Een aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw) wijst een mens, dier of ding aan. Ze staan soms voor een zn, maar niet altijd.
Deze woorden zijn de aanw.vnw: deze, die, dat, dit, zulk(e), zo'n, dergelijk(e), zelf, hetzelfde, dezelfde.
Voorbeeld:
Die schoenen vind ik mooier dan deze.