Les 25 Hoe schrijf ik een verslag

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Hoe schrijf je een verslag?

Startklaar

Telefoon in de telefoontas

Spullen op tafel: boek en schrift

Huiswerk bespreken/les starten.

Lesprogramma

- Terugblik

- Wat gaan we leren?

Les 25 – Hoe schrijf je een verslag?

- Samen starten

- Instructie

- Zelfstandig werken

- Nabespreken/huiswerk

Aantekeningen van een routebeschrijving. 

Wat doe je bij aantekeningen maken?

1. Alles opschrijven
2. Alleen de inleiding en het slot opschrijven
3. De bijzaken in steekwoorden opschrijven
4. De hoofdzaken in steekwoorden opschrijven

Wat past het best bij:
'aantekeningen maken'

1. een verhaal schrijven
2. een samenvatting maken
3. iets kort opschrijven
4. iets aanwijzen

Conclusie

• Aantekeningen bij instructies kunnen helpen om dingen te onthouden en zorgen ervoor dat je het kunt nalezen. 
  
  
• Dit helpt ook erg goed bij het leren!

Leerdoel

Les 25 – Hoe schrijf je een verslag?

Je leert hoe je een verslag schrijft van iets dat je hebt gedaan of getest?

Leerdoelen

Aan het eind van deze les...

• weet je wat er in een verslag hoort te staan. (R)

• kun je bepalen wat je wel en niet moet opschrijven in een verslag.  (T1)

• kun je uitleggen wat er wel of niet goed is aan een verslag. (T2)

• kun je een kort verslag schrijven over eits dat je hebt gedaan of meegemaakt. (I)

Een verslagje

''Met 3 vmbo op excursie! 

Op dinsdag 4 juli vertrokken wij met 40 leerlingen en 8 begeleiders op de fiets richting Kropswolde. Daar verbleven we twee nachten op een boerderij.  ''

In het verslag

• Iets dat je hebt meegemaakt, gedaan of getest
  
  
• Feiten, iets dat vaststaat.
   
  
• Mening of conclusie soms in inleiding of slot
  ‘Ik vond het heel leuk!’ 

Verslag schrijven

1. Verzamel informatie
   
   
2. Kies welke informatie je wilt gebruiken
   
   
3. Orden de informatie
   
   
4. Schrijf je tekst
   - Schrijf inleiding: Korte inhoud of welke test je gaat doen 
   - Schrijf gebeurtenissen in goede volgorde 
   - Conclusie 
   
   
5. Lees je tekst na en verbeter fouten
   

Voorbeeld

''Zondag gingen we een groot spel doen in het bos en zaterdag gingen we waterfietsen. Op zondag gingen we om 11 uur weer op de fiets naar huis. We gingen ook nog barbecueën en we hebben ook gevoetbald... ''

Voorbeeld

''...We vonden het allemaal heel erg leuk en we zijn weer een ervaring rijker. Het weer had alleen wel iets beter gekund. ''

Belangrijk

• Schrijf in je verslag de gebeurtenissen in de goede volgorde.
  
  
• Gebruik vooral feiten en af en toe je mening.

Zelfstandig werken

Opdracht 1 t/m 9, blz. 54 en 55

Klaar? en 33

Nabespreking

Woorden les 25

• Het echte werk kan beginnen = nu wordt het serieus 
• Een ervaring rijker zijn = iets meemaken en ervan leren 
• je grenzen verleggen = iets doen wat je vroeger niet durfde of niet kon 
• imposant = Indrukwekkend 
• uitermate = Zeer / erg 
• klonteren = het aan elkaar kleven waardoor klompjes of klodders ontstaan

Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd

Wat noteer je aan het einde van je verslag?

Je eigen mening - wat je ervan vindt