3.4 Planten

1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doelen
Je kunt planten indelen in acht stammen.
 
Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van vaatplanten en wieren.

Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten en zaadplanten.

Slide 2 - Slide

Planten (Alweer? Ja, alweer maar dan anders)

Slide 3 - Slide

Hoe zat het ook alweer?

Slide 4 - Slide

Bijna alle planten hebben:
Wortels
Stengels
Bladeren
Planten

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Vaatplanten

planten die vaten hebben voor het transport van stoffen

Slide 7 - Slide

Vaatplanten
Vaatplanten transporteren stoffen door vaatbundels in de wortel, stengels en bladeren.
Voortplanting bij vaatplanten kan met:

zaden

Of sporen

Slide 8 - Slide

Sporenplanten
Zaadplanten
Planten

Slide 9 - Slide

Zaadplanten
vaatplanten die zich voortplanten door middel van zaden die ontstaan in de bloemen van de plant

(wortels, stengels, bladeren en bloemen)

Slide 10 - Slide

Zaadplanten
Planten die uit een zaad komen

Slide 11 - Slide

Alle zaadplanten hebben bloemen

Slide 12 - Slide

Wieren (algen)
-Eencellig of meercellig

-Veel eencelligen wieren zich voort door deling
-Sommigen door sporen
-Meeste wieren groeien in het water

Slide 13 - Slide

Groen wieren
een stam in het plantenrijk met eencellige of meercellige organismen met bladgroenkorrels


Boomalg = eencellig = deling






Slide 14 - Slide

Groenwieren

Voorbeeld meercellig:
zeesla

Eetbaar

Slide 15 - Slide

Sporenplanten
Planten die uit een spore komen
Een spore kun je alleen goed zien onder de microscoop.

Slide 16 - Slide

Mos heeft sporendoosjes

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Varens
Voortplanting:

Varens vormen sporenhoopjes aan de onderzijde van de bladeren.

Een sporenhoopje is een verzameling sporendoosjes bij elkaar.
De sporen zijn de voortplantingscellen van de sporenplant.
Mannetjesvaren

Slide 19 - Slide

Aan de slag
Lees de tekst van 3.4 en maak de opdrachten

Slide 20 - Slide