Keuzedeel ondernemerschap les 10, financieel plan deel 2, 16 januari 2024

1 / 26
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 26 slides, with text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

D1-K1: Start en/of runt een zzp-onderneming
D1-K1-W1: Bepaalt het (toekomst)beeld van de onderneming
D1-K1-W2: Geeft de zzp-onderneming/eenmanszaak vorm
D1-K1-W3: Regelt het financiële gedeelte (van het opstarten) van de onderneming
D1-K1-W4: Bewaakt, registreert en verantwoordt de financiële situatie
D1-K1-W5: Presenteert en promoot de onderneming
D1-K1-W6: Koopt in voor de onderneming (producten en/of diensten)
D1-K1-W7: Verwerft opdrachten/bindt klanten

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

5 begrotingen
Noem ze eens voor jezelf:

1....
2....
3...
4...
5...

Slide 4 - Slide

Het financiële plan
Wat ga je verdienen met je onderneming?

Hoe kom je aan geld om de onderneming te 
financieren?

Hoeveel moet je verkopen van je product/dienst?

Slide 5 - Slide

Meer info
Meer informatie en een gratis voorbeeld vind je op de 
site van de Rabobank. Ikgastarten.nl.





Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Investeringsbegroting

In de investeringsbegroting zet je op een rij wat je minimaal aan bedrijfsmiddelen en geld nodig hebt om je bedrijf te starten. De investeringsbegroting is onderverdeeld in vaste activa en vlottende activa.

Op de investeringsbegroting zet je alle bedragen exclusief btw. Je moet de btw natuurlijk wel betalen aan de leveranciers. Deze btw neem je in de investeringsbegroting op als ‘voorfinanciering btw’.

Slide 8 - Slide

Financieringsbegroting

In de financieringsbegroting werk je uit hoe je de investeringen in jouw investeringsbegroting gaat bekostigen. Dit kan met eigen vermogen, vreemd vermogen of een combinatie van die 2.

Investeringsbegroting + financieringsbegroting = openingsbalans.
Momentopname bij de start van je bedrijf. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Debet
Credit

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Exploitatiebegroting
In de exploitatiebegroting, of winst- en verliesrekening, bereken je of het bedrijf winstgevend is. 

Je maakt een inschatting van de omzet. Daarna bekijk je wat de kosten zijn om het bedrijf draaiende te houden. Daarmee kun je berekenen of je bedrijf winst of verlies gaat maken.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 19 - Slide

Liquiditeitsbegroting
Met de liquiditeitsbegroting volg je het geld. In deze begroting neem je de verwachte geldinkomsten en gelduitgaven per maand op. Met een liquiditeitsbegroting begroot je hoeveel geld er daadwerkelijk op de bank staat. 
Je hebt zo inzicht of er op alle momenten voldoende geld is om aan je verplichtingen te voldoen of ruimte voor investeringen. Zorg dat de bedragen inclusief btw zijn.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Privé-begroting
Omdat de onderneming (een deel van) jouw inkomen op moet leveren, is een privébegroting belangrijk om te maken. Je legt hiermee de verbinding tussen de privé-uitgaven en de daarvoor benodigde ondernemerswinst.

Als ondernemer krijg je te maken met wisselende inkomsten. Een groot deel van de uitgaven ligt al wel vast. Maak daarom een overzicht van je uitgaven en ga hierbij uit van je huidige uitgavenpatroon. Met dat overzicht weet je welk bedrag je nodig hebt om de privé-uitgaven op hetzelfde niveau te houden als je een onderneming start.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide