This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Planning
1. Adverbs and adjectives
2. Zelfstandig werken
Slide 2 - Slide
Today's goals
Aan het einde van de les:
- Weet je wat adverbs en adjectives zijn
Slide 3 - Slide
Bijvoegelijk naamwoord (adjective)
Een bijvoegelijk naamwoord zegt wat over een zelfstandig naamwoord.
She is wearing a beautifuldress.
That is a terriblesong.
He always wears uglysweaters.
TIP! Zelfstandig naamwoordenzijn mensen, dieren of dingen. Je kunt er vaak de, het of een voor zetten.
Slide 4 - Slide
Bijvoegelijk naamwoord (adjective)
De rodestoel The redchair
Het mooiemeisje The beautifulgirl
Een schattig eendje The cuteduck
Slide 5 - Slide
Write down all the adjectives!
It was a sunny day and my little puppy jumped onto our red couch and played with his new toy. Soon, my cute puppy yawned. He was a tired puppy. I laid him on his soft bed. Soon, my sleepy puppy was sleeping.
Tip! Er zijn ACHT adjectives (bijvoegelijk naamwoorden)
Slide 6 - Slide
Write down all the adjectives!
It was a sunny day and my little puppy jumped onto our red couch and played with his new toy. Soon, my cute puppy yawned. He was atiredpuppy. I laid him on his soft bed. Soon, my sleepy puppy was sleeping.
Slide 7 - Slide
Bijwoorden (adverbs)
Een bijwoord geeft meer informatie over het hoe: hoe iets gebeurt of bijvoorbeeld hoe oud iets is. Een bijwoord zegt iets over:
1. een werkwoord:
She singsbeautifully.
2. een bijvoeglijk naamwoord:
This castle is incrediblyold.
TIP! Werkwoorden zijn dingen die je kunt doen. Voorbeelden zijn: fietsen, dansen, koken...)
Slide 8 - Slide
Bijwoorden (adverbs)
Sien singsbeautifully.
("beautifully" zegt iets over de manier van zingen.)
That building is incrediblyold.
("incredibly" zegt iets over hoe oud het gebouw is.)
Sem walkedslowly.
("slowly" zegt iets over de manier van lopen.)
Slide 9 - Slide
De meeste bijwoorden worden gevormd door -ly toe te voegen aan het bijvoegelijk naamwoord
bad badly
slow slowly
week weekly
Uiteraard zijn er uitzonderingen! Zie Grammar 3.6 Bijwoorden op -ly.