B5: De ogen

Begin van de les
  • Tas van tafel
  • Schrift & iPad op tafel
  • Zitten op je stoel
timer
2:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Begin van de les
  • Tas van tafel
  • Schrift & iPad op tafel
  • Zitten op je stoel
timer
2:00

Slide 1 - Slide

Hoe heet het onderdeel waar het geluid je oor binnenkomt na de oorschelp?
A
stijgbeugel
B
slakkenhuis
C
trommelvlies
D
gehoorgang

Slide 2 - Quiz

Wat is de functie van het middenoor?
A
Het omzetten van prikkel naar impuls
B
Het impuls doorsturen naar de hersenen
C
De trilling versterken
D
Het geluid opvangen uit de lucht

Slide 3 - Quiz

Als je een piep in je oor hebt nadat je bij harde muziek hebt gestaan dan....
A
Is je trommelvlies gescheurd
B
Is je oorschelp beschadigd
C
Is een trilhaartje in je oren beschadigd
D
Denken je hersenen de de muziek er nog is.

Slide 4 - Quiz

Wanneer hoor je het geluid?
A
Wanneer de trilling je trommelvlies is gepasseerd
B
Wanneer de hamer de stijgbeugel laat bewegen
C
Wanneer je slakkenhuis het impuls verstuurt
D
Wanneer het impuls in de hersenen is aangekomen

Slide 5 - Quiz

Leerdoelen
  • Ik kan de onderdelen rondom het oog en de delen van het oog zelf benoemen met hun functies en kenmerken    
  • Ik kan beschrijven hoe de pupilreflex de grootte van de pupil regelt 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Eén van de functies van de wenkbrauw is het beschermen van de ogen tegen fel licht
timer
0:15
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Het regenboogvlies noemen we ook wel:
A
het hoornvlies
B
het netvlies
C
de iris
D
de blinde vlek

Slide 10 - Quiz

Wat is de pupil?
A
Een zwart deel in je oog
B
Een opening in je iris
C
een opening in je hoornvlies
D
een opening in je lens

Slide 11 - Quiz

Bij fel licht wordt de pupil:
A
wijder
B
nauwer

Slide 12 - Quiz

Waar in het oog bevinden zich de zintuigcellen?
A
in de iris
B
in het hoornvlies
C
in het netvlies
D
in het glasachtig lichaam

Slide 13 - Quiz

Wat houdt stof en de hoeveelheid licht tegen?
A
wenkbrauw
B
oogleden
C
wimpers

Slide 14 - Quiz

Wat zorgt er voor dat zweet niet in onze ogen kan lopen?
A
wenkbrauwen
B
wimpers
C
oogleden

Slide 15 - Quiz

Hoe noemen we het gekleurde deel van ons oog?
A
pupil
B
iris

Slide 16 - Quiz

Waar gaat het traanvocht naar toe?
A
oogleden
B
keelholte
C
traanklieren
D
traanbuizen

Slide 17 - Quiz

Waaruit bestaat het vaatvlies?
A
uit een doorzichtige vloeistof
B
uit bloedvaten
C
uit lenzen
D
uit traanvocht

Slide 18 - Quiz

Waardoor zien we op de blinde vlek niets?
A
omdat die plek blind is
B
omdat daar geen zintuigcellen zitten

Slide 19 - Quiz

Kunnen we op de gele plek het scherpst of het minst scherp zien?
A
het scherpst
B
het minst scherp

Slide 20 - Quiz

Noem drie dingen die je geleerd hebt deze les!

Slide 21 - Open question