Werkwoorden

Grammatica en spelling §1.1 - Werkwoorden 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Grammatica en spelling §1.1 - Werkwoorden 

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Uitleg over werkwoorden
  • Samen oefenen
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Doel van de les
Je herkent werkwoorden en verschillende vormen van het werkwoord. 

Slide 3 - Slide

Schrijf zoveel mogelijk werkwoorden binnen 30 seconden op.
timer
0:30

Slide 4 - Open question

Hoe vind je de persoonsvorm in de zin?

Slide 5 - Open question

Wat zijn werkwoorden?
Een werkwoord zegt wat iemand doet of overkomt.
  • Schrijven
  • Lopen
  • Praten
  • Gebeuren

Slide 6 - Slide

Soorten werkwoorden
Er zijn drie vormen die je moet kennen:

  • Persoonsvorm (pv)
  • Infinitief (hele werkwoord)
  • Voltooid deelwoord (vd)

Slide 7 - Slide

Persoonsvorm (pv)
In elk zin staat een persoonsvorm! Aan de persoonsvorm (pv) kun je zien in welke tijd de zin staat en of het enkelvoud of meervoud is. 

  • Hoe vind ik de persoonsvorm > maar de zin vragend!

Slide 8 - Slide

Persoonsvorm (pv)
  • De jongen fietst naar school
  • De jongen fietste naar school
  • Fiets de jongen naar school?

Slide 9 - Slide

Persoonsvorm (pv)
  • Hij moet je iets bekennen.
  • Moet hij je iets bekennen.
  • Hij moest je iets bekennen.

Slide 10 - Slide

Infinitief
Infinitief is een moeilijk woord voor 'hele werkwoord'. 

  • Hij moet je iets bekennen.
  • Hij moet je iets bekennen.
  • Wij moeten iets bekennen.

Voorbeeld: wij willen vroeg vertrekken / wij wilden vroeg vertrekken. 'Vertrekken' kan niet van tijd veranderen en is nog niet voltooid (anders was het vertrokken) dus is het een infinitief. 

Tip: ik zal... kleuren, lopen, vertrekken, feliciteren enz. 

Slide 11 - Slide

Voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord (vd) geeft aan dat iets gebeurd.

  • Farouk en Sil hebben samen gespeeld.
  • Volgens mij wordt er niet naar mij geluisterd.
  • Bij deze ben je uitgenodigd voor mijn feestje.

Slide 12 - Slide

Voltooid deelwoord
Een persoonsvorm (pv) in een zin met voltooid deelwoord.

  • Farouk en Sil hebben samen gespeeld.
  • Volgens mij wordt er niet naar mij geluisterd.
  • Bij deze ben je uitgenodigd voor mijn feestje.

Slide 13 - Slide

Persoonsvorm in de zin?
Op het bedrijfsfeest waren alle medewerkers en hun partners uitgenodigd.
A
Alle medewerkers
B
Uitgenodigd
C
Waren
D
Zijn

Slide 14 - Quiz


Zin: Wat gaan we vanavond doen?

Vraag: Wat voor een woord is doen?
A
Voltooid deelwoord.
B
Persoonsvorm
C
Infinitief
D
Onderwerp

Slide 15 - Quiz

Zin: Heeft u ook een inboedelverzekering afgesloten bij onze maatschappij.

Vraag: Wat voor woord is afgesloten?

A
Voltooid deelwoord.
B
Persoonsvorm.
C
Infinitief.
D
Onderwerp.

Slide 16 - Quiz

Welke woord is het werkwoord?

Jeremy rende heel hard.
A
Jeremy
B
Heel
C
Rende
D
Hard

Slide 17 - Quiz

Welke woord is het werkwoord?

Myra leest een boek
A
Myra
B
Leest
C
een
D
boek

Slide 18 - Quiz

Welke woord is het werkwoord?

In het nieuwe huis van Daan verven ze de muren wit.
A
nieuwe
B
van
C
wit
D
verven

Slide 19 - Quiz

Opdracht gezamenlijk maken
Gramatica woordsoorten - 1.1 werkwoorden

Slide 20 - Slide

Welke verschillende vormen van een werkwoord hebben we vandaag behandeld?

Slide 21 - Open question

Hoe vind je de persoonsvorm in de zin?

Slide 22 - Open question

Wat is een infinitief?

Slide 23 - Open question

Wat vond je van deze les?

Slide 24 - Slide