Réviser notre vocabulaire - la classe 4

• Frans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

Réviser notre vocabulaire - 

la classe 4

Qu'est-ce que c'est 'un fait'
en néerlandais?

Qu'est-ce que c'est 'entre autres'
en néerlandais?

Comment on dit 'gedurende, tijdens'
en français?

Comment on dit 'laten zien'
en français?

Traduis: 'Heureusement, je ressemble à ma mère.

1. Helaas, lijk ik op mijn moeder.
2. Helaas, blijf ik bij mijn moeder.
3. Gelukkig, blijf ik bij mij moeder.
4. Gelukkig, lijk ik op mijn moeder.

Traduis: Ik heb goed geslapen, ook al heb ik veel zorgen.

1. Je dors bien, et j'ai beaucoup de soucis.
2. J'ai bien dormi, même si j'ai beaucoup de soucis.
3. J'ai bien dormi, c'est-à-dire j'ai beaucoup de soucis.
4. Je dors mal, en revanche j'ai des soucis.

Traduis: Heb je zin om een film te
kijken, vanavond?