Wat is een interview

H1.6 spreken, kijken, luisteren - les 1
Doel: je weet wat een interview is en hoe je meer te weten komt.

A-boek  blz. 46 
1 / 37
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H1.6 spreken, kijken, luisteren - les 1
Doel: je weet wat een interview is en hoe je meer te weten komt.

A-boek  blz. 46 

Slide 1 - Slide

Wat is een interview?
Schrijf je antwoord op in je schrift.

Slide 2 - Slide

Wat is een interview?
Een interview is een vraaggesprek.
Het doel is informatie verzamelen over een bepaald onderwerp of persoon.
Deze vaardigheid moet je kunnen tijdens je studie. Jullie gaan in deze periode een interview afnemen voor een cijfer -> PW

Slide 3 - Slide

Hoe kom je als interviewer het meest te weten?
Schrijf op in je schrift.

Slide 4 - Slide

Twee soorten vragen:
1. gesloten vragen
2. open vragen
-> Noteer in je schrift van elke soort vraag een voorbeeld.

Gebruik in je interview vooral open vragen, zodat je uitgebreidere antwoorden krijgt dan bij ja/nee vragen.
Begin je vragen met vraagwoorden: wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.

Slide 5 - Slide

Ook belangrijk: jouw houding
Luister actief tijdens het interview
zit rechtop, kijk de ander aan en maak aantekeningen!
Gebruik je lichaamstaal: zeg uitnodigend 'hm hm' of knik de ander bemoedigend toe om verder te vertellen.

Slide 6 - Slide

Oefenvragen voor een interview.
Onderwerp = de hobby's van de geïnterviewde.
Schrijf in je schrift drie vragen op.
Twee leerlingen gaan dit interview voor de klas afnemen. 

-> De klas schrijft op welke vragen de meeste informatie opleveren. Schrijf dit op.

Slide 7 - Slide

even kijken hoe dit gaat
Twee leerlingen gaan dit interview voor de klas oefenen.

-> De klas schrijft op welke vragen de meeste informatie opleveren. Schrijf dit op.

Slide 8 - Slide

opdracht 4a + b - blz. 47
Jullie gaan drie minuten naar een interview kijken met acteurs van de film Pijnstillers.

1. Geef een voorbeeld van een goede en een minder goede vraag. Leg je antwoord uit. Schrijf dit in je schrift.


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

de antwoorden

Slide 11 - Slide

H1.6: kijken, spreken, luisteren - les 2
Doel: Je weet wat doorvragen is en je kan goede vragen maken voor een interview.

Slide 12 - Slide

geheugen opfrissen
Wat zijn ook al weer open en gesloten vragen?

Slide 13 - Slide

Wat is doorvragen?
Soms beantwoordt iemand jouw vraag niet, maar gaat hij de vraag uit de weg of vertelt heel weinig. Als je doorvraagt, krijg je meer informatie.

Slide 14 - Slide

voorbeeld 1:
 samenvatten: Dus je vindt je laatste boek het best. Waarom vind je dat?

Slide 15 - Slide

voorbeeld 2:
 antwoord herhalen: Geïnterviewde: 'Ik vond het niet leuk."
     Interviewer: 'Je vond het niet leuk?"

Slide 16 - Slide

voorbeeld 3:
 extra uitleg vragen: Wat bedoel je daar precies mee?

Slide 17 - Slide

voorbeeld 4:
voorbeeld vragen: Kun je daar een voorbeeld van geven?

Slide 18 - Slide

Dus, wat is het doel van doorvragen?

Slide 19 - Slide

De opdracht voor een PW- cijfer:
Lees mee op jouw stencil!
Opdracht: 
  • Noteer vijf goede vragen in jouw schrift.
  • Wie ga jij interviewen?

Slide 20 - Slide

oefen de vragen in de les 
-> interview elkaar over de basisschooltijd.

Maak thuis een afspraak wanneer jij (jouw oma, vader, buurvrouw, enz.) gaat interviewen!

Slide 21 - Slide

H1.6 - interviewen -les 3
Doel: je weet hoe je een interview moet uitwerken.

Slide 22 - Slide

25 min.  stil lezen
... en maak aantekeningen maken in je schrift.
timer
25:00

Slide 23 - Slide

Het interview:
Schrijf in jouw schrift:
  1. Wie wil je interviewen?
  2. Wat zijn jouw vijf vragen?
    Hoe kan je doorvragen?
  3. Wanneer ga je dit inplannen? 

Slide 24 - Slide

interviewen - les 4
Doel:
Je weet hoe je een inleiding en een slot moet schrijven.

Slide 25 - Slide

programma:
  • terugblik
  • wat neem je mee?
  • hoe schrijf je een inleiding? 
  • oefenen
  • hoe schrijf je een slot? 
  • oefenen

Slide 26 - Slide

Het interview:
  • Wat voor soort interview moest het worden?
  • hoe kom je het meest te weten?
  • wie moest je interviewen?
  • wat mocht je gebruiken voor het interview?
  • waarover ging het interview?

Slide 27 - Slide

de inleiding van het interview
Doel: aandacht trekken en het onderwerp benoemen.
Het moet voor de lezer duidelijk zijn wie je hebt geïnterviewd en waarover het interview gaat en waarom je het daar over wilt hebben. Ook kan je vertellen waar en wanneer je hebt afgesproken om het interview af te nemen en hoe de sfeer is.
(de 5W1H-vragen)
Maak er een leuk stukje van, zodat de lezer door wil lezen.

Slide 28 - Slide

voorbeeld
Vandaag ga ik op bezoek bij mijn oma. Als ik binnen ben, komt de geur van koffie en warme chocolademelk me al tegemoed en hoor ik haar kanarie gezellig fluiten. Normaal gesproken wil ze altijd van míj weten hoe het op school school gaat, maar dit keer wil ik weten hoe zíj haar schooltijd heeft beleefd.

Slide 29 - Slide

oefen dit in je schrift (10 minuten)

Slide 30 - Slide

lees eens voor

Slide 31 - Slide

indeling
Je hebt ongeveer 6 - 8 regels vrij gehouden boven jouw interviewvragen.

Na het interview schrijf je een slot-alinea.

Slide 32 - Slide

de slot-alinea
Schrijf een samenvatting over hoe de geïnterviewde zijn/haar schooltijd beleefd heeft. Je kan daarna eindigen met een conclusie.
Maak ook gebruik van de juiste signaalwoorden.

Slide 33 - Slide

voorbeeld
Kortom, mijn oma heeft een fijne schooltijd gehad, nooit computerles gehad, ze vond Engelse taal erg moeilijk en de gymlessen het leukst. Ze heeft er achteraf spijt van dat ze niet heeft doorgeleerd en heeft op latere leeftijd nog een opleiding gedaan. Dus, ze kan terugkijken op fijne schooljaren.
Na nog één kopje thee en een extra koekje heb ik mijn oma bedankt voor het interview en haar een knuffel gegeven.

Slide 34 - Slide

oefen de slot-alinea (10 minuten)

Slide 35 - Slide

Lees eens voor

Slide 36 - Slide

Neem op het PW jouw uitgeschreven interview mee!
Die les moet je er een inleiding en een slot bij schrijven.

Ook controleer je de spelling: hoofdletters, leestekens en werkwoordspelling.

Slide 37 - Slide