07-09

Was machen wir Heute?
  • Kurze Wiederholung Sprachmittel (nakijken werkblad);
  • Lernziele des Unterrichts;
  • Erklärung Personalpronomen;
  • Quizfragen personalpronomen;
  • Erklärung der, die das;
  • Hausafgaben;
  • Ende der Klasse;
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Was machen wir Heute?
  • Kurze Wiederholung Sprachmittel (nakijken werkblad);
  • Lernziele des Unterrichts;
  • Erklärung Personalpronomen;
  • Quizfragen personalpronomen;
  • Erklärung der, die das;
  • Hausafgaben;
  • Ende der Klasse;

Slide 1 - Slide

Kurze Wiederholung Sprachmittel
                                                                                                                     Pak je werkblad erbij!
1. Wie heißt du?
2. Woher kommst du?
3. Wo wohnst du?
4. Wie alt bist du?
5. Was ist deine Adresse?
6. Was ist deine Telefonnummer?
7. Hast du Geschwister?
8. Was sind deine Hobbys?

Slide 2 - Slide

Lernziele des Unterrichts
Aan het einde van de les:

  • Benoem je een aantal Duitse persoonlijke voornaamwoorden;
  • Benoem je het verschil tussen der, die und das + een voorbeeld;
  • Benoem je wat standaard zinnetjes van Sprachmittel;

Slide 3 - Slide

Erklärung Personalpronomen
Was sind Personalpronomen (voorbeelden in het Nederlands)?

Ik -> ?
Jij -> ?
Hij/zij/het -> ?

Wij -> ?
Jullie -> ?
zij/u -> ?
AB Seite 18

Slide 4 - Slide

Es
sie/Sie
Er
Wir
Ihr
Du
sie (enkelvoud)
Ich
ik
jij
hij
zij (enkelvoud)
het
wij
jullie
zij/u

Slide 5 - Drag question

..... (zij (enkv.)) ist ein Mädchen.
A
Sie
B
sie
C
es
D
er

Slide 6 - Quiz

Wir haben das Fach Deutsch. Habt ..... (jullie) dein Hausafgaben gemacht?
A
wir
B
Sie
C
ihr
D
du

Slide 7 - Quiz

Erklärung der, die und das

In het Nederlands gebruiken we alleen het woord het of de


In het Duits heb je 3 woorden voor het/de, namelijk der, die und das



Slide 8 - Slide

Hausafgaben

Was? --> Arbeitsblatt Personalpronomen und der, die, das und aufgabe 10 (seite 18)
Wo? --> Op het werkblad en in je werkboek deel A
Wenn? --> Montag 13. September
Was brauchst du? --> Theorie der, die, das und het groene vlak op blz. 18



Slide 9 - Slide

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Ende der Klasse
Leerdoelen behaald?
Vragen?
  • Huiswerk is gemaakt en opdr. 10 heb je zelf nagekeken!
  • Het werkblad kijken we de volgende les na
  • Herhalen we de Personalpronomen en gaan de aan de slag met sein und heißen

Slide 11 - Slide