heel werkwoord achter moet

--> wij kunnen een ijsje kopen

--> wij mogen in de zee zwemmen

--> wij zouden graag de menukaart willen zien

Slide 2 - Slide

Modalverben


--> wir können ein Eis kaufen 

--> wir dürfen im Meer schwimmen

--> wir möchten die Speisekarte sehen

Slide 3 - Slide

Ich kann Deutsch sprechen.

Slide 4 - Slide

Was bedeutet (betekent) das Verb
können?
A
toestemming hebben
B
kunnen
C
zou graag willen
D
lusten

Slide 5 - Quiz

Bedenk een Duitse zin met de wij-vorm van können.
Bijv.: "Wir können die Aufgabe machen."

Slide 6 - Open question

Lisa mag einen Apfel.

Slide 7 - Slide

Was bedeutet (betekent) das Verb
mögen?
A
toestemming hebben
B
kunnen
C
zou graag willen
D
lusten

Slide 8 - Quiz

Bedenk een Duitse zin met de wij-vorm van mögen.
Bijv.: "Wir mögen Eis."

Slide 9 - Open question

Der Hund darf hier reingehen.

Slide 10 - Slide

Was bedeutet (betekent) das Verb
dürfen?
A
toestemming hebben
B
kunnen
C
zou graag willen
D
lusten

Slide 11 - Quiz

Bedenk een Duitse zin met de wij-vorm van dürfen.
Bijv.: "Wir dürfen ins Kino gehen."

Slide 12 - Open question

Kijk nu naar de vervoeging van deze drie werkwoorden. 

Slide 13 - Slide

Wat valt je op? (2x)
Hint: Kijk naar de enkelvoudsvormen!

Slide 14 - Open question