adverbs and adjectives

1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Goals
At the end of class you 
- Know the difference between adverbs and adjectives
- Are able to somewhat correctly use adverbs and adjectives

Slide 2 - Slide

Adverbs and adjectives
What do you remember?

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

 Adverbs and adjectives
Bijwoord (adverb):
- Zegt iets over een werkwoord: lopen, praten, schrijven. (He walks beautifully.)
- Zegt iets over een bijvoeglijk naamwoord.  (My English teacher is incredibly patient.)
- Omschrijft meestal hoe iets gedaan wordt. 'Hoe doet (ww) iemand iets?' 'Hoe geduldig is mijn Engels docente?' --> incredibly 

- Bijvoeglijk naamwoord + - ly = bijwoord 
bv: perfect (bijvoeglijk naamwoord) + -ly = perfectly (bijwoord)

Slide 5 - Slide

 Adverbs and adjectives
Bijvoeglijk naamwoord (adjective):
- Zegt iets over een zelfstandig naamwoord: mensen, dieren, dingen.
- Omschrijft meestal hoe iets of iemand is.

Let op:
gebruik ook een bijvoeglijk naamwoord achter: 'to be, seem, look, appears, feel, smells'

Slide 6 - Slide

Adverbs and adjectives
That's a perfect answer.
'perfect' is een bijvoeglijk naamwoord; zegt iets over een zelfstandig naamwoord (answer).

He sang perfectly.
'perfectly' is een bijwoord; zegt iets over een werkwoord (sing).

Slide 7 - Slide

Let op! 

Slide 8 - Slide

Stappenplan

Slide 9 - Slide

Let op! 

Slide 10 - Slide

When do we use adverbs in sentences?

Slide 11 - Open question

When do we use adjectives in sentences?

Slide 12 - Open question

I can speak English very ...........
A
good
B
well

Slide 13 - Quiz

My grandmother always walks very _____ (slow).
A
slow
B
slowly

Slide 14 - Quiz

The garden is .....
A
beautifully
B
beautiful

Slide 15 - Quiz

She dances ......
A
wonderful
B
wonderfully

Slide 16 - Quiz


You look ..... .Didn't you sleep well?
A
tired
B
tiredly

Slide 17 - Quiz


Mom .......... removed the pot from the stove.
A
calmly
B
calm

Slide 18 - Quiz

They lived ...... (happy) ever after.

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Did we reach today's goals?
A
Yes, I am fine
B
No, I don't get it at all..
C
No, I need more practise
D
Yes but I could use some more practise

Slide 21 - Quiz

To do:
6.4 Reading
2, 3, 5, 7, 8, 9, 10
(dit is huiswerk)

Slide 23 - Slide