Opdracht 2-Chinese Waaier Havo/Mavo2 Periode 1- PPN

1 / 25
next
Slide 1: Slide
TekenenMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Voorbeeld 1 is een ________ voorstelling. Waarom? Licht je antwoord toe.
A
figuratieve
B
genre
C
thema
D
abstracte

Slide 3 - Quiz

Voorbeeld 2 is een ________ voorstelling. Waarom? Licht je antwoord toe.
A
onderwerp
B
abstracte
C
figuratieve
D
genre

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Kijk goed naar voorbeeld 2, noem 5 verschillende voorstellingsaspecten van dit kunstwerk.

Slide 6 - Open question

De 5 beeldende aspecten zijn:
A
Kleur, perspectief, lichtval, vorm en compositie.
B
Genre, vorm, kleur, lichtval en ruimte.
C
Compositie, diepte, kleur, vorm en ruimte.
D
Lichtval, kleur, ruimte, compositie en vorm.

Slide 7 - Quiz

Sleep de juiste woorden naar de juiste afbeeldingen op de volgende slide.

Slide 8 - Slide

Vlak 
Reliëf 
Volume.
Inhoud 

Slide 9 - Drag question

Wat zijn organische vormen?

Slide 10 - Open question

Wat zijn geometrische vormen?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Kijk goed naar de kunstwerken van Roy Yariv (voorbeeld 3). Is dit een voorbeeld van een volledig geometrisch kunstwerk, of zie je ook organische vormen in zijn werk? Zo ja, waar zie je organische vormen?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Op voorbeeld 4 zie je een figuratieve en gestileerde inkttekening.
Wat betekent figuratief?
Wat betekent gestileerd?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

De soldaat in het schilderij van kunstenaar Zhang Xiaogang (voorbeeld 5) heeft een rood hoofd. Wat zou de symbolische betekenis hiervan kunnen zijn?

Slide 17 - Open question

Sleep de juiste woorden naar de juiste afbeeldingen op de volgende slide.

Slide 18 - Slide

Licht-donker contrast
Warme-kleuren contrast
Warm-koud contrast
Koele-kleuren contrast
Kleur-kleur contrast

Slide 19 - Drag question

Slide 20 - Slide

Leg uit hoe je kan zien dat kunstenaar Yue Min Jun afsnijding heeft gebruikt in zijn schilderij
(voorbeeld 6).

Slide 21 - Open question

Wanneer is er sprake van:
1. Ooghoogte:
2. Kikvorsperspectief
3. Vogelvluchtperspectief:

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

In voorbeeld 7 zie je :
A
Horizontale richtlijnen
B
Diagonale richtlijnen
C
Verticale richtlijnen
D
Horizontale, verticale en diagonale richtlijnen

Slide 24 - Quiz

Leg uit waar je de richtlijnen ziet.

Slide 25 - Open question