Je kunt verschillende soorten krachten beschrijven.
Je kunt de drie eigenschappen van een krachtenpijl benoemen.
Je kunt een kracht tekenen als een pijl met het juiste aangrijpingspunt en de juiste richting.
Slide 2 - Slide
Krachten in je omgeving
Slide 3 - Slide
Krachten in je omgeving
Krachten kunnen de beweging van een voorwerp veranderen.
Krachten kunnen de vorm van een voorwerp veranderen.
Slide 4 - Slide
Soorten krachten
Zwaartekracht (Fz)
Spierkracht (Fspier)
Spankracht (Fspan)
Veerkracht (Fv)
Magnetische kracht (Fm)
Bedenk een voorbeeld uit de wereld om je heen bij elke kracht.
Slide 5 - Slide
Krachten tekenen
Krachten teken je als pijlen (vectoren)
Aangrijpingspunt: waar de kracht wordt uitgeoefend.
Richting van de pijl: geeft aan in welke richting de kracht werkt.
Lengte van de pijl: geeft aan hoe groot de kracht is.
Naast de pijl zet je vaak de afkorting van de soort kracht
Slide 6 - Slide
Zelf tekenen! (1)
Teken een stickman die tegen een blok aanduwt met een kracht van 50 N. Geef aan waar het aangrijpingspunt is, welke richting de kracht op gaat en wat de lengte is van de pijl.
Slide 7 - Slide
Zelf tekenen! (2)
Teken nu een stickman die tegen een blok aanduwt met een kracht van 100 N. Geef aan waar het aangrijpingspunt is, welke richting de kracht op gaat en wat de lengte is van de pijl.
Slide 8 - Slide
Zwaartekracht tekenen
Iets anders dan andere krachten
Je gaat op zoek naar een zwaartepunt. Deze ligt meestal in het midden van een voorwerp.
De pijl van de zwaartekracht heeft in dit zwaartepunt zijn aangrijpingspunt.
Net als het aangrijpingspunt; een bolletje.
Slide 9 - Slide
Aan de slag!
3.1 opdracht 1 t/m 13 (zonder 10)
Slide 10 - Slide
Leerdoelen
Je kunt de effecten van een kracht benoemen.
Je kunt verschillende soorten krachten beschrijven.
Je kunt de drie eigenschappen van een krachtenpijl benoemen.
Je kunt een kracht tekenen als een pijl met het juiste aangrijpingspunt en de juiste richting.