kern 2

Welkom

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom

Slide 1 - Slide

Planning
Lezen
Weektaak bespreken
Uitleg 
Maken les 2
Korte uitleg tegenstelling en opsomming
Maken les 3
Weektaak
Afsluiting

Slide 2 - Slide

Pak je leesboek erbij!
Je gaat 10 minuten lezen.

Boek niet bij je? Melden bij mij en ga het nieuws lezen. 
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Weektaak
Weektaak
Allemaal af? 
Snappen we alles?

Slide 4 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte.

Slide 5 - Slide

Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 6 - Open question

Onderwerp tekst
Vertel in 1, of een paar woord(en) waar de tekst over gaat.

Dit is het onderwerp van de tekst.

Slide 7 - Slide

Onderwerp tekst
  • Schrijf je vaak in één of een paar woorden op (geen/weinig werkwoorden!) 

Slide 8 - Slide

Waar vind je het onderwerp?
titel
ondertitel

Slide 9 - Slide

Hoofdgedachte
Wat de schrijver van de tekst over een onderwerp schrijft,
noem je de HOOFDGEDACHTE.

Met andere woorden: de hoofdgedachte is het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.

Slide 10 - Slide

Formuleren hoofdgedachte
Een zin
Korte samenvatting van de tekst

Slide 11 - Slide

Samen maken
Lees opdracht 1 en bedenk je antwoord.

Slide 12 - Slide

Vul je antwoord hier in.

Slide 13 - Open question

Zelfstandig werken
Wat?
KERN Les 2: opdracht 2 t/m 9 
Hulp nodig?
Overleg met je buurman/buurvrouw.
Lees uitleg op bladzij 8
Tijd?
25 minuten
Klaar? 
Begin vast aan les 3 + nakijken

Slide 14 - Slide

Welke signaalwoorden passen bij een tegenstelling.

Slide 15 - Open question

Een tegenstelling
Woorden/ dingen die elkaars tegenovergestelde zijn, noem je een tegenstelling.
Signaalwoorden als:
 echter, toch, maar, daarentegen en hoewel
helpen om een tegenstelling te vinden in de zin.

Ik vind werken heel leuk, toch vind ik een vrije avond op de bank heel lekker.

Slide 16 - Slide

Welke signaalwoorden passen bij een opsomming?

Slide 17 - Open question

opsommend verband
  • of - Soms te herkennen aan bolletjes of streepjes 
Vertelt meerdere dingen bij een bepaald onderwerp.

Slide 18 - Slide

signaalwoord   /  zinsverband

1. Tevens: uitspraak-opsomming
2. Bijvoorbeeld: uitspraak-voorbeeld 
3. Daarom: uitspraak-reden
4. Ook: uitspraak-opsomming
5. Om te: middel-doel

Slide 19 - Slide

Zelfstandig werken
Wat?
KERN Les 11 en 19
Hulp nodig?
Overleg met je buurman/buurvrouw.
Lees het vakje belangrijk
Tijd?
15 minuten
Klaar? 
Nakijken of lezen
timer
15:00

Slide 20 - Slide