Spellingcategorie stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(hout) Dat oude .............. kastje is veel geld waard.

Slide 5 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(staal) Het ............ hek roest niet.

Slide 6 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(aluminium) Wil je dat ........... buisje vervangen?

Slide 7 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(brons) Dat .......... beeld moet ik iedere keer poetsen.

Slide 8 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(nylon) Dat ...... shirt draag ik niet graag.

Slide 9 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(glas) Die ........ deur zit steeds onder de vingerafdrukken.

Slide 10 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(zilver) Wat heb jij een mooie ............. armband om!

Slide 11 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(wol) In de winter draag ik een ...........sjaal.

Slide 12 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(zijde) De ........... stropdas staat je goed.

Slide 13 - Open question

Vul het juiste stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in:

(karton) Een grote ............ doos is handig te gebruiken.

Slide 14 - Open question