This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
3.8 DNA technieken
Welkom allemaal!
Ga lekker zitten en leg vast klaar:
laptop (dicht)
boeken
schrift
pen
We gaan zo beginnen!
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Vandaag
Herhalen vorige les(sen)
Uitleg DNA technieken
Opdrachten maken
Oefenen met de toetsstof:
diagnostische toets
examenvragen
Slide 4 - Slide
Bekijk het verwantschapsschema hiernaast.
Wat is de meest recente, gemeenschappelijke voorouder van de wolf, de luipaard en de kat?
A
A
B
B
C
C
Slide 5 - Quiz
Een verwantschapsschema (stamboom) bestaat uit een lijn die de ouderdom aangeeft met aftakkingen. Byron zegt: hoe dichter de aftakkingen bij elkaar staan, hoe meer dezelfde eigenschappen organismen bezitten. Jack zegt: hoe langer geleden de soorten een gemeenschappelijke voorouder hebben, hoe meer ze verwant aan elkaar zijn. Wie heeft of wie hebben gelijk?
A
Alleen Byron heeft gelijk.
B
Alleen Jack heeft gelijk.
C
Geen van beide heeft gelijk.
D
Zowel Byron als Jack hebben gelijk.
Slide 6 - Quiz
Wat is het fenotype en wat is het genotype?
A
Fenotype is uiterlijk, genotype is je bewerkte uiterlijk
B
Fenotype zijn al je genen en genotype is je uiterlijk
C
Fenotype is je geverfde haarkleur, en genotype is je eigen haarkleur
D
Fenotype is je uiterlijk en genotype zijn al je erfelijke eigenschappen
Slide 7 - Quiz
Het verschil tussen een dominant en recessief allel is:
A
Dominante allelen komen alleen tot uiting als je deze 2x hebt (AA)
B
Dominante allelen komen alleen tot uiting als je deze 2x hebt (aa)
C
Ben je heterozygoot (Aa) dan zie je alleen het dominante allel (A)
D
Ben je heterozygoot (Aa) dan zie je alleen het recessieve allel (a)
Slide 8 - Quiz
Homozygoot dominant, heterozygoot en homozygoot recessief
A
Homozygoot recessief Aa
B
Heterozygoot: beide genen zijn gelijk
C
Homozygoot dominant wordt onderdrukt
D
Heterozygoot: Cc
Slide 9 - Quiz
Uit welke kruising is af te leiden welk gen dominant / recessief is?
A
1 x 2
B
3 x 4
C
5 x 6
Slide 10 - Quiz
Is taaislijmziekte dominant of recessief?
A
Dominant
B
Recessief
C
Kun je niet met zekerheid zeggen
Slide 11 - Quiz
Leerdoel bij 3.8 DNA technieken
Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven. (SE)
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Biotechnologie
Biotechnologie: allerlei technieken die worden gebruikt om producten voor mensen te maken.
Voorbeeld waar géén DNA wordt veranderd: Schimmels en bacteriën --> voedsel maken (kaas, brood)
Voorbeeld waar wel DNA wordt veranderd: Recombinant- DNA-technieken (crispr-cas, gene editing, bacteriën aanpassen zodat ze insuline kunnen maken)
genetische modifictie (DNA wordt veranderd).
Transgeen is een genetisch gemodificeerd (veranderd) organisme.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
maken.wikiwijs.nl
Slide 16 - Link
Insuline maken
Bacteriën waar een menselijk gen
in geplaatst wordt.
De bacterie gaat dan het hormoon maken dat door dat gen gecodeerd wordt. Bijvoorbeeld insuline.
Slide 17 - Slide
Andere DNA technieken
DNA van mensen vergelijken om een misdaad op te lossen.
DNA-verwantschapsonderzoek
Slide 18 - Slide
Stelling
Als het kan, zijn ouders het aan hun kinderen verplicht om een afwijkend uiterlijk bij hun kind te voorkomen.
Slide 19 - Slide
Als het kan, zijn ouders het aan hun kinderen verplicht om een afwijkend uiterlijk bij hun kind te voorkomen.
Ja, als ouder heb je recht op een mooi, gezond kind; net zoals jouw kind ook weer recht heeft op mooie, gezonde kinderen.
Nee, ouders hebben het recht niet het uiterlijk van hun kind te bepalen; schoonheid is ook maar subjectief.
Ja, je kind zal dan minder snel afgerekend worden op zijn uiterlijk, en heeft dus meer kansen in de toekomst.
Nee, zo belangrijk is uiterlijk schoon nu ook weer niet; het gaat om het innerlijk.
Slide 20 - Poll
Slide 21 - Video
Slide 22 - Video
Aan de slag
Maak de opdrachten van 3.8 DNA technieken
Klaar?
maak online de diagnostische toets
of
Maak de oefenopdrachten van kruisingsschema's en stambomen