3.10 2tha1 Signaalwoorden

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-lesboek, schrift + pen
-laptop (dicht)
timer
3:00
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-lesboek, schrift + pen
-laptop (dicht)
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Samen lezen: Superhelden.nl
HA boek, blz. 23 + 24

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Vragen bij het verhaal Superhelden.nl

1. Iris is 's nachts nog laat aan het gamen. Wat vind je daarvan?

2. is Iris' moeder boos als ze ontdekt dat haar dochter nog zo laat op haar laptop bezig is? Licht je antwoord toe.

Slide 5 - Slide

Vragen bij het verhaal Superhelden.nl

3. Wat vindt Iris' moeder van de beelden op het scherm? Markeer twee woorden in de tekst die een oordeel aangeven.

4. Wat betekenen die woorden (zie vraag 3) voor het verhaal?

Slide 6 - Slide

Vragen bij het verhaal Superhelden.nl
5. Iris is geen gewoon meisje Markeer de zinnen waaruit je dat kunt opmaken.
6. Wat betekent het als je een fotografisch geheugen hebt? Zoek het eventueel op.

Slide 7 - Slide

Signaalwoorden: terugblik
Meest voorkomende signaalwoorden en verbanden

Slide 8 - Slide

Wat is een signaalwoord?
• Verbindingswoorden
•Signaalwoorden geven het verband aan tussen zinsdelen, zinnen en alinea’s

Slide 9 - Slide

Tijd
Voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger.

Slide 10 - Slide

Vergelijkend
Zo, evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e)

Slide 11 - Slide

Opsomming
En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens

Slide 12 - Slide

Oorzaak – gevolg
Door, doordat, waardoor, te danken aan

Slide 13 - Slide

Doel – middel
Om te, daarmee, waarmee, door middel van

Slide 14 - Slide


Voorbeeld/ toelichting
Een voorbeeld ( hier)van, ter illustratie, bijvoorbeeld, zoals

Slide 15 - Slide

Verklaring / argument
Want, omdat, daarom, vanwege, immers,

Slide 16 - Slide

Voorwaarde
Als, wanneer, tenzij, in (voor) het geval dat

Slide 17 - Slide

Samenvatting / conclusie
Samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat

Slide 18 - Slide

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor een opsomming?
A
zoals
B
ten slotte
C
tegenover
D
denk aan

Slide 19 - Quiz

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor reden?
A
ten eerste
B
omdat
C
bijvoorbeeld
D
maar

Slide 20 - Quiz

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor een tegenstelling?
A
zoals
B
ten slotte
C
tegenover
D
denk aan

Slide 21 - Quiz

Wat is een signaalwoord
Wat zijn signaalwoorden?
A
Woorden die verbanden tussen zinnen leggen
B
Woorden die zelfstandig een betekenis hebben
C
Woorden die iets zeggen over het zelfstandig naamwoord
D
Woorden die extra informatie geven

Slide 22 - Quiz

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor een voorwaarde?
A
En
B
Maar
C
Mits
D
Dus

Slide 23 - Quiz

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor voorbeeld?
A
toch
B
ten slotte
C
tegenover
D
denk aan

Slide 24 - Quiz

Welk signaalwoord is GEEN signaalwoord voor tegenstelling?
A
zoals
B
maar
C
tegenover
D
daarentegen

Slide 25 - Quiz

Welk signaalwoord is GEEN signaalwoord voor 'tijd'?
A
eerst
B
ten slotte
C
daarna
D
denk aan

Slide 26 - Quiz

Zelfstandig werken
TH: Je maakt van $4 Tekstverbanden en signaalwoorden:

opdracht 5, 6 en 7, blz. 25 (theorie van blz. 21)
HA: Je maakt $3 Tekstverbanden en signaalwoorden:
opdracht 6, 7 en 8, blz. 22 (theorie van blz. 18)
A: opdracht 6, 7 en 8



timer
20:00

Slide 27 - Slide

Toets: Meer dan lezen (cursus 1)
TH: $1 t/m $4 (herhaling lj1, stappenplan lezen, onbekende woorden, tekstverbanden en signaalwoorden)
HA: $1 t/m 3 (herhaling lj.1, tekstverbanden en signaalwoorden)
A: $1 t/m 3 (herhaling lj.1, tekstverbanden en signaalwoorden)
Datum: dinsdag 17 oktober 2023

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Link

Fragment HA boek
Bij vraag 6. en 7.

Slide 30 - Slide

Ken je nu 'signaalwoorden' in een tekst herkennen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 32 - Open question