2.9 gebiedende wijs en hoofdletters

Doelen:
*je weet wanneer je hoofdletters gebruikt.  (4 punten)

*je weet hoe je gebiedende wijs moet spellen.

* Je kunt de dicteewoorden spellen en je weet de betekenis ervan
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Doelen:
*je weet wanneer je hoofdletters gebruikt.  (4 punten)

*je weet hoe je gebiedende wijs moet spellen.

* Je kunt de dicteewoorden spellen en je weet de betekenis ervan

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Gebiedende wijs 

Slide 3 - Slide

Gebiedende wijs

Slide 4 - Slide

Hoofdletters

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

hoofdletter
kleine letter
aan het begin van een zin
dagen, maanden en seizoenen
feestdagen
afleidingen van feestdagen
aardrijkskundige namen

Slide 7 - Drag question

hoofdletter
kleine letter
soortnamen afgeleid van aardrijkskundige namen 
eigennamen 
windstreken 
namen voor een specifiek volk
groepen die verwijzen naar een ras, stam of godsdienst

Slide 8 - Drag question

hoofdletter
kleine letter
historische gebeurtenissen
eerste woord van een aanhaling
tijdperken 

Slide 9 - Drag question

Je gebruikt hoofdletters en leestekens om een tekst beter leesbaar te maken
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
Gucci
B
gucci

Slide 11 - Quiz

beste mevrouw bekius
In de bovenstaande zin moet...
A
1 hoofdletter
B
2 hoofdletters
C
3 hoofdletters
D
geen hoofdletters

Slide 12 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
havo
B
HAVO

Slide 13 - Quiz

Kloppen de hoofdletters in deze zin?

'S ochtends moet Tim vroeg opstaan.
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quiz

Waar staan de hoofdletters goed?
A
mevrouw Van Beek
B
mevrouw van beek
C
mevrouw van Beek

Slide 15 - Quiz

Is de zin goed of fout?

Zij is in januari jarig.



A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

Welke zin is goed?
A
22 Leerlingen zitten in onze klas.
B
22 leerlingen zitten in onze klas.

Slide 17 - Quiz

Waar staan de hoofdletters goed?
A
'S middags gaat hij vroeg weg.
B
's Middags gaat hij vroeg weg.
C
's middags gaat hij vroeg weg.

Slide 18 - Quiz

'Yes, het is bijna weekend!' schreeuwde Pim
A
Dit citaat is goed
B
Fout, je mist de dubbele punt
C
Fout, je mist de aanhalingstekens
D
Fout, je mist de hoofdletters

Slide 19 - Quiz

Weet je wanneer je een hoofdletter moet gebruiken en hoe je de gebiedende wijs spelt?

Slide 20 - Open question

Wat is de juiste spelling?
A
adekwaat
B
adequaat
C
addekwaat
D
addequaat

Slide 21 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
sjiek
B
chiek
C
chique
D
chikue

Slide 22 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
requiem
B
requjem
C
rekwium
D
rekwiejumq

Slide 23 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
kinoa
B
quinoa
C
kienoa

Slide 24 - Quiz

Schrijf op de juiste manier:
addekwaat

Slide 25 - Open question