Anouk: in schakel 1 is het aantal producenten weer gegeven.
Jasmijn: de breedte van de schakel geeft het aantal organismen aan.
Wie heeft/hebben gelijk?
A
geen van beide meisjes
B
alleen Anouk
C
alleen Jasmijn
D
allebei hebben gelijk
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Anouk: in schakel 1 is het aantal producenten weer gegeven.
Jasmijn: de breedte van de schakel geeft het aantal organismen aan.
Wie heeft/hebben gelijk?
A
geen van beide meisjes
B
alleen Anouk
C
alleen Jasmijn
D
allebei hebben gelijk
Slide 1 - Quiz
Tot de piramide van aantallen van afbeelding 1 behoren ook carnivoren Tot welke schakel of schakels van afbeelding 1 behoren de carnivoren?
A
alleen schakel 4
B
alleen schakel 3 en 4
C
alleen schakel 2, 3 en 4
D
schakel 1, 2, 3 en 4
Slide 2 - Quiz
Sleep de volgende factoren naar het juiste vak.
Biotische factoren
Abiotische factoren
neerslag
predatie
ziekten
bodem
schaduw
concurrentie
samenwerking
Slide 3 - Drag question
Hoe zat het ook alweer?
Zet de onderstaande organisatieniveaus in de juiste volgorde van klein naar groot
biosfeer
ecosysteem
levens-
gemeenschap
populatie
organisme
orgaan
weefsel
molecuul
cel
Slide 4 - Drag question
De Buizerd in dit plaatje zit in verschillende voedselketens. Van welke orde is hij daardoor consument?
A
1e + 2e orde
B
2e +3e orde
C
1e + 2e + 3e + 4e + 5e + 6e + 7e orde
D
2e + 3e +4e +5e +6e orde
Slide 5 - Quiz
Wat is niet één van de ecologie niveaus?
A
Ecosysteem
B
Populatie
C
Individu
D
Levensgroep
Slide 6 - Quiz
Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme
Slide 7 - Quiz
Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme
Slide 8 - Quiz
In tropische gebieden vindt ontbossing plaats, waardoor er meer ruimte is voor de landbouw. Heeft ontbossing invloed op de biodiversiteit?
A
Ja, door ontbossing neemt de biodiversiteit af.
B
Ja, door ontbossing neemt de biodiversiteit toe.
C
Nee, ontbossing heeft geen invloed op de biodiversiteit
Slide 9 - Quiz
Wat zijn in deze kringloop afvaleters?
A
schildluizen
B
gadotjo's
C
houtluizen
D
bacteriën
Slide 10 - Quiz
Noem twee manieren waarop in elke schakel van een voedselketen energie verdwijnt.
Slide 11 - Open question
Noteer twee redenen waardoor een grotere variatie aan planten in de berm zorgt voor een toename in de biodiversiteit van dieren.
Slide 12 - Open question
Behoort de mens tot een bioom? Behoort de mens tot een biotoop?
A
de mens behoort tot zowel een bioom als tot een biotoop
B
de mens behoort alleen tor een bioom
C
de mens behoort alleen tot een biotoop
D
de mens behoort tot geen van beiden
Slide 13 - Quiz
Vis is gezond. Toch adviseert het voedingscentrum om niet vaker dan twee keer per week vis te eten. Leg uit waarom het voedingscentrum dit adviseert.
Slide 14 - Open question
geef een voorbeeld van een heterotroof organisme
Slide 15 - Open question
Hierboven vind je een schema uit een Oekraïens biologieboek zet de juiste Nederlandse woorden op de juiste plek.
consument 1e orde
consument 2e orde
reducent
producent
Slide 16 - Drag question
Hoe kan in een populatie de concurrentie tussen soortgenoten worden verminderd? Noem 2 manieren.
Slide 17 - Open question
Wie is / zijn een concurrent van de neushoorn?
Slide 18 - Open question
Hieronder staan drie voorbeelden van de invloed die verschillende soorten P en Q op elkaar kunnen uitoefenen. Bij welke is er sprake van commensalisme?
A
P = + Q = -
B
P = + Q = +
C
P = + Q= 0
Slide 19 - Quiz
Slechts 4% van de energie uit het veevoer wordt in een koe vastgelegd als vlees en kan worden gebruikt als voedsel door de mens. 96% gaat dus verloren voor de mens. Dit gebeurt o.a door verbranding, dode resten en onverteerbare delen in de ontlasting van de koe. Noem nog een reden waardoor veel energie uit het veevoer van de koe voor de mens verloren gaat.